8 Een serieuze erosie bij Knokke. waar zand is bijgekomen (aanwas). Een mooi voorbeeld daarvan hangt aan de wand. De rode vlekken geven de erosie te zien en de groene de aanwas. Bij Cadzand is de aanwas het grootst, geen wonder, daar is het strand onlangs opgespoten. Bij Zeebrugge wijst Johan op een „serieuze erosie". „Het Bestuur" wilde graag weten waardoor die zand- verplaatsing ontstaat en gaf daarom opdracht een slib- onderzoek te doen. Met speciale camera's toegerust werd een fotovlucht gemaakt. De multispectrale scanner maakt opnamen van het wateroppervlak. Verschillen in slibgehalte geven kleurverschillen in de opname. Tegelij kertijd worden vanaf de BEASAC op meerdere plaatsen watermonsters genomen en daarvan het slibgehalte be paald. Zo weten we bij welke kleur een bepaald slibge halte hoort. Een kaart van Zeebrugge tot Cadzand toont hoe het slib zich verplaatst. Deze kaart is tot stand gekomen in nauwe samenwerking met „lucht- en landmacht". Met behulp van een kleuren- infrarood-opname ontstond een rijk geschakeerde digi tale kleurenkaart. Ter plaatse hebben natuurdeskundigen uitgevogeld welke vegetatie bij welke kleur hoort. Die mensen moeten dus goed kunnen kaartlezen en veel weten van wat groeit en bloeit. Alette Getz-Smeenk is zo'n deskundige. Zij werkt bij Eurosense Breda en vertelt enthousiast over de toepas sing van remote sensing-technieken. Ze houdt zich in het bijzonder bezig met de uitvoering van het project EMOS (Ecosystem MOnitoring System) dat ten doel heeft na te gaan welke rol remote sensing (met name luchtfotografie) kan spelen bij het tot stand komen van een landelijk meet net voor natuur en landschap. Bij monitoring van natuur en landschap gaat het om een ruimtelijk net van meet punten (meetnet) waarop op regelmatige tijdstippen metingen worden verricht. Met behulp van deze tijd reeksen kunnen veranderingen (voor- of achteruitgang) worden gesignaleerd. Monitoring biedt tevens een basis voor het doen van voorspellingen en voor het beoordelen van de effectiviteit van een bepaalde genomen maat regel. Een specifiek voorbeeld van remote sensing-toepassing is de bepaling van de gezondheidstoestand van stads- bomen aan de hand van de beoordeling van de boomkrui nen op kleureninfrarood-luchtfoto's. Knipoogjes In een andere warme Zeebrugse werkkamer vertelt ir. Frans Claeys een verhaal over de onderzoeken die worden gedaan naar de toepassing van andere plaats bepalingsmogelijkheden, zoals GPS. Dit wordt bij lucht fotografie al toegepast, namelijk voor de navigatie en voor het nauwkeurig bepalen van het projectiecentrum. Voor GPS-toepassing op de hovercraft zijn verschillende on derzoeken gaande. Bij één van die testen werd gebruik gemaakt van volg-theodolieten, zoals die ook werden toe gepast bij de Exocet-raketten. Op de mast van de hover craft was een infrarood-bron geplaatst, die moest worden gevolgd. De test was een succes, hoewel het systeem ook weieens enkele knipoogjes bleek te doen naar de uit laat van de craft. Alles wat leeft en groeit Er was een mooie natuuropname voorhanden: de vege- tatiekaart van het Zwin, een prachtig natuurgebied op de grens van België en Nederland. Zeer minutieus is daarop terug te vinden wat zand, duin, water of slik is, waar struweel staat of lagere plantengroei en zelfs waaruit die bestaat: zeekraal, schorrekruid, kweldergras of zeeweeg bree. Ook de hoogten zijn met decimeter-nauwkeurigheid vermeld. Van analoog aapmens tot digitaal satellietbeeld verwerker In de instrumentenruimte van Eurosense in Breda vind je geen analoge uitwerkingsapparaten waar de fotogram- meters als een soort aapmens tussen hangen. „De laatste jaren werken we alleen nog digitaal", legt Hagman uit. Fotogrammetrie is nog steeds een uitste kend middel voor zeer nauwkeurige kaartvervaardiging of bijhouding van grootschalige kaarten. Dat gebeurt hier met behulp van analytische plotters, waarmee de stereo luchtfoto wordt omgewerkt tot een digitale lijnenkaart. Aan de Planicomp P3 van Zeiss tuurt Arjan van de Kreeke in het oculair. Hij is oud-Kadastermedewerker en werkt nu hier. Met heel veel genoegen overigens, merkt hij zelf op. Hij is bezig een stuk van Amsterdam uit te werken, dat moet een GBK worden. De kleurenfoto's zijn haarscherp en Arjan ziet er alles op, ook straatonge vallen, vuile troep achter schuurtjes of leuke tafereeltjes op dakterrassen, die wel zijwaarts maar niet naar boven zijn afgeschermd. Maar die details komen niet op de GBK. Vegetatiekaart ,,Zwin 476 NGT GEODESIA 92-11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1992 | | pagina 28