Meetprocedure en storende invloeden Gegevensverwerking zeggen 10-9 van de normale luchtdruk. Ook dan zijn er nog 1014 gasmoleculen over, die de meting beïnvloeden. Daarom is rond het vallende prisma een meevallende kamer aangebracht en de moleculen rond het prisma hebben dezelfde snelheid als het prisma. De meting van de absolute zwaartekracht duurt per locatie ongeveer twee dagen. De 1500 tot 3000 indivi duele valproeven worden gegroepeerd in zogenaamde „runs" van 300 elk. De meting per run geschiedt geheel automatisch in ongeveer 70 minuten. Een run wordt weer onderverdeeld in sets, die uit twee subsets van elk 30 val proeven bestaan (fig. 5). Voor de verdeling in sets en subsets is gekozen in ver band met de eindige stabiliteit van de laser. De frequentie verandert namelijk met de tijd. Binnen de frequentieband van de Helium/Neon-laser zijn twee frequenties die voldoen aan bepaalde polarisatie criteria. Deze verlopen met de tijd tegengesteld, maar wel met dezelfde orde van grootte. Tussen twee opeenvol gende subsets wordt daarom de frequentie gewisseld en men spreekt van rode en blauwe subsets. De metingen worden voor een groot deel beïnvloed door systematische effecten, die zowel externe als systeem- afhankelijke oorzaken kunnen hebben. Extern zijn te noemen: atmosferische wrijving (dat wil zeggen de druk moet zo laag zijn, dat er een vrije mole culaire stroming ontstaat, waardoor dan de wrijving een lineaire functie van de valsnelheid is), microseismiek (be- Westerbork perking is mogelijk door demping met een trillend veer- systeem), aardgetijden, poolbeweging, grondwaterstand en het overbrengen van de gemeten zwaartekracht- waarde naar het grondniveau. Systeemafhankelijke invloeden zijn: verandering van meetlengte tijdens de val (het laserlicht heeft aan het begin van de val langer nodig dan aan het eind), de valbuis moet bijzonder goed verticaal staan (dat wordt bereikt door de laserbundel tijdelijk af te buigen, zodat men zo goed mogelijk twee patronen kan laten over lappen), en verschillende soorten ondergrond kunnen de meetuitkomsten aanzienlijk beïnvloeden (het instrument reageert op niet-stabiele bodemlagen, wisselende aan wezigheid van personen of verkeer in de buurt). Invloed hebben verder de gebruikte lengte- en tijdstandaard, magnetische en elektrostatische krachten. De oorzaken van toevallige fouten zijn de resolutie van het interferometersignaal, tijdfouten in de waarneming daarvan en microseismische restinvloeden. De herhaal baarheid van absolute zwaartekrachtbepaling met vrije val-systemen wordt geschat op 0,001 - 0,008 mgal. De verwerking van de meetgegevens gebeurt in twee fasen, on-line" en „off-line". De off-line verwerking is daarbij een herhaling van het on-line algoritme, maar met gebruik van de actuele zwaartekrachtgradiënt, een beter getijdemodel en een filtermogelijkheid voor periodieke systematische fouten. Per val wordt rekening gehouden met de verandering in meetlengte, de statistische eliminatie van meetwaarden Run n Gemiddelde g FRC APC PMC Corr. g Resultaat g 1 300 981308,8655 ,0105 ,0011 - ,0037 981308,8734 981309,1180 2 299 981308,8737 ,0058 ,0006 - ,0038 981308,8765 981309,1211 3 299 981308,8756 ,0076 ,0008 - ,0038 981308,8802 981309,1248 4 300 981308,8717 ,0090 ,0006 - ,0038 981308,8775 981309,1221 5 299 981308,8613 ,0096 ,0002 - ,0036 981308,8675 981309,1121 6 299 981308,8665 ,0101 ,0003 - ,0036 981308,8733 981309,1179 7 299 981308,8615 ,0096 ,0002 - ,0036 981308,8679 981309,1125 8 300 981308,8554 ,0083 - ,0004 - ,0037 981308,8596 981309,1042 9 300 981308,8772 ,0090 - ,0003 - ,0037 981308,8822 981309,1268 2696 981308,8676 ,0089 ,0004 - ,0037 981308,8731 981309,1177 Eenheden voor kolommen 3-8 zijn mgal. Referentie hoogte is 818 mm, zwaartekrachtsverschil is 0,2446 mgal. Kootwijk Run n Gemiddelde g FRC APC PMC Corr. g Resultaat g 1 300 981250,6321 ,0082 - ,0027 - ,0038 981250,6318 981250,8932 2 300 981250,6159 ,0072 - ,0033 - ,0038 981250,6160 981250,8774 3 299 981250,6195 ,0086 - ,0031 - ,0038 981250,6212 981250,8826 4 300 981250,6102 ,0086 - ,0031 - ,0038 981250,6119 981250,8733 5 300 981250,6240 ,0090 - ,0032 - ,0038 981250,6260 981250,8874 6 299 981250,6216 ,0086 - ,0030 - ,0038 981250,6234 981250,8848 7 300 981250,6239 ,0090 - ,0034 - ,0038 981250,6257 981250,8871 8 300 981250,6307 ,0090 - ,0034 - ,0038 981250,6325 981250,8939 9 300 981250,6123 ,0090 - ,0034 - ,0038 981250,6141 981250,8755 2698 981250,6211 ,0084 - ,0032 - ,0038 981250,6225 981250,8839 Eenheden voor kolommen 3 - 8 zijn mgal. Referentie hoogte is 818 mm, zwaartekrachtsverschil is Fig. 7. Run-overzicht. 0,2446 mgal. 54 NGT GEODESIA 93 - 2

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 10