Een kleine reis in het; land van het; betere
inzicht;:
Van Gogh, Klee en de landmeter
Motief
Onze relatie tot de wereld
door René van der Schans.
SUMMARY
A little trip into the land ot better insight:
Van Gogh, Klee and the land surveyor
In the year 1990 we commemorated the 100th and the 50th anniversaries of the death of Vincent van Gogh
and Paul Klee, respectively. Both artists had some relations to land surveying and mapping. Van Gogh
wrote about his 'View on la Crau seen from Montmajour': 'at first sight it is a geographical map.
Klee made a water colour named 'Measured fields'.
The very different views on the world as found in the artists' letters and notebooks give rise to some
considerations on distance and emotion in the land surveyor's duty.
Wij menen dat we een onderscheid moeten maken
tussen
a. de wetenschappelijke waarheid;
b. de artistieke waarheid.
Zij ekspresseren beide waarheid, maar zij ekspresse-
ren waarheid van een andere aard. Bijvoorbeeld: Vin
cent van Gogh en een goed uitgerust landmeter plaat
sen zich allebei in een bepaald landschap, leder doet
zijn werk. Beiden maken iets van het landschap open
baar. leder zegt iets over dat landschap. De een for
muleert het in een schilderij. De ander formuleert het
in een kaart. Maar wat de een formuleert is iets anders
dan wat de ander formuleert. Dat blijkt wanneer
iemand bijvoorbeeld een huis wil bouwen in dit land
schap en hij gegevens moet hebben met betrekking
tot de hoogte-verschillen, dan heeft zo iemand weinig
aan de werkelijkheid die Van Gogh hem verschaft,
maar wel aan de werkelijkheid die de landmeter hem
kan bieden."
Deze passage trof ik bij toeval aan toen ik eens tussen
de middag een boek doorbladerde wat ik al langer be
zat: Beginselen van de beeldende vorming" van A.
Gerritse.
Dat boek had ik aangeschaft, niet omdat ik op zoek was
naar waarheid, wetenschappelijke dan wel artistieke,
maar omdat ik zocht naar andere manieren van zien dan
waar ik in de dagelijkse praktijk mee in aanraking kom.
Enerzijds werd ik geleid door wetenschappelijke belang
stelling. Samen met een collega van de vakgroep Ruimte
lijke Planvorming wijd ik me af en toe aan een voorwaar
delijk gefinancierd onderzoek naar „de kartografische
interface in het door de computer ondersteunde ruimtelijk
analyse- en ontwerpproces". Daarbij bekijken we onder
andere het gebruik van tekeningen in technisch ontwerp,
kartografie, planning en kunst, vooral vanuit een cognitief
oogpunt: wat is de relatie, via kaart of tekening, tussen de
kennis van de onderzoeker/ontwerper aan de ene kant en
de weergegeven bestaande of toekomstige wereld aan de
andere kant van papier of scherm? Anderzijds was er een
meer emotionele factor in het geding.
Ik maak me er zorgen over dat ons vak steeds afstande
lijker wordt. Vroeger maten we uitsluitend in het veld,
eerst door directe aanraking van het terrein, later met
snellere optische en elektronische afstandmeters. Ook
verhieven we ons boven de aarde, omdat onze metingen
vaak sneller en goedkoper in luchtfoto's konden worden
uitgevoerd, maar verloren daarmee het praatje of de
schermutseling met de boer, onder andere. Nu hebben
we remote sensing uit vliegtuigen en satellieten; het
woord zegt het al; remote, afstandelijk. We hebben af
stand genomen, daardoor meer overzicht gekregen,
maar we zien en beleven anderzijds weer minder. Op
satellietbeelden ontmoet je geen mensen. Je loopt er
geen risico.
Ook in een ander opzicht wordt ons werk afstandelijker:
de weg naar onze kennis over de wereld, en de voorbe
reiding van ons handelen, verloopt steeds vaker via aller
lei instrumenten, digitale bestanden, beeldschermen,
technische dingen dus. We gebruiken ze misschien net
zoals de jonge fotograaf die in Roemenië zijn camera
hanteerde als bescherming tegen wat hij waarnam, tot
hem de emotie te machtig werd.
Het citaat drukt je weer met je neus boven op de vraag:
wat is onze relatie tot de wereld, wat kun en wil je zicht
baar maken van je kennis en emotie? Waarin verschillen
we van Van Gogh? En: wat weten we eigenlijk van Van
Gogh? De bekende plaatjes, en dat het een onmogelijk
emotioneel mens was.
Al eerder was ik tegen het werk van de Duits-Zwitserse
schilder Paul Klee (1879 -1940) aangelopen. Ik kende al
heel lang zijn ,,Zwitscher-Maschine" („Tsjilpmachine"),
die bij de eerste aanblik een diepe indruk op mij, toen
vooral technisch denkend student, had gemaakt. Begin
1989 kocht ik in Lille een boekje, waarin naast veel ander
intrigerend werk ook zijn „Hauptweg und Nebenwege"
uit 1929 was gereproduceerd, een soort vogelvluchtkaart
die me sterk deed denken aan een luchtfoto van de kaars
rechte Boulevard de Sebastopol in Parijs. Ik voelde me
als landmeter aangesproken. En in Düsseldorf zag ik kort
daarna een aquarel „Vermessene Felder" uit dezelfde
periode. Klee had dus iets met landmeters.
Dit jaar was het 100 jaar geleden dat Van Gogh is ge
storven, als gevolg van een pistoolschot, en 50 jaar ge
leden dat Klee's leven een einde nam, door een slopende
ziekte. Alles bij elkaar voldoende motief om op ontdek
kingsreis te gaan en daarbij wat aantekeningen te maken.
Klee zou zeggen: „Men is bewogen en zet daardoor
makkelijker in beweging".
„Kunst is vormgeving, kunst is karakteristieke weer
gave van datgene, wat in ons en buiten ons leeft."
NGT GEODESIA 90 - 12
547