Organisatie van de GBKN in Friesland
Een deel van de analoge GBKN is door het PEB gebruikt
als basis voor de conversie van haar leidingennet. In de
beginjaren tachtig is het PEB meegegaan in de ontwikke
ling van digitale registratie van leidingen. Een eerste
aanzet hiertoe was de aanschaf van twee tachymeters
om leidingen digitaal in te meten, welke analoog kwalita
tief niet goed konden worden vastgelegd. In deze jaren
heeft het PEB al een haalbaarheidsonderzoek voor auto
matisering van de gehele tekenkamer uitgevoerd. Pas
nadat het Kadaster het LKI (Landmeetkundig Kartogra-
fisch Informatiesysteem) had ontwikkeld, kon worden vol
daan aan de wens van een digitale GBKN. Het GBKN-
project Achtkarspelen was een landelijk digitaal proef
project, dat in 1985 aan het PEB is geleverd. Van 1985 tot
heden werden veertien projecten met een totale opper
vlakte van 1600 km2 digitaal vervaardigd. Naast de uit
voering van de projecten werd ook van een aantal uitbrei
dingsplannen een digitaal eindprodukt vervaardigd. In
1990 werd duidelijk dat de continuïteit van de vervaar
diging van de GBKN ernstig gevaar liep. Lopende GBKN-
projecten werden door het Kadaster nog afgerond, echter
nieuwe verplichtingen ging men niet meer aan.
De verwerking van de terrestrisch ingewonnen meet
gegevens bij het PEB is in de beginjaren uitgevoerd met
behulp van een rechthoekige coördinatograaf; later is
hierbij een extern bureau ingeschakeld, dat deze ge
gevens digitaal verwerkte. De koppeling van een (ge
huurd) werkstation, verbonden met een buiten het PEB
opgestelde computer, maakte het later mogelijk om zelf
de mutaties van de metingen grafisch te kunnen ver
zorgen.
In 1987 heeft het PEB het landmeetkundig pakket Geo-
cad en grafische werkstations gekocht van Intergraph.
De werkstations zijn aangesloten op de centrale VAX-
computer. Hierna heeft een automatiseringsgroep binnen
de afdeling Leidingregistratie een prototype ontwikkeld
voor midden- en laagspanning. Om met de conversie te
kunnen beginnen, is op basis van één van de twee proto
typen een produktiesysteem ontwikkeld. Daarmee is in
november 1991 de conversie gestart. Het geheel moet
leiden tot een leidingenbeheersysteem, dat onderdeel uit
maakt van een bedrijfsmiddeleninformatiesysteem.
Het Kadaster is krachtens een Koninklijk Besluit in 1975
belast met de vervaardiging, bijhouding en uitgifte van de
GBKN. De auteursrechten zijn ook bij het Kadaster neer
gelegd. Het Kadaster is vanaf het begin altijd producent,
afnemer en beheerder geweest van de GBKN.
FB
INFO
AZ
Directie
Leidingen
Middenspanning
6800 km
Laagspanning
8000 km
Telecommunicatie
1100 km
Huisaansluitingen
3300 km
Gas
750 km
CAI
2000 km
Afnemers Elektrisch
Grootverbruikers
20 300
Kleinverbruikers
220 000
Openbare verlichting
Lichtpunten
70 000
Gas
Grootverbruikers
30
Kleinverbruikers
35 000
Abonnees
PEB-Gasservice
6 500
PEB-Huurservice
30 000
Fig. 2. Kengetallen omvang voorzieningen.
Nagenoeg meteen na het Koninklijk Besluit is in Friesland
een Provinciale Kaarteringscommissie (PKC) ingesteld.
De PKC kreeg als taak de behoefte aan de GBKN te in
ventariseren, de wensen van de gebruikers te coördi
neren, omtrent de verdeelsleutel te adviseren en een
meerjarenplan voor de gehele provincie Friesland op te
stellen. In dit meerjarenplan staan behalve prioriteiten en
urgenties de ramingen van de vervaardigingskosten. De
produktie is op basis van overeenkomst per project ge
start.
In gebieden met duidelijke integratie van activiteiten van
gebruikers en koopkrachtige vraag kwamen de projecten
van de grond. Tot vaste afnemers van de projecten beho
ren de provinciaal werkende bedrijven Kadaster, Water
leiding Friesland, PTT en PEB, terwijl de regionaal
werkende bedrijven, evenals de gemeenten als regel
meededen in hun gebied.
De laatste jaren werd de volgende verdeelsleutel in de kosten
gehanteerd
Kadaster
50%
nutsbedrijven
35%
gemeenten
10%
kaartwinkel
5%
De bijhouding van de GBKN is in Friesland gestart in
1981 met het GBKN-gebied Het Bildt, als onderdeel van
een landelijke proef. De bijhouding omvat de gehele
GBKN-inhoud. De opsporing en melding van mutaties
aan het Kadaster liggen in principe in handen van de
gemeenten. Iedere deelnemer kan mutatiegegevens in
brengen, welke door het Kadaster na beoordeling worden
verwerkt. Het Kadaster heeft de plicht binnen een half
jaar na mutatie-melding de bijgewerkte informatie aan de
deelnemer te leveren.
FEZ
P&O
NB
EVD
5 Regio':
De verdeelsleutel van de bijhoudingskosten is:
Kadaster
gemeenten
elk deelnemend ander (nuts)bedrijf 5%
50%
30%
341
Fig. 1. Organisatiestructuur.
NGT GEODESIA 92 - 9