Ruilverkaveling met
administratief karakter
Woord vooraf
Multifunctionele inrichting
5
door ir. M. C. de Koster, hoofd van de afdeling Landinrichting en Landmeetkundige
Projecten bij het Kadaster in de directie Zeeland.
SUMMARY
A new form of land consolidation
Land consolidation in the Netherlands is complex and time consuming: on average projects take about
twenty four years. A few years ago a special form of land consolidation has been introduced: land con
solidation with an administrative character. Its aim is a less time consuming land consolidation procedure.
This paper describes the possibilities of such a procedure. The recognition of the benefits has resulted in
a number of projects in the province of Zeeland.
Op 4 juli 1991 is voor de vierde maal gestemd voor een
ruilverkaveling met administratief karakter (RAK). Al deze
RAK's, te weten Sluis-Oostburg, Breskens-Zuidzande,
Schoondijke en St. Philipsland zijn gelegen in de provin
cie Zeeland. In deze provincie zijn momenteel negen
RAK's in voorbereiding, terwijl voor vier gebieden een
aanvraag loopt. Elders in het land zijn thans vijf RAK's in
voorbereiding genomen. In de komende jaren zullen er
steeds meer in uitvoering komen. Reden om de RAK
nader te belichten.
De Landinrichtingswet, die in 1985 in werking is getre
den, beoogt een multifunctionele inrichting van het lande
lijk gebied. Waar de Ruilverkavelingswet 1954 primair de
landbouwkundige functie diende, heeft de Landinrich
tingswet een verbrede doelstelling. Artikel 4 van de wet
geeft in wezen de doelstelling van landinrichting aan:
Landinrichting strekt tot verbetering van de inrichting van
het landelijk gebied overeenkomstig de functies van dat
gebied, zoals deze in het kader van de ruimtelijke orde
ning zijn aangegeven.
Aangrijpingspunt voor het optimaal vorm en inhoud
geven aan de multifunctionele doelstelling van landin
richting is het begrippenstelsel functie-kwaliteitsaspect-
inrichtingsfactor:
onder functie wordt verstaan een bepaalde vorm van
maatschappelijk ruimtegebruik van het landelijk ge
bied. Voorbeelden zijn landbouw, recreatie, natuur,
defensie en waterwinning. In het kader van de ruimte
lijke ordening worden deze functies aangegeven;
kwaliteitsaspecten stellen eisen aan en vormen rand
voorwaarden voor de mogelijke functievervullingen
en inrichtingsmaatregelen. Voorbeelden zijn: milieu,
landschap, cultuurhistorie en natuur. Het betreft hier
dus maatschappelijke facetten, die via ruimtelijke
ordening en milieubeleid grenzen stellen aan en
mogelijkheden aangeven voor de ontwikkeling van
functies;
met de inrichtingsfactor wordt een beheersbare va
riabele aangeduid, welke bepalend kan zijn voor de
functievervulling. De in landinrichting bekende inrich
tingsfactoren zijn ontsluiting, waterbeheersing, verka
veling, beplanting/landschapsbouw en als nieuwe ge
wenste factor milieutechniek.
Voor de keuze met welk instrumentarium de gewenste
inrichting van een gebied wordt uitgevoerd, geeft de
Landinrichtingswet een aantal mogelijkheden. Eén daar
van is de landinrichting met administratief karakter.
Vier vormen
De ruilverkaveling met administratief karakter (RAK),
evenals de herinrichting met administratief karakter
(HAK), is een van de landinrichtingsinstrumenten die ter
beschikking staan bij de inrichting van een gebied. In het
Structuurschema voor de Landinrichting van 1984 is de
RAK als instrument naar voren geschoven en heeft de
Centrale Landinrichtingscommissie (CLC) een plaats vrij
gemaakt op het (jaarlijks aan te vullen) voorbereidings
schema voor landinrichtingsprojecten.
De Landinrichtingswet kent vier vormen van landinrich
ting:
herinrichting;
ruilverkaveling;
aanpassingsinrichting;
ruilverkaveling bij overeenkomst (kavelruil).
Het wettelijk kader voor een RAK (of HAK) komt overeen
met dat voor een ruilverkaveling (of herinrichting). Dat
betekent dat alle uit de Landinrichtingswet voortvloeiende
procedures ook voor een RAK gelden.
Vijfde vorm
Tijdens de voorbereiding van de Landinrichtingswet 1985
heeft prof. mr. P. de Haan voorgesteld een vijfde vorm op
te nemen in de wet: de administratieve ruilverkaveling,
met een afzonderlijke regeling in de wet en speciaal be
doeld voor die gebieden waar voornamelijk behoefte was
aan een betere verkaveling.
Waarom een vijfde vorm? Omdat:
de procedure in de ontwerp-Landinrichtingswet, ver
geleken met de Ruilverkavelingswet 1954, sterk ver
zwaard was door de koppeling aan de ruimtelijke orde
ning. In de voorbereiding is namelijk de mogelijkheid
gecreëerd om voorafgaand aan het landinrichtings
plan een landinrichtingsprogramma op te stellen. Dit
programma beoogt de doelstellingen en uitgangspun
ten van de landinrichting nader uit te werken, opdat de
inrichting van een bepaald gebied zo goed mogelijk
Het wegen- en waterlopenstelsel moet redelijk goed zijn.
358
NGT GEODESIA 91 - 9