i Constraintsgraaf Operaties op de constraintsgraaf x WH I HA 5 KS 4 Fig. 4. De vertices (punten) van de constraintsgraaf representeren (deel)elementen uit de (plan)topografie. De edges (lijnstukken) repre senteren de constraints over deze (deei)eiementen. De constraint- type n zijn daarbij aangegeven. De cijfers bij de vertices zijn de identi ficaties van de topografische (deel)elementen. Naast expliciete constraints worden ook impliciete constraints onderscheiden. De expliciete constraints wor den door de gebruiker gedefinieerd. Impliciete con straints zijn afleidbaar uit twee expliciete constraints (van het type EV, WH of HA) over één gemeenschappelijk (deel)element. Bijvoorbeeld uit de expliciete constraints „segment 1 evenwijdig met segment 2" en „segment 2 evenwijdig met segment 3" is de impliciete constraint „segment 1 evenwijdig met segment 3" afleidbaar. Door de automatische bepaling van impliciete constraints hoeft de gebruiker niet zelf alle constraints expliciet te defi niëren. Als in het voorbeeld hiervoor door een mutatie van de topografie segment 2 wordt verwijderd, vervallen de expli ciete constraints op dit segment. Het impliciete constraint wordt vervolgens expliciet gemaakt (geactiveerd). Daarnaast wordt de mogelijkheid geboden om bij de expliciete definitie van een con straint eventuele strijdigheden te detecteren. Hiertoe moeten na defi nitie van een bepaalde expliciete constraint (mogelijk opnieuw) alle impliciete constraints worden be paald. Een mogelijke strijdigheid zou dan kunnen optreden ten gevol ge van een nieuw bepaalde impli ciete constraint en een al eerder (expliciet of impliciet) gedefinieerde constraint. In het geval van een strij digheid mag de nieuwe expliciete constraint niet worden toegevoegd aan de verzameling al gedefi nieerde constraints. Omdat de ver zameling constraints (inclusief de impliciete constraints) aanzienlijk groot kan worden, beschouwt het later in dit artikel te bespreken constraint-herstelmechanisme al leen expliciete constraints. Ten behoeve van de bepaling van de impliciete constraints in een ver zameling constraints wordt deze verzameling opgeslagen in een graafstructuur (fig. 4). De vertices (punten) van de constraintsgraaf re presenteren (deel)elementen uit de NGT GEODESIA 91 - 9 (plan)topografie. De edges (lijnstukken) representeren de constraints over deze (deel)elementen. Elke edge in de constraintsgraaf heeft een status, „expli ciet" of „impliciet", in fig. 4 weergegeven door respec tievelijk een doorgetrokken en een gestippeld lijnstuk. Een topografisch (deel)element wordt door ten hoogste één vertex in de constraintsgraaf gerepresenteerd. De constraintsgraaf is ongericht, omdat de volgorde van twee (deel)elementen waartussen een constraint is gede finieerd, er niet toe doet. Ondanks dat fig. 2 een bepaalde gerichtheid suggereert, is een constraint volledig symme trisch. Verder bevat de constraintsgraaf geen edges tus sen vertices met een zelfde identificatie, omdat een constraint altijd tussen twee verschillende (deel)elemen- ten is gedefinieerd. Tenslotte is er ten hoogste één edge tussen twee vertices, omdat er ten hoogste één constraint is tussen twee (deel)elementen. Een impliciete constraint is afleidbaar uit twee op elkaar aansluitende edges (met status „expliciet"), daar deze twee edges twee expliciete constraints over één gemeen schappelijk (deel)element representeren. Middels een graaf-algoritme kan de graaf worden doorlopen, waarbij elk tweetal aansluitende edges met status „expliciet" wordt onderzocht op de mogelijke afleidbaarheid van een impliciete constraint. Na afloop van het algoritme worden de gevonden, impliciete constraints aan de graaf toege voegd, tenzij een strijdigheid is gevonden. In dat laatste geval worden ze niet toegevoegd. De gebruiker kan expliciete constraints toevoegen, wijzi gen of verwijderen uit de constraintsgraaf. Naast deze d Fig. 5a. f X d Fig. 5b. Fig. 5c. Fig. 5. Laag-2-operaties. 369

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1991 | | pagina 17