L
A
-i
-f
V,
V
V
T-
J j
f 1
7
Scannen
Voor het scannen van grootschalig kaartmateriaal is een groot
formaat zwart-wit scanner nodig met een relatief hoge resolu
tie. Een belangrijke instelling bij het scannen is de zoge
naamde „treshold". Dit is de grenswaarde die bepaalt in welke
grijswaarde-klasse de pixel wordt ingedeeld. De meeste
scanners onderscheiden 256 grijswaarden. Dit betekent echter
wel dat voor elke pixel een 8-bits codering nodig is, hetgeen
zeer grote bestanden oplevert. Daarom wordt het grijswaar
denbeeld meestal direct omgezet naar zwart-wit (binair), waar
voor slechts 1 bit per pixel nodig is (fig. 3).
Het instellen van die grenswaarde bepaalt wanneer een pixel
zwart wordt en wanneer wit. Is de grenswaarde te laag, dan zal
er veel ruis in het bestand terechtkomen. Is de grenswaarde te
hoog, dan valt een deel van de informatie weg. Bij moderne
scanners kan de operator deze instelling eerst uitproberen op
een stukje van de kaart, waarbij het resultaat direct zichtbaar
is op een beeldscherm. De laatste ontwikkelingen gaan in de
richting van een grenswaarde die kan variëren over het docu
ment door zichzelf aan te passen aan de zwarting. Dit levert
aanzienlijk betere resultaten.
De tweede instelling is de resolutie (fig. 4). Een hoge resolutie
(kleine pixels) levert een grotere nauwkeurigheid, maar ook
een groter bestand. Hoe hoog de resolutie moet zijn, hangt af
van de volgende twee factoren:
wordt het rasterbestand wel of niet gevectoriseerd;
wat is de kleinste lijndikte die in de kaart voorkomt.
optisch systeem geleid naar één of meerdere fotocellen,
waar de energie-intensiteit wordt gemeten. Deze energie
intensiteit is een maat voor de gemiddelde zwarting van
het oppervlakte-element. Voor het scannen van groot
schalig kaartmateriaal is een grootformaat (A0/A1) zwart
wit scanner nodig met een relatief hoge resolutie.
Wanneer het rasterbestand moet worden gevectoriseerd,
kan men als vuistregel hanteren dat de resolutie 30% -
50% van de kleinst voorkomende lijndikte moet zijn om
fouten tijdens het vectoriseerproces te voorkomen. Voor
het meeste kaartmateriaal komt dit neer op een resolutie
tussen de 400 en 800 pixels per inch. Wanneer het raster
bestand alleen als achtergrond dient, kan men volstaan
met ongeveer de helft hiervan.
Rasterbestanden
In een vectorrepresentatie wordt de vorm van de objecten
weergegeven door punten, lijnen en vlakken. In een
rasterrepresentatie bestaat de geometrie van een object
uit een grote verzameling vlakjes (pixels). Wanneer men
thematische attributen wil koppelen aan zo'n raster-
voorstelling, moet eerst de betreffende verzameling
pixels als een eenheid zijn gedefinieerd. Voor het identifi
ceren en definiëren van een verzameling pixels tot een
eenheid bestaan tot op heden echter nog geen goede
oplossingen. Er zijn daarom ook nog geen systemen op
de markt, die thematische gegevens rechtstreeks kunnen
koppelen aan een rasterobject. Omdat er nog relatief
weinig met rasterbestanden wordt gewerkt, is ook de pro
grammatuur om in rasterbestanden te kunnen muteren
nog onderontwikkeld. Hier komt echter snel verandering
in. Door het toepassen van compressietechnieken kan de
bestandsomvang worden gereduceerd tot enkele keren
die van een vectorbestand. Gezien de huidige stand van
de techniek en de lage kosten van geheugenruimte vormt
de omvang van bestanden nauwelijks meer een pro
bleem.
Rasterbestanden kunnen binnen een Gl-systeem uit
stekend functioneren als aanvulling op vectorbestanden.
Vectorbestanden vormen een geschikte basis voor het
koppelen van de thematische informatie, maar de op
bouw ervan gaat langzaam en is relatief duur. Raster
bestanden kunnen snel en goedkoop worden opge
bouwd, maar geven alleen geometrische informatie weer.
Het vectoriseren vanuit een rasterbestand kan beperkt
blijven tot de voorgrondinformatie, dat wil zeggen die
objecten waarvan men thematische gegevens wil opslaan
in een gegevensbank. Tevens bestaat de mogelijkheid
van een gefaseerde conversie van achtergrondinformatie
naar voorgrondinformatie. Binnen een gemeente kan
men bijvoorbeeld vanuit een rasterbestand eerst alle
gebouwen vectoriseren ten behoeve van een woning-
carthoteek.
Digitaliseren vanaf beeldscherm
Bij het digitaliseren vanaf beeldscherm trekt de operator
een rasterbestand over op een beeldscherm en zet dit zo
om naar vectorvorm. Deze methode, ook wel genoemd
,,heads-up digitizing" heeft de volgende voordelen:
de operator hoeft niet meer op en neer te kijken, maar
kan zich concentreren op één beeldscherm;
door de combinatie van raster- en vectorinformatie
heeft de operator een volledig overzicht over het werk;
in ergonomisch opzicht is de methode beter, omdat
niet meer wordt gewerkt met grote digitaliseertafels;
een aantal rasterbestanden kan worden samenge
voegd tot één doorlopende achtergrond. Hierdoor
komt het opsplitsen van objecten bij bladranden niet
meer voor;
de digitaliseernauwkeurigheid is te beïnvloeden, door
dat het rasterbestand naar behoefte kan worden ver
kleind en vergroot;
er kan gebruik worden gemaakt van automatische
volgtechnieken „line following".
7
-4
A-
-t
i
Fig. 4. Gevolg van te lage resolutie: lijnen vallen weg.
In het kader van het afstudeeronderzoek is het digita
liseren vanaf beeldscherm vergeleken met handmatig
digitaliseren. In een stedelijk gebied van 500m x 500m in
de gemeente Hattem werden de topografie en het gas-
leidingnet gedigitaliseerd vanaf de beheerkaarten van
de Gasmaatschappij Gelderland. Het digitaliseren van
af beeldscherm, uitgevoerd met het Smallworld-GIS
systeem, bleek bijna twee keer zo snel te gaan. Behalve
digitaliseren, kan men ook construeren vanaf beeld
scherm met een rasterbeeld als achtergrond. Met uit
zondering van line-following" gelden hier dezelfde voor
delen. Het construeren vanaf beeldscherm bleek bij ver
gelijking eveneens twee keer zo snel te gaan dan de
traditionele methode waarbij eerst analoog wordt ge
construeerd en vervolgens gedigitaliseerd. Bovendien is
de nauwkeurigheid hoger, omdat teken- en digitaliseer-
onnauwkeurigheden niet voorkomen.
De inhoud en kwaliteit van het uitgangsmateriaal hebben
nauwelijks invloed op de toepassingsmogelijkheden van
NGT GEODESIA 92 - 5
207