I 800
Noordzee
Om een indruk te krijgen van de verwerkingssnelheid van
een digitaal fotogrammetrisch systeem, volgt een korte
samenvatting van een eerste test, die bij de MD is uit
gevoerd met de DPW750. De test is uitgevoerd om een
vergelijking te kunnen maken tussen hoogtewaarnemin
gen, die automatisch met een digitaal systeem en hand
matig met een analytisch instrument zijn gemeten. In een
later stadium is uitvoerig ervaring opgedaan met de
functionaliteit en kracht van dit digitale systeem.
Eén set stereoluchtfoto's (kleur, 1 5000) van een deel
van de kust nabij Loosduinen is geselecteerd voor de
vergelijking van automatische hoogtewaarneming met
het DPW750-systeem en handmatige waarnemingen op
een analytisch instrument (Kern DSR15).
De luchtfoto's omvatten een deel zandige kust, duin
hellingen (begroeid en onbegroeid) en een recreatief
gebied (fietspad e.d.) (fig. 1). Snelheid, nauwkeurigheid
en betrouwbaarheid zijn vergeleken. In een later stadium
is gekeken naar de functionaliteit, flexibiliteit en gebruiks
vriendelijkheid van het systeem.
Een vergelijking tussen de tijd die op een analytisch en
digitaal systeem nodig is voor 2451 hoogtewaarnemin
gen, geeft de volgende resultaten:
Analytisch
Digitaal
vliegplan
gelijk
gelijk
fotovlucht
gelijk
gelijk
aerotriangulatie
gelijk
gelijk
scannen
30 minuten
hoogtemeting
5 uur
1 minuut
correctie
15 tot 30 minuten
resolutie 10 micron
Resultaten van de hoogtewaarnemingen.
Het resultaat is een regelmatig digitaal terreinmodel met
een dichtheid van één meter. Markante terreinbegren
zingen, zoals breuklijnen, dienen extra te worden toe
gevoegd, hetgeen de doorlooptijd van de analytische en
digitale procesgang uiteraard doet toenemen.
De 2451 hoogtemetingen betreffen een steekproef (een
vijf meter rooster is geselecteerd) van 59291 hoogteme
tingen, die de DPW750 in 14,6 minuten heeft gemeten.
Dit houdt een meetsnelheid van maar liefst 67 metingen
per seconde in! Bij vergelijking van de DPW750-resul-
taten met de metingen van een waarnemer bleek onge
veer 85% van de verschillen tussen de twee meetsets in
een standaardafwijking van 20 centimeter te resulteren;
3% van de verschillen vertoonden blunders van meer dan
één meter. Alle grote blunders lagen bij elkaar in de om
geving. Fig. 2 toont een profiel met beide metingen.
Gezien de moeilijkheidsgraad van het gebied zand,
lage vegetatie en regelmatige vegetatietexturen geeft
de eerste test interessante en bemoedigende resultaten.
Het geeft ook een indruk van de snelheid waarmee auto
matisch hoogtemetingen kunnen worden verricht. Tege
lijkertijd geven de resultaten een indicatie van het gemak
waarmee lastige delen van het landelijk gebied door
middel van digitale fotogrammetrische technieken in
hoogte kunnen worden vastgelegd.
1400
1300
1200
1100
1000
900
•F 700
600
o
500
400
300
200
100
0
Interval 5 meter
Fig. 2. Een vergelijking van de testresultaten. De standaardaf
wijking van de verschillen bedraagt 23,3 cm. Het strand pro
fiel staat loodrecht op de kust.
Doorgetrokken lijn: resultaten analytische plotter (Leica
DPW750).
Stippellijn: resultaten digitale plotter (Kern DSR15).
Digitale fotogrammetrie: een eerste aanzet tot
integratie in GIS-programmatuur?
Het gebruik van steeds sterkere en snellere computers,
de standaardisatie van programmatuur (Unix, X-windows,
enz.) en het gebruik van rastergegevens in verschillende
disciplines zijn alle ontwikkelingen die de grenzen tussen
geografische informatiesystemen (GIS) en fotogramme
trie doen vervagen. De ISPRS Working Group ll/lll bracht
dit interessante aspect in Washington uiteraard naar
voren
Digitale systemen kunnen worden beschouwd als een
component van GIS en hebben als doel GIS-gegevens in
vector- of rasterformaat in te winnen, waarbij digitale foto
grammetrie een actief venster in het gegevensbestand
vormt".
Dit is een bevestiging van de vermoedens van Helava [1]
en Leberl [2], prominente figuren die fotogrammetrie in
het vooruitzicht stellen als een stuk programmatuur,
draaiend onder bijvoorbeeld Unix en X-windows en wel
licht als optie onder een GIS-pakket. De toekomst zal uit
wijzen of fotogrammetrie na kartografie het tweede
slachtoffer van de GIS-ontwikkelingen wordt. Aan de
ontwikkelingen aan de apparatenkant zal het niet liggen:
stereo-beeldschermen, subpixelpositionering, opslag van
en snelle toegang tot gigabytes-gegevens, stuk voor stuk
vereisten voor een operationele digitale plotter, worden
de komende jaren gemeengoed. De apparatuur voor zo
wel fotogrammetrische als GIS-activiteiten wordt steeds
meer gestandaardiseerd. Fotogrammetrische program
matuur als optionele module van een GIS-pakket is zeker
geen utopische gedachte.
Feit is wel dat uitvoerende produktiewerkzaamheden
veelal niet tot de taken van veel GIS-gebruikende instan
ties behoren en veelal worden uitbesteed. Of dit met de
eventuele beschikbaarheid van een fotogrammetrische
GIS-module verandert, valt te betwijfelen.
GIS: kansen voor fotogrammetrie
De vraag naar geografische fotoprodukten (zoals digitale
orthofoto's en digitale ontschrankingen) lijkt vooruit te
lopen op het huidige (produkt)aanbod en de nog beperkte
NGT GEODESIA 92-11
459