systeem is dus niet om deze gebruiker de specifiek technische kennis van fotogrammetrie aan te leren. In plaats hiervan dient het systeem de gebruiker de nodige vaardigheden aan te leren in het zinvol omgaan met fotogrammetrische meet- en verwerkingsprocessen ten behoeve van de eigen vakdiscipline. Drie categorieën ge bruikersgroepen worden hierbij onderscheiden, te weten Gebruikersgroep categorie 1 Studenten die het vak fotogrammetrie aan de Landbouw universiteit volgen. Zij beschouwen fotogrammetrie als een nuttig vak in het kader van hun eigen studierichting. Deze studenten zullen het fotogrammetrisch programma systeem beschouwen als een middel om de verschillende processtappen duidelijk te kunnen herkennen en te be grijpen. Gebruikersgroep categorie 2 Studenten en medewerkers die geen fotogrammetrische voorkennis bezitten. Zij willen een vakspecifiek meet- of interpretatieprobleem oplossen met behulp van een foto grammetrische techniek. Fotogrammetrie is voor hen een black box" ter verkrijging van geometrische en thema tische informatie. Het systeem moet het hen mogelijk maken om stapsgewijs de fotogrammetrische proces stappen te doorlopen, die leiden naar het gewenste eind resultaat. Voor deze categorie is het essentieel dat het systeem in staat is om de uiteindelijke resultaten te toetsen aan het gewenste resultaat. Gebruikersgroep categorie 3 Studenten en medewerkers die het systeem gedurende langere tijd inzetten voor hun (afstudeer)onderzoek. In principe komen de aan het systeem te stellen eisen over een met de eisen voor de gebruikersgroep categorie 2, echter met dien verstande dat hogere eisen worden gesteld aan de opslagstructuur van de gegevens in relatie tot de overige produktie-omgevingen van de ge bruiker (GIS, gegevensbestanden, enz.). Een analyse van de gebruikersgroepen leerde dat het systeem moest voldoen aan de volgende zes functionele systeemeisen 1. Extractie van geometrische informatie uit beelden Het systeem moet in staat zijn geometrische informatie te extraheren uit (digitale) beelden. Met deze bewust ge kozen ruime formulering wordt duidelijk gemaakt dat het systeem universeel toepasbaar dient te zijn. Dit houdt in dat alle voorkomende fotogrammetrische technieken in het systeem zullen moeten zijn geïmplementeerd. Gezien de ontwikkelingen op het gebied van de geografische informatiesystemen en de digitale fotogrammetrie moe ten rasterbeelden kunnen worden verwerkt. 2. Koppeling van geometrische met niet-geometrische informatie Het systeem moet het mogelijk maken om de verkregen geometrische informatie op een consistente wijze te koppelen aan niet-geometrische informatie. Deze koppe ling dient op een zodanige wijze te worden gerealiseerd, dat een communicatie met of een aansluiting aan be kende GIS-systemen mogelijk is. Zowel aan invoer- als aan uitvoer-zijde moeten koppelingsmogelijkheden aan wezig zijn met fotogrammetrisch instrumentarium, digita- liseertafels, plotters en diverse GIS-systemen. 3. Communicatie met de gebruiker Hoewel het systeem zal bestaan uit meerdere subsyste men met elk onderling verschillende functionele specifi caties, dient de gebruiker de indruk te hebben dat hij een geïntegreerd fotogrammetrisch systeem bedient. Onder alle omstandigheden dient het systeem de communicatie met de gebruiker op een logische en eenduidige wijze te verzorgen. Dit betekent dat help-informatie, foutmel dingen en bedieningsinstructies optimaal op elkaar die nen te zijn afgestemd. 4. Nemen van beslissingen De gebruiker zal eisen formuleren, die hij wenst te reali seren met het inzetten van het systeem. Men kan zich afvragen of een gebruiker in staat is de realiteitswaarde van zijn eisen te toetsen aan de potentie van het foto grammetrisch systeem. Vaak is bij gebruikers sprake van een kenniskloof tussen hetgeen men denkt te kunnen realiseren en hetgeen men kan bereiken. Door de ge bruikerswensen binnen het systeem te toetsen aan de technische mogelijkheden en tevens suggesties aan te dragen voor de te kiezen fotogrammetrische opname-, meet- en verwerkingsstrategie, kan het optreden van een kenniskloof worden ondervangen. Gedurende het ge bruik van het systeem dient het systeem de gebruiker informatie te leveren, waaruit blijkt of nog voldaan gaat worden aan de gestelde doelen. 5. Educatief en beperkt produktiegericht Het systeem moet geschikt zijn voor het begrijpen van de elementaire basisprincipes en toepassingsmogelijkheden van fotogrammetrie. Tevens dient het geschikt te zijn voor het in het kader van contract-research produktie- matig uitvoeren van het volledige fotogrammetrische gegevensinwinnings- en verwerkingsproces. De in het systeem te implementeren bevragingsstructuur, de help- informatie en de presentatiemogelijkheden dienen te worden afgestemd op het niveau van de gebruiker en het type werkzaamheden dat met het systeem wordt uitge voerd. Immers, na verloop van tijd zal de gebruiker meer vertrouwd zijn met fotogrammetrie en het gebruik van het systeem. In een dergelijke situatie wordt een grote hoe veelheid helpinformatie op het beeldscherm niet langer gewaardeerd. Op dat moment moet het systeem kunnen worden opgestart voor meer ervaren gebruikers. 6. Geometrie, topologie, thematiek Het te ontwikkelen systeem moet rekening houden met een binnen afzienbare termijn te verwachten groeiende behoefte naar een formele koppeling tussen geometri sche informatie, thematische informatie en verbindende topologische gegevensstructuur. Hierbij kan worden aan gesloten op de onderzoeksinspanningen van de Vak groep Landmeetkunde Teledetectie van de Landbouw universiteit [3, 4]. Ten aanzien van de vierde eis, het nemen van beslissin gen, maakt een voorbeeld duidelijk hoe het systeem de gebruiker moet helpen een juiste beslissing te nemen. Het komt voor dat een gebruiker een luchtfoto met een schaal 1 2000 wil koppelen aan een topografische kaart met een schaal 1 50 000. Indien meer paspunten dan minimaal noodzakelijk aanwezig zijn, zal het systeem de inpasverschillen kunnen tonen. Deze verschillen kunnen aanzienlijk zijn. NGT GEODESIA 92-11 471

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1992 | | pagina 23