Topografische Dienst; nieuwe stijl
Ontwikkeling van het basisbestand
[1 5000 -1:25 OOG]
Basisbestand
door ir. E. Kolk, hoofd van de landmeetkundige afdeling van de Topografische Dienst
SUMMARY
A new style for the dutch Topographic Service: the development of the basic database
In the last two years digital production methods have been developed at the Topographic Service. By the
end of the year 1992 the standard map series in the scales ranging from 1:10 000 to 1 500 000 will be
created from topographic vector databases. A description of the Topographic Service „new style" is given,
in particular the creation of the parent database 1 5000 - 1 25 000.
Inleiding
Twee jaar geleden bestond de Topografische Dienst
Nederland (TDN) 175 jaar. Niet alleen het verleden werd
toen herdacht, maar ook de plannen voor de toekomst
werden geopenbaard middels een symposium en arti
kelen in diverse vaktijdschriften, onder andere in NGT
Geodesia [1, 2], Het afscheid van prof. Ligterink is een
goede gelegenheid om te kijken wat er van die plannen
is terechtgekomen. Ik zal me beperken tot het basisbe
stand, een bestand gerelateerd aan de schaal 1:10 000,
dat via fotogrammetrische methoden tot stand komt.
Fotogrammetrie vormt sinds 1932 een onderdeel van het
karteringsproces. De huidige organisatievorm en de
naam van de Dienst zijn ontstaan in dat jaar. De Dienst
der Militaire Verkenningen, landmeters/topografen zoals
de toenmalige officieren te paard nu zouden worden
genoemd, werd samengevoegd met de Topografische
Inrigting, een tot dan zelfstandig reproduktiebedrijf bin
nen het Ministerie van Oorlog [3]. De Topografische
Dienst bestaat dus óók zestig jaar I Het gebruik van lucht
foto's maakte destijds (mede) een andere organisatie
vorm noodzakelijk.
Nu is er weer een reorganisatie op komst om de Dienst
aan te passen aan het digitale tijdperk. De TDN „nieuwe
stijl" is achttien jaar oud. „Meerderjarig, maar nog niet
volwassen" zou als kenmerk kunnen worden genoemd
voor de huidige situatie.
Topografische Dienst
De Topografische Dienst is een onderdeel van het
Ministerie van Defensie. Er werken 175 burgers. De
Dienst heeft primair tot taak de Koninklijke Landmacht te
voorzien van geografische informatie. „Geografische
informatie" is een ruimer begrip dan het vroeger ge
hanteerde „landkaarten". De huidige taakstelling dateert
van 1988, toen in het kader van de verzelfstandiging van
de Dienst de taken opnieuw zijn geformuleerd. Voor 1991
is voor het eerst een Convenant Zelfbeheer afgesloten
tussen de bevelhebber der Landstrijdkrachten en de
directeur Topografische Dienst. De Topografische Dienst
dient in de eerste plaats kaarten en bestanden te ver
vaardigen van Nederland in het schaalbereik 1 5000 tot
1 500 000. Werkzaamheden voor civiele opdracht-
Lezing gehouden op 4 november 1992 te Delft tijdens het
mini-symposium „Ontwikkelingen in de fotogrammetrie en de
Nederlandse praktijk".
gevers kunnen worden uitgevoerd, mits de militaire
taakstelling niet in het geding komt en de kosten niet op
het Ministerie van Defensie drukken.
TDN wordt sinds enkele jaren steeds frequenter achter
volgd met de vraag „kunnen jullie een bestand 1:10 000
leveren" [4], Het antwoord is sinds enige tijd „ja,
mits. .fHet zou natuurlijk voor alle (potentiële) ge
bruikers van onze bestanden het beste zijn als de be
standen op CD bij de plaatselijke boekhandel verkrijgbaar
zouden zijn. Helaas waren de middelen niet aanwezig om
bestanden van enige omvang op te bouwen. Dit ondanks
het feit dat de Topografische Dienst het automatiserings
proces is begonnen in de tijd van de papertape. Als er nu
een basisbestand zou zijn geweest, zou het ongetwijfeld
verkeerd zijn gestructureerd. Als voorbeeld mag dienen
het bestand 1 250 000, dat voor de derde keer wordt
gestructureerd. De zekerheid dat het geen vier keer
wordt, is niet te geven, maar de kans erop wordt wel
kleiner.
Pas twee jaar geleden werden apparatuur en program
matuur betaalbaar en was de functionaliteit ervan vol
doende om niet alleen een bestand op te bouwen, maar
ook een kaart uit dat bestand te genereren. De kaart is
nog steeds het belangrijkste produkt, al is de aandacht
gericht op bestandsopbouw en GIS-toepassingen. Als de
GIS-droom werkelijkheid is geworden, zal de kaart nog
steeds bestaan.
De begroting van de Topografische Dienst was enkele
jaren geleden nog afgestemd op een kostprijs van drie
ton voor een werkstation. Toen de prijzen omlaag gingen,
kon de automatisering snel van de grond komen, want
het geld was er. Ook de spreiding van 1984 werkte voor
het eerst in het voordeel van de Dienst. Hierdoor werd het
personeelsbestand aanzienlijk verjongd. Jarenlang heb
ben de kartografen tussen het graveren door geoefend op
de drie werkstations die beschikbaar waren voor de op
bouw van het bestand 1 250 000 en het wegenbestand
1 50 000. Ze konden zo aan de slag, althans de „water
vrees" was overwonnen.
We beschikken nu over 35 werkstations, aan het eind
van het jaar 1992 zijn dat er 50. Het benodigde aantal zal
niet veel hoger komen te liggen. De produktie is sinds
een jaar volledig digitaal. Er resteert nog een een
malige wintervoorraad van 40 kaartbladen 1:10 000 en
1 25 000, die volgens het oude proces zal worden ver
werkt.
NGT GEODESIA 92-11
453