De laatste loodjes van 1S HU-studenten
Gezamenlijke afstudeeropdracht in de gemeente Vleuten
.het zou geen enkele zin hebben om geografische gegevens te
converteren naar digitale vorm, als er geen analyses en manipula
ties mee zouden worden gedaan
Deze wijsheid, van onbekende afkomst, poneerden de afstudeer-
studenten als een soort motivatie voor de activiteiten die zij de
laatste maanden op het gemeentehuis van Vleuten hebben ver
richt.
Deze gemeente, nog immer verstoken van een geautomatiseerd
vastgoedsysteem, gaf er haar medewerking aan. Je kunt nooit
weten of er nog iets uit voortvloeit. De firma Prime was bereid zich
hierbij volledig in te zetten. wie weet besluit de gemeente ooit
tot automatisering. Die inzet hield in: het beschikbaar stellen van
apparatuur, programmatuur en deskundige begeleiding.
Op 14 juni 1991 zaten ze dan bijeen in de gemeentelijke raadzaal,
die voor deze gelegenheid was aangekleed met gekleurde lucht
foto's en monitoren en dat weer gelardeerd met een gezelschap
van docenten, gecommitteerden, deskundigen en gemeentelijke
functionarissen.
Erik Wals, bij dit project tot voorzitter benoemd, beet precies op de
geplande tijd de spits af. Hij mocht alle aanwezigen welkom heten
en uitleggen wat hij en zijn collega-afstudeerders hier in enkele
maanden tot stand hadden gebracht. En dat niet alleen, hij wist ook
nog in een heel kort tijdsbestek uit te leggen wat een GIS is: ,,Een
geautomatiseerd systeem waarmee gegevens over ruimtelijke
objecten opgebouwd, onderhouden, bewerkt en gepresenteerd
kunnen worden".
Als belangrijkste karakteristieken van een GIS noemde hij:
dat de administratieve gegevens zijn gekoppeld aan de lig-
gingsgegevens;
de mogelijkheid van het uitvoeren van interactieve analyses.
Als praktisch voorbeeld van een GIS-bewerking voerde hij een
onderzoek aan naar de geschiktheid van een gebied voor bos
aanleg voor recreatief gebruik. Het systeem selecteert dan achter
eenvolgens:
woonkernen;
geschikte grondsoort;
beschermde delen die niet mogen worden beplant.
Vervolgens worden buffers aangebracht rondom bepaalde ge
bieden en tenslotte wordt op het beeldscherm zichtbaar gemaakt
welke plaatsen overblijven, die in aanmerking komen om te be
planten.
Het ,,GIS"t in Vleuten
In Vleuten was die bosaanleg echter niet aan de orde. Wel wilde
men meewerken aan een onderzoek naar de wenselijkheid van
een GIS-toepassing.
Via (toevallige) contacten tussen docenten, wethouders en Prime
deskundigen tijdens de opening van het nieuwe Prime-gebouw
(daar zijn die bijeenkomsten ook voor), werd de basis gelegd. Er
volgden besprekingen tussen studenten en vertegenwoordigers
van de afdeling Financiën van de gemeente over het proefgebied
en de in te voeren gegevens.
De keuze van het gebied werd erg beïnvloed door de aanwezigheid
van een digitaal bestand dat het Kadaster Utrecht beschikbaar
stelde.
In januari 1991 werd contact gelegd met Prime, waar de studenten
zich het „System 9" lieten demonstreren.
In februari werden de taken verdeeld, vergaderingen belegd en
werkgroepen geformeerd. Vrij snel moest men aan de slag, de tijd
was kort. In juni moest het niet alleen af zijn, maar ook klaar voor
presentatie.
Dat was het op die 14e juni. Het was niet alleen af, het werd ook
een vlot, leuk en goed aanhoorbaar verhaal over veel werk dat in
korte tijd moest worden verricht. Een verhaal waardoor bij de
gemeente waarschijnlijk een geautomatiseerd vastgoedsysteem
binnen het gezichtsveld is gekomen en de firma Prime er een
potentiële klant bij heeft gekregen. Een verhaal ook, waarbij de
studenten (aanstaande ingenieurs, zoals zij door de HU worden
aangesproken) niet alleen blijk gaven van een gedegen vastgoed
kennis, maar tevens van een stuk presentatietechniek, waardoor
de toehoorders van begin tot eind geboeid bleven. Aan het eind
van de presentatie was men twintig minuten op het schema voor.
Daardoor was de burgemeester nog niet aanwezig; een geluk voor
de bezoekers, want er werd een tweede koffieronde ingelast.
De vijf werkgroepen nou ja, ze waren twee man groot traden
om de beurt voor het voetlicht om hun aanpak en ervaringen over
te brengen op het gehoor. Hoewel enkele toehoorders, volgens
eigen zeggen, geen computer van een stofzuiger wisten te onder
scheiden, lukte dat echter zeer wel.
Werkgroep 1 had een onderzoek ingesteld naar de toepassings
mogelijkheid bij de gemeente, vertelde Edo Boonstra. Is een vast
goedsysteem voor een of meerdere afdelingen gewenst? Zijn er
integratiemogelijkheden? Welk eindprodukt is gewenst?
Een enquête op de afdeling Financiën en Volkshuisvesting bracht
de wensen aan het licht; de werkgroep gaf een viertal mogelijk
heden aan.
Werkgroep 2 (ontwerp) ging hiermee verder. Presentatrice Myrthe
Kuipers gaf eerst een voorbeeld van een gegevensmodel en de
relaties daarin. In dit voorbeeld werden de studenten, de docenten,
het vak en de studierichting daarin, de attributen genoemd; de
nadere gegevens (naam, adres e.d. van die personen) de entiteiten
(fig. 1). Tussen die verschillende attributen bestaan meerdere
relaties, die kunnen variëren van 1 op veel tot 1 op 1.
Vervolgens vertelde ze hoe aan de hand van de wensen van de
afdeling Financiën een dergelijk gegevensmodel werd ontworpen,
waarbij echter de docenten, studenten en de vakken werden ver
vangen door de zakelijk gerechtigde, het kadastraal object, de
rioleringsaansluiting en de OGB-aanslag. Zo ontstond het theo
retisch gegevensmodel (fig. 2).
student
richting
docent
vak
Fig. 1. Voorbeeld gegevensmodel met betrekking tot Hogeschool
Utrecht.
374
NGT GEODESIA 91 - 9