Vreemde voertuigen op Js heren wegen
door Theo Scheele, redacteur.
SUMMARY
Strange cars on public roads
Roads require maintenance and maintenance requires measuring. One of the major institutions involved
in road surveying is the Rijkswaterstaat in Delft. Besides, the Road Survey Department in Apeldoorn, which
is a joined initiative of the Dutch Society of Road Constructors, performs a broad variety of road measuring
tasks. To prevent traffic jams, cars with special equipment are put into action: strange cars on public roads.
An editor's report on the Road Survey Department in Apeldoorn.
Dat meten een activiteit is die niet alleen is voorbehouden
aan de beoefenaars van de geodesie, ofwel de lezers van
NGT Geodesia, was waarschijnlijk allang bekend. Wie
van ons heeft niet vaak de opmerking van Jan Publiek
moeten incasseren: „Het is hier allang gemeten"?
Ook zullen veel lezers, met maximaal toelaatbare snel
heid voortsnellend over Neerlands fraaie autowegen,
vaak links en rechts daarvan worden geconfronteerd met
het eigen vakgebied in de vorm van rood/witte jalons of
opgestelde tachymeters en waterpasinstrumenten. Kijkt u
dan ook altijd even om te zien wat daar gebeurt?
Iets minder blijmoedig wordt vaak gereageerd als de weg-
vakken plotseling versmallen en de drie rijstroken tot één
worden gereduceerd omdat onderhoudswerkzaamheden
worden uitgevoerd. Altijd komt dat ongelegen en het ge
beurt ook uitgerekend altijd op het baanvak waar ik rijd:
„Heb ik toch weer de verkeerde route gekozen".
Toch is het moment dat op die plek de weg wordt gere
pareerd niet toevallig gekozen, maar het gevolg van een
uitgekiende planning die erop is gericht het onderhoud
efficiënt te doen verlopen (niet te vroeg, maar ook niet te
laat) en dan ook nog op een tijdstip dat het verkeer daar
van zo weinig mogelijk hinder ondervindt.
Om dat te kunnen realiseren, moet op die weg worden
gemeten. Dat soort metingen wijkt wel wat af van onze
normale geodetische verrichtingen. Vreemde voertuigen
zijn geconstrueerd om die metingen uit te voeren, want te
voet over een moderne autosnelweg wandelen om de
staat van het asfalt te inspecteren, kan alleen nog maar
als daarvoor de weg wordt afgezet. en dan mopperen
we weer.
Er zijn in Nederland meerdere instanties en bedrijven die
zich bezighouden met wegdekonderzoek. In de eerste
plaats natuurlijk de Rijkswaterstaat die daarvoor de
Dienst Weg- en Waterbouwkunde heeft ingesteld, welke
in Delft zetelt. Door de Nederlandse Vereniging van
Wegenbouwers is een speciale dienst opgericht om die
metingen uit te voeren: de Wegmeetdienst. De officiële
naam daarvan is Stichting Wegmeetdienst Regionale
Wegenbouwiaboratoria. Het kantoor staat in Apeldoorn.
Het is een dienstverlenende, zelfstandige organisatie, die
zowel door de wegbeheerders (Rijk, provincie, gemeen
ten en waterschappen) als door ingenieursbureaus en de
aannemerij te hulp wordt geroepen om die gegevens
boven water (of het wegdek) te krijgen, die nodig zijn om
een verantwoord onderhoudsplan op lange of korte ter
mijn te kunnen maken. Dan moet er gemeten worden.
Bij die stichting gingen we een dagje op bezoek.
We zijn steeds harder gaan rijden
Ing. W. Gerritsen, directeur van de stichting, wil wel wat
vertellen over die vreemde vogels die regelmatig de
wegen opmeten, maar hij geeft eerst een klein lesje weg
onderhoud. „Anders begrijp je toch niet wat die appara
ten daar doen".
Waar alles om draait zijn de eisen die worden gesteld aan
een weg ten aanzien van veiligheid en berijdbaarheid,
alsmede de prijs die moet worden betaald. Bij het ont
werpen van een weg houdt men rekening met de veilig
heid (vlieg je niet te gemakkelijk uit de bocht, zitten er
diepe kuilen in de weg of verlies je bij regen de grip op
de weg?) en met het comfort (is de bovenlaag lekker vlak,
zodat je nieren niet uit je lichaam schokken?).
Het probleem is echter dat we met zijn allen steeds
harder zijn gaan rijden en dat heeft consequenties. De
verkanting moet worden aangepast, het rijoppervlak stelt
andere eisen aan de stroefheid en vooral de vlakheid
moet daarop worden aangepast. Kon men vroeger met
buigzamere verhardingsconstructies volstaan, de hoge
snelheden vragen om een stijve basis. Die is weer meer
breukgevoelig en vertoont eerder scheuren; een slappe
constructie geeft meer mee.
Gerritsen onderscheidt twee hoofdlijnen in dat geheel: de
vlakheid van de weg en de stroefheid. De vlakheid is een
zaak van de totale wegconstructie (aarden baan en weg
verharding); de stroefheid wordt bepaald door de eigen
schappen van de bovenste deklaag.
NGT GEODESIA 92 - 6
Het Apeldoorrtse kantoor.
248