publikaties
matie kan men beter iets vermelden in de trant van ,,op basis van de
beschikbare gegevens kan de gemeente u niet garanderen dat er
geen verdere belemmeringen aanwezig zijn".
Ir. M. Jellema (gemeente Amsterdam) hield zijn inleiding ovex „Foto
grafische presentatie van vastgoedobjecten". Het betreft hier raster-
georiënteerde fotobeelden die met het FRANK-systeem zijn gemaakt
en via een koppeling vanuit de „platgeslagen" topografische basis-
kaart te benaderen zijn. Op deze wijze wordt een extra dimensie toe
gevoegd aan de topografie en kan men achter het bureau even
kijken hoe het er ook alweer uitzag.
Hoe dat gaat, werd aan de hand van een aantal dia's duidelijk ge
maakt. Binnen Amsterdam zijn veel toepassingen denkbaar. Veel
diensten hebben dan ook interesse getoond en dit jaar zal een be
sluit vallen omtrent invoering van de ruimtelijke visualisatie voor de
hele stad.
Onder de titel ,,De samenhang tussen gemeentelijke functionele ont
werpen op het gebied van vastgoed" ging drs. H. Bos, projectleider
GFO-basisregistratie vastgoed, in op de mate waarin vastgoed
informatie dient te worden geïntegreerd. Zij die alles aan een vast
punt willen koppelen en zij die alles met alles willen samenvoegen,
hebben beiden geen gelijk; de waarheid ligt in het midden.
Ook bij de GFO's speelt de integratievraag een belangrijke rol. Bos
stelt dat alleen via de inhoudelijke of organisatorische weg kan wor
den nagegaan aan hoeveel integratie behoefte bestaat. Om dit hel
der te krijgen, moet inzicht bestaan in de gemeentelijke produkten
die moeten worden ondersteund. Naast de integratie voor de ge
meente als geheel moet er worden geïntegreerd per produkt. Bij de
GFO's wordt hiermee rekening gehouden.
Zowel het ochtend- als het middagprogramma werd afgesloten met
een discussie over de gehouden inleidingen. De pauzes lieten vol
doende tijd aan de bijna 300 deelnemers om met elkaar te praten en
om de stands van de aanwezige bedrijven te bezoeken. De stands
waren wel wat eenvoudig zo direct na het NGL congres, maar gaven
een duidelijk overzicht van de leveranciers.
Jaap Zevenbergen
WORKSHOP GEOCAD-GEBRUIKERSGROEP
De Geocad-gebruikersgroep heeft op 6 december 1991 een work
shop georganiseerd in het Postiljonmotel te Bunnik. Aan deze bijeen
komst werd deelgenomen door 57 gebruikers. In deze workshop
stond het thema ,,De samenwerking tussen landmeter en operator"
centraal. Nadat de voorzitter, J. W. W. van Wijk, de doelstelling van
deze dag had ingeleid, werd een voordracht gegeven door C. van
Raamsdonk, account-manager bij RAET, inzake de kwaliteits
borging, de communicatie en het vervaardigen van een geometrisch
basisbestand vastgoed met behulp van Geocad-programmatuur.
Veel aandacht werd besteed aan de navolgende fasen van het pro
ces van invoering, verwerking en bijhouding van topografische ge
gevens:
voorbereiding van de meting;
uitvoering grondslag en detailmeting;
verwerking van metingen;
oplossen van fouten in een geometrisch proefbestand;
corrigeren van het proefbestand en het aanbrengen van seman
tische informatie;
fiattering;
aanmaken bestanden, plotten analoge kaart en verdere afleve
ring;
archivering projectgegevens.
Hierna werd het gezelschap verdeeld in twee groepen, te weten
operators en landmeters. W. Barten, gegevensbeheerder van de
gemeente Nijmegen, gaf een uiteenzetting aan de operators over de
werkmethodiek om met behulp van de Geocad-programmatuur tot
een digitaal topografisch bestand te komen met de daaraan ver
bonden problemen en mogelijke oplossingen. Veel nadruk werd ge
legd op de samenwerking tussen operator en landmeter. Deze is
essentieel om tot een goed produkt te komen.
Ing. D. Karsen, projectleider bij Heidemij, besprak met de land
meters het proces van invoeren, verwerken en presentatie van topo
grafische gegevens met behulp van tachymetrie. Aandacht werd
besteed aan produktienormen en kengetallen om tot een juiste
kostenverantwoording te komen. De ochtend werd afgesloten met
een aperitief en lunch, hetgeen de onderlinge communicatie ten
goede kwam.
In het middagprogramma werden de deelnemers in elf groepjes ver
deeld. De gelegenheid werd geboden om de thema's van deze work-
NGT GEODESIA 92 - 2
shop, communicatie, werkmethoden en Geocad-programmatuur in
een kleiner verband ter discussie te stellen. De groepjes werden
gecoached door de organisatoren van deze workshop, ing. M. van
de Ven en ing. J. van Dam.
Na de koffiepauze werd de dag geëvalueerd en afgesloten. Gecon
cludeerd mag worden dat deze workshop meer inzicht heeft gegeven
in de omgang met Geocad-programmatuur en communicatie tussen
landmeter en operator.
De deelnemers werden voorzien van documentatiemateriaal, welke
op verzoek te krijgen is bij ing. J. Wessels, secretaris van de Geocad-
gebruikersgroep.
De gebruikersgroep Geocad bundelt en behartigt de belangen van
een groeiend aantal gebruikers van het landmeetkundig topogra
fisch informatiesysteem Geocad. Thans heeft deze groep 27 deel
nemers. Zij vertegenwoordigen gemeenten, waterschappen, nuts
bedrijven en particuliere ondernemingen.
De Geocad-programmatuur is ontwikkeld door de firma RAET en is
geschikt om het totale landmeetkundige proces van invoeren, ver
werken, bijhouden van meetgegevens tot en met de opbouw van een
geometrisch bestand te realiseren, alsmede (kaart)presentaties te
verzorgen.
Het programma Geocad werkt in samenhang met het programma
MicroStation op grafische werkstations van het merk Intergraph.
Nadere inlichtingen inzake de activiteiten van de gebruikersgroep
kunnen worden verkregen bij de secretaris van de groep, ing. J.
Wessels, hoofd afdeling vastgoedregistratie en kartografie van de
gemeente Maastricht, telefoon 043 - 292435.
J. W. W. van Wijk
ARCHIEFSCHATTEN: DUIZEND JAAR VADERLANDSE
GESCHIEDENIS
Redactie Margriet de Roever, met bijdragen van Roelof Koops, Rob
van Drie/Nico Plomp, M. J. Scheele en Ted Steemers. Waanders
Zwolle (96 p., ill.) ISBN 90 6630 325 5. Prijs f 29,50.
Bij de tentoonstelling „Archiefschatten, duizend jaar in honderd
stukken" zie het verslag in NGT Geodesia 1991 no. 12 ver
scheen deze rijk geïllustreerde bundel. Het is geen catalogus en van
daar ook de afzonderlijke verkoop in de boekhandel. Het is wel een
blijvende herinnering aan de manifestatie. Ook zijn de meeste op de
tentoonstelling getoonde stukken afgebeeld en beschreven.
Koops schreef over ,,Het papieren geheugen: archieven en archiva
rissen in Nederland", Van Drie en Plomp leverden een bijdrage over
Familieonderzoekwie waren zij?", het hoofdstuk Waar woonden
zij? Registratie van grondeigendom in het verleden" is van Scheele
en Steemers tenslotte schreef overPapier en milieu: de toekomst
van onze archieven".
In dit tijdschrift blijft de bespreking verder beperkt tot de twintig
pagina's tellende bijdrage van oud-Kadasterman Scheele (onze
redacteur Theo).
Zijn voorgeslacht bezat ooit wat onroerend goed in de Margaretha-
polder bij Terneuzen. De auteur speurde plaats en verdere eigen
domssituatie op. Dat was nog voordat de kadastrale percelen met de
unieke nummers werden ingevoerd en dus wat lastig. Al snel overi-
67
