fotogrammetrie en kartografie. Cartographia treedt op als
houdstermaatschappij van een aantal deelnemingen,
waaronder het nieuwe Cartoranje.
De leiding van Cartoranje berust bij twee directeuren: ir.
A. Urban van Oranjewoud en ir. G. Banai, afkomstig van
Cartographia. Ir. G. Jacobs maakt namens Oranjewoud
deel uit van de Raad van Commissarissen.
f) WILD LNA30
LASER-WATERPASINSTRUMENT
Leica introduceert een uitbreiding in de lijn van Wild-
laserwaterpasinstrumenten met het type LNA30: een
nieuw, volautomatisch laser-waterpasinstrument voor de
bouwmarkt. Dit instrument is speciaal ontwikkeld voor de
zware condities op de bouwplaats. De permanent rote
rende laserstraal (horizontaal of verticaal) maakt nauw
keurige metingen tot een afstand van 450 meter mogelijk.
Onlangs werd de porting van het in C geschreven
systeem afgesloten. Daardoor is het nu geschikt voor alle
UNIX-lijnen, zoals voor werkstations die via een VAX-
VMS lijn zijn gekoppeld in een netwerk, IBM RS 6000 en
HP 9000 werkstations en alleenstaande PC-platforms
met SCO-UNIX.
Door dit grote bereik kunnen zowel diepte als hoogte door
één man worden bepaald gedurende bijvoorbeeld grond
verplaatsingen. De gepatenteerde verticaal-adapter,
waarmee de horizontale straal kan worden omgezet in
een verticale straal, zonder dat het instrument van het
statief hoeft te worden genomen, vergroot de inzet van de
Wild LNA30 op de bouwplaats.
Informatie: Leica BV, afdeling Geodesie en Systemen,
Postbus 80, 2280 AB Rijswijk, telefoon 070 - 3198999.
ALPHA-CHIP VOOR HCS CG
Om de kosten per werkplek te kunnen ver
lagen, heeft HCS Computer Graphics de
Alpha-chip van Dec met een kloksnelheid van 200
Megahertz in haar systemen toegepast. Dank zij de
compatibiliteit met bestaande systemen kunnen toe
passingen veel efficiënter worden ontwikkeld en aange
past. Bovendien biedt de capaciteit van de Alpha-chip
ruimte om toepassingen gebruikersvriendelijker te maken
op een kostenbewuste wijze.
De openheid van het nieuwe systeem ziet HCS CG als
een enorm voordeel. Er wordt nu gebruik gemaakt van de
MOTIV-standaard, die wereldwijd wordt toegepast voor
werkstations in combinatie met Windows/NT. Daarnaast
werd al gebruik gemaakt van de POSIX- en OSF1-
standaards.
424
MINI-SYMPOSIUM FIG-COMMISSIE 8
Op 11 juni 1992 heeft de NVG de schijnwerpers gericht op de activi
teiten van FIG-Commissie 8 in de vorm van een mini-symposium te
Utrecht. Het symposium werd georganiseerd door de nieuwe en
enthousiaste FIG-gedelegeerde ir. Paul Lohmann, werkzaam bij
Seinpost Adviesbureau BV.
Het werkgebied van Commissie 8 is „Urban Land Use, Town
planning, Legal procedures and Systems for the Implementation of
Plans".
Het programma van het symposium bestond uit de volgende onder
werpen:
een verslag van de recent gehouden FIG-workshop te Kopen
hagen;
een overzicht van het huidige onderzoek en onderwijs binnen het
aandachtsgebied van Commissie 8;
informatie over stedelijke herverkavelingsprojecten in Arnhem en
Den Haag.
Na een welkomstwoord door ir. Paul van der Molen, voorzitter van
de NVG, startte ir. Paul Lohmann de bijeenkomst met een verslag
van de FIG-workshop. Tijdens deze bijeenkomst in Kopenhagen is
een aantal problemen rond stedelijke planning in verschillende
landen aan de orde geweest, onder andere Denemarken, Australië
en Duitsland. Een belangrijke constatering hierbij was niet te vol
staan met het signaleren van problemen, maar gezamenlijk initiatief
te nemen tot het ontwikkelen van methodieken die kunnen bijdragen
tot een oplossing.
Ir. Herman de Wolff ging vervolgens in op de plaats van het onder
zoek op het terrein van Commissie 8 binnen de Faculteit der
Geodesie van de TU Delft. Hij besteedde hierbij aandacht aan de
ontwikkelingen binnen dit onderzoek, zoals verbreding van de toe
passingsterreinen, de internationale context en dwarsverbanden met
andere faculteiten.
De bijdrage van ir. Ruud Kathmann had als onderwerp de structu
rering van het onderwijs op het gebied van de planologische geode
sie. Hij besteedde aandacht aan de specifieke positie van de geo
deet op het terrein van de landelijke en stedelijke planning. Hierbij
speelt met name het onderscheid tussen geodesie en andere vak
disciplines, zoals planologie en stedebouw.
Na de theepauze werden door drs. Nico Mol en ir. Paul Lohmann
enkele praktijkvoorbeelden van stedelijke herverkaveling behandeld.
Het ging om projecten in Arnhem (Klarendal en Spijkerbuurt) en Den
Haag (Vaillantlaan).
Het symposium werd besloten met een discussie over de activiteiten
van Commissie 8 aan de hand van een aantal stellingen. Besloten
werd de stellingen uit te werken en te behandelen in een volgende,
gecombineerde bijeenkomst van de FIG-Commissies 7, 8 en 9.
ir. Joke van de Beek
NGT GEODESIA 92-10
