GeoTrade GeoTrade Uw leverancier van o.a.: Nedo jalons, statieven, baken, prisma's, reflectoren, etc. Meywald meetbanden. Stewe Gremscher markeringsmaterialen. Corvallis handheld computers, veldboeken, software. Roned BS-II batterijlader, o.a. recycling van „oude" batterijen. Dova UHF VHF portofoons. Theis waterpastoestellen, theodolieten, lasers. Postbus 2136 - 5260 CC Vught Telefoon en Fax 073 - 561591 AFSTUDEERSCRIPTIES 1991 - 1992 HOGESCHOOL UTRECHT De afstudeerscripties van de HU zijn te bestellen bij ing. H. Jong bloed, Vondellaan 2, 3521 GD Utrecht, telefoon 030 - 890514. I P. den Ridder M. Swartjes INVLOED VAN SA OP DGPS Het GPS-signaal is door het Amerikaanse Ministerie van Defensie moedwillig verslechterd door de toevoeging van Selective Availabi lity (SA). SA is gerealiseerd door manipulatie van de satellietbaangegevens (ephemeride); manipulatie van de satellietklokfrequentie. Deze optredende verslechtering van het signaal kan grotendeels worden ondervangen doorreal-time" differentiële GPS (DGPS) met pseudo-range" correcties. Afhankelijk van de overzendfrequentie (update-rate) van deze correcties wordt de positienauwkeurigheid verbeterd. Bekend is dat er een relatie bestaat tussen de overzendfrequentie van de pseudo-range correcties bij differentiële GPS-metingen en de positienauwkeurigheid. Het doel van dit onderzoek is het vinden van deze relaties aan de hand van zelf uitgevoerde metingen. Om deze relatie te achterhalen, is gekozen voor de meting van een korte en een lange basislijn. Door manipulatie van de overzend frequentie wordt het verband tussen deze overzendfrequentie en de positienauwkeurigheid onderzocht. Deze metingen zijn zowel direct als achteraf uitgevoerd. Tussen de resultaten bestaat een verschil in nauwkeurigheid. De belangrijkste bevindingen uit dit onderzoek zijn: de positienauwkeurigheid is in sterke mate afhankelijk van de overzendfrequentie; SA vertoont een verloop, wat terug te vinden is in de positie; overzendfrequenties van twaalf seconden of meer geven geen praktisch te gebruiken resultaten; er is een logisch verloop van de precisie bij de verschillende overzendfrequenties; er is geen verband tussen de overzendfrequenties en de posities. Uit het onderzoek kan onder andere worden geconcludeerd dat de locatie van de antenne grote invloed kan hebben op de meting. Van af een overzendfrequentie van 6,0 seconden gaat SA merkbaar een rol spelen op de positienauwkeurigheid. De positienauwkeurigheid vertoont een grillig verloop. Voor korte basislijnen geldt dat zowel de precisie als de positienauwkeurigheid bij een overzendfrequentie van 6,0 seconden of minder binnen één meter blijven. I P. A. M. Bekkers B. J. Lieverdink GESCANDE LUCHTFOTO'S INBRENGEN IN ARC/INFO Omdat de fotogrammetrie een belangrijke gegevensbron kan zijn voor een GIS, zal men in de toekomst het fotogrammetrisch proces kunnen integreren met het GIS-proces. De analytische fotogramme- trieprocedure is een stap in de goede richting. Binnen deze analytische procedure, geïntegreerd met Arc/Info, is onderzocht of het mogelijk is om een stap in de richting van een ge heel digitaal ontschrankingsproces te nemen door niet vanaf de foto op de digitizer te digitaliseren, maar de foto te scannen, op het beeld scherm te plaatsen en hier vanaf te digitaliseren. De inwendige oriëntering dient dan via het gescande beeld te worden gerealiseerd. Dit laatste bleek mogelijk binnen Arc/Info met het Register-com mando van de Image Integrator. Het digitaliseren op het beeld scherm was mogelijk door met behulp van dit commando een raster- beeld als „background" op het scherm te plaatsen om hierop digita liserend een vectorbestand aan te maken. De nauwkeurigheid wordt beter naarmate de resolutie van de scanner toeneemt. Het is echter zinloos om deze resolutie de foto resolutie te laten benaderen. De rastercellen van het gescande beeld en de dots van de foto zullen elkaar dan overlappen, zodat een onjuiste weergave zal ontstaan. Bij deze methode kan een hogere nauwkeurigheid worden behaald dan bij het huidige digitaliseerproces vanaf de digitizer. Deze verbe tering is echter betrekkelijk. In een ander gedeelte van het proces, het omrekenen van objecten naar terreincoördinaten, wordt gebruik gemaakt van een beschrijving van het aardoppervlak door middel van een DEM (Digital Elevation Model). De nauwkeurigheid waarmee de terreinhoogte bekend is, heeft zeker zoveel invloed op de nauw keurigheid van het uiteindelijke produkt dan het digitaliseerproces. Audrey Severijn Jolanda de Jong DE TOEPASBAARHEID VAN GPS VOOR DETAILMETEN Het onderzoek is onder andere uitgevoerd middels interviews met medewerkers van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat. Deze interviews leverden informatie op over de: huidige methode van meten; terreinsituatie in de verschillende regio's; mogelijkheden van GPS. Er is een indeling gemaakt naar omstandigheden in het terrein en een indeling naar werkzaamheden. Hieruit volgen toepassingsmoge lijkheden van GPS. Het coördinaatproduktieproces van grondslag metingen is als referentie gebruikt, omdat hiermee ervaringen zijn, zowel met tachymetrie als met GPS. Om te kunnen nagaan of GPS een efficiëntere meetmethode is, wordt deze vergeleken met de con ventionele methode van meten. Bart van Dongen Gerrit Hermsen PROGRAMMA LZH Onder LZH wordt verstaan het maken van een prototype (computer programma) waarmee vanuit een onregelmatig puntenveld hoogte lijnen kunnen worden gegenereerd. Het probleem kon op twee manieren worden aangepakt: vectorgeoriënteerd (dit resulteert in vectorbestanden); rastergeoriënteerd (dit resulteert in rasterbestanden). De keuze is uitgegaan naar de tweede methode. Het grootste voor deel van deze methode is dat, wanneer men eenmaal een raster- bestand heeft gegenereerd, het vrij eenvoudig is afgeleide „kaar ten" te produceren (manipulatiemogelijkheden). Eén van de belangrijkste stappen om tot een hoogtelijnenkaart te komen, is de interpolatiefase. Enkele gangbare interpolatietechnie ken zijn daarom nader uitgewerkt. Door de manipulatiemogelijk heden zijn binnen het programma drie modulen opgenomen: module hoogtelijnen; module hoogtezone; module helling. In deze scriptie worden de stappen behandeld, die dienen te worden doorlopen. Per module wordt het algoritme uitgewerkt. 484 NGT GEODESIA 92-11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1992 | | pagina 36