andere ook dat de informatie toegankelijk moet zijn via zowel het nationale coördinatennet als via de baankilo- metrering. In de topografische SBB-informatiebehoefte bleek grotendeels te kunnen worden voorzien door het in de tijd parallel lopende project Reform der amtlichen Ver- messung (RAV). Deze infrastructuurbeheerder vult die basistopografie met eigen metingen aan [16]. Slot Het gebruik van een GIS op basis van detailtopografie voor wegbeheer zal nog geruime tijd het karakter van proeven hebben. Wellicht blijft het ook daarna evenals het gebruik van analoog gemeten detailtopografie voor dat doel beperkt tot grote diensten met relatief hoge kwaliteitseisen en dito budgetten. Ook binnen de Rijks waterstaat zal het na positieve evaluatie van de pilot(s) nog jaren duren voordat de vele tientallen dienstkringen voor beheer een GIS inzetten. Binnen (en buiten?) de Rijkswaterstaat hebben trouwens veel andere potentiële GIS-applicaties anno 1990 ook nog het karakter van pilots, demonstratieprojecten, enz. Zoals in veel informa tiseringsprojecten is vooral het onderkennen van de opti male gegevensbehoefte complex! Van de verdere GIS- projecten is hier vermeldenswaard een prototype voor verkeersapplicaties op basis van een lijnsegmenten- bestand met het pakket Arc/Info. Met succes is daarbij enkele kilometers detailtopografie uit het GIS voor weg beheer geconverteerd, zodat locaal „uitvergroten" mo gelijk werd. GIS-gebruik zorgde zo voor een methodische koppeling, die er eerder niet was tussen de diverse op deze besloten markt zelfontwikkelde programma's voor kartografie en verkeerskunde. Literatuur 1ARTOL. De topografische basis voor werk in Rotterdam. Folder Gemeentewerken Rotterdam. 2. Maas, F., High tech op Schaep en Burgh. Natuurbehoud 1990 no. 1, p. 13-15. 3. Meten en Uitzetten I. St. Bevordering Wegenbouw z.j. (c. 1980). 4. Nelis, C. W., Digitale hoogtemodellen in de weg- en waterbouw. NGT Geodesia 1986, p. 38-42. 5. Rietveld, H., Iets over digitale kaartvervaardiging bij de Meet kundige Dienst van de Rijkswaterstaat. Nederlands Geodetisch Tijdschrift 1975, p. 122. 6. Dit conform de (latere) bijdrage ,,A recommended strategy for development of land information systems". J. Gazdzicki, Work shop EGIS '90, Amsterdam 1990. 7. Lommers, M. A. M. en N. Claij, Van terrein tot kaart bij het Bureau Landmeetkundige Zaken van de Provinciale Waterstaat van Noord-Brabant. NGT Geodesia 1984, p. 168- 172. 8. Heijden, Th. G. C. van, Informatiesysteem voor wegen en ver keer in landelijk gebied. Wegen 1986 no. 2, p. 47-49. 9. Stegner, G., GRADIS-UX. Ein objektorientiertes Informations- system für das amtliche Vermessungswesen. Vermessung, Photogrammetrie, Kulturtechnik, 10/89. Schwaebsch, W., GRADIS-UX, An object-oriented geographic information system for applications in utilities, surveying, plan ning and environment. Proceedings EGIS '90, Amsterdam 1990, p. 1014-1023. 10. RAVI-rapport 12, Kabel- en leidinggegevens geleid. Apeldoorn 1988. 11Ottens, G., Inschakeling van de Meetkundige Dienst bij plaats en hoogtebepaling van ondergrondse kabels. Geodesia 1971p. 267 e.v. 12. RAVI-rapport 18, De grootschalige topografie in beeld. Apel doorn 1990. 13. R. G. Petzold D. M. Freund, Potential for GIS in transportation planning and highway infrastructure management. Proceedings 69th Annual Meeting of the transportation Research Board, Washington 1989. 14. Henderson, J., A Comprehensive Proposal For The Acquisition, Use and Maintenance of Geographically Related Information in the New Mexico State Highway and Transportation Department. New Mexico 1989. 15. Voruntersuchung Strassendatenbank-Kommunal, Arbeitsge- meinschaft kommunale Datenverarbeitung. DOsseldorf 1985. 16. Ebneter F., Zusammenarbeit SBB-RAV: Realisierungsprojekt. Vermessung, Photogrammetrie, Kulturtechnik 9/90. Ten einde wat meer duidelijkheid te verkrijgen, heeft men (wie is men trouwens) blijkbaar besloten dat de verzamelnaam „geodeet" de tot nu toe gebruikelijke namen als kartograaf, landmeetkundige, landmeter, hydrograaf enz. gaat vervangen, zo las Piksel in het septembernummer van NGT Geodesia. Hopelijk vergeet „men" ook niet een definitie van deze geodeet te geven, want na toch zo'n krappe twee eeuwen structurele landmeterij is nog niet elke burger op de hoogte van wat met een landmeter wordt be doeld, getuige het volgende verhaal, waarbij de chef van de meetploeg de volgende vraag kreeg gesteld: „Meneer, bent u gisteren een landmeter kwijtge raakt?" Om zich heen kijkend en constaterend dat de meet ploeg nog steeds uit drie personen bestond, antwoord de de ploegchef dat ze op de betreffende dag toch weer met evenveel personen waren teruggekeerd op de thuisbasis. „Ja", vervolgde de vrouw, „want onze hond kwam gisteren met een landmeter in zijn bek aanlopen. Ik heb hem maar afgepakt en in de schuur gelegd, zodat de hond hem niet verder kon opvreten!" De hele meetploeg verschoot van kleur, omdat sinds het bestaan van het Kadaster dit nog niet was voorge komen en zij zich blijkbaar opnieuw in het territorium van deze hond bevonden. Toen echter de vrouw de desbetreffende landmeter (een meetband) toonde, kreeg elk van hen weer zijn gezonde buitenkleur terug. Het begrip landmeter was voor haar blijkbaar erg ruim: elk middel dat kan wor den gebruikt om land op te metenen wie zegt dat ze ongelijk heeft! In ieder geval zal de algemene aanduiding geodeet zonder nadere definitie in de toekomst tot begrips verwarring moeten lelden. Wie doet een voorzet?. Piksel NGT GEODESIA 90-11 497

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1990 | | pagina 17