De fotogrammetrie houdt zich bezig met het maken van
opnamen van moeilijk meetbare objecten, maakt daar
afdrukken van om die vervolgens te interpreteren.
Met de introductie van digitale technieken is het denken
over fotogrammetrie ingrijpend gewijzigd, meent de
Duitse onderzoeker prof. dr. ing. W. Förstner. Ging het
aanvankelijk louter om het meten en de perceptie van
foto's, nu staat het begrip van de afbeeldingen, het ont
trekken van informatie aan de beelden centraal.
Het aantal informatiebronnen is drastisch uitgebreid.
Naast de analoge fotocamera hebben digitale camera's,
sensoren, videocamera's en scanners hun intrede ge
daan. Het digitale instrumentarium kan met deze infor
matie hetzelfde als de analoge en analytische appara
tuur, maar kan bovendien beelden bewerken, met behulp
van de computer details uit de afbeelding lichten en even
tueel met een database vergelijken.
Het aantal toepassingen is daardoor ook fors toege
nomen, met name in de industrie, voor geografische
informatiesystemen en voor driedimensionale remote
sensing. Zo bewaken camera's op een robot een kern
centrale: van elk voorwerp dat ze tegenkomen wordt
gekeken of het overeenkomt met het oorspronkelijke
ontwerp.
Volgens Förstner is het maken van landkaarten via geo
grafische informatiesystemen echter de belangrijkste
taak voor de fotogrammetrie. De grote organisaties die
zich met landkaarten bezighouden, zijn echter niet ge-
interesseerd waar de data vandaan komen. Ze willen dat
de gegevens betrouwbaar zijn, dat de afbeeldingen
onderling bij elkaar passen en met een druk op de knop
tevoorschijn komen tegen een redelijke prijs. En dan
komen de problemen aan het licht. Want digitale ge
gevens zijn weliswaar efficiënter, sneller en goedkoper te
verkrijgen, ze zijn niet per definitie accurater dan foto's.
Integendeel, de kwaliteit van de beelden laat te wensen
over, zeker als ze in een raster (met pixels) zijn weer
gegeven. Voor kleurovergangen is dit geen probleem,
voor het onderscheiden van gebouwen echter wel. Wil
een gedigitaliseerde afbeelding de kwaliteit van een foto
benaderen, dan mogen de pixels niet meer dan 5-10
micron zijn en dat vreet gigabytes aan computercapaci
teit. De digitale beeldkaarten zullen dan ook niet kunnen
concurreren met een landkaart van één op 50 000, maar
voor gebieden waar helemaal geen kaarten van bestaan,
voldoet het aardig. Anders dan van landkaarten die jaren
op de plank mogen liggen, verwacht het publiek wel dat
ze up to date zijn.
Een ander probleem is de uitwisselbaarheid van ge
gevens die uit andere bronnen afkomstig zijn: naast de
(ook al diverse) fotogrammetrische bronnen, bestaan er
topografische kaarten en algemene modellen. Die moe
ten allemaal tot een eenduidige afbeelding worden
samengevoegd.
Behalve het oplossen van deze problemen is er nog veel
te doen voor de fotogrammeters. Zo zou er volgens
Förstner een „kaarttheorie" moeten komen: wat is een
kaart, wat is een huis, wat is een huizenrij en wat is de
relatie daartussen. Dowman van zijn kant hoopt ooit meer
dan twee beelden tegelijk te gebruiken en de data van
meer sensoren. Ook is verdere integratie met geografi
sche informatiesystemen, wetenschappen als de fysica,
en met technieken als kunstmatige intelligentie gewenst.
Hoe het ook zij, over tien jaar is er geen plek meer voor
een gespecialiseerde fotogrammeter, concludeert Dow-
man- (Uit: Polytechnisch Weekblad)
68
STAR VOOR ROCOMP
Onlangs verwierf Rocomp het distributeurschap van de
STAR-programmatuur voor de Nederlandse markt. Het
Belgische STAR Informatique is producent van (geo)-
grafische en ontwerpsystemen op basis van landmeet
kundige informatie welke ook de naam STAR draagt.
Deze programmatuur bestaat uit diverse modules, die
haar toepassing vindt bij de grotere organisaties. STAR is
operationeel in een UNIX-omgeving.
Voor Rocomp is de STAR-programmatuur complementair
te noemen ten aanzien van haar eigen landmeetkundige
pakket TopoCAD, dat gebaseerd is op AutoCAD.
STAR-programmatuur is modulair en bestaat uit:
STAR Archi voor stedebouw, architectuurontwerp,
planproduktie, beeldsynthese, meetstaten, enz.;
STAR Topo ten behoeve van topografische invoer,
kartografische gegevensbanken, perceelstudies, we
gen, enz.;
STAR Carto, een geografisch informatiesysteem;
STAR Techno, voor facilities management.
Inlichtingen: Rocomp BV, telefoon 085 - 644588.
A/D-CONVERSIE GBK GOUDA
De gemeente Gouda en het Kadaster hebben in oktober
1992 een samenwerkingscontract getekend betreffende
de analoog - digitaal conversie van de bestaande groot
schalige basiskaart (schaal 1 500) van Gouda. Het
analoge bestand omvat 175 bladen (GBK-formaat). De
conversie wordt in zeven fasen uitgevoerd en zal begin
1994 zijn afgerond.
Uitwisseling Fase-1 digitaal bestand door mr. M. C. ter Braak en
ing. H. Lenderink.
De eerste fase van dit digitaliseerproject (omvattende 310
ha van de in totaal 1635 ha) van het gemeentelijk grond
gebied is op 26 november 1992 overhandigd door wet
houder ing. H. Lenderink, namens de gemeente Gouda
aan mr. M. C. ter Braak, namens de Staat der Neder
landen. De bijeenkomst, waarin vertegenwoordigers van
beide partijen aanwezig waren, is gehouden in het Stad
huis van Gouda.
Met het Kadaster zullen besprekingen worden gestart om
na 1993 tot een samenwerking te komen voor wat betreft
de bijhouding van het digitale bestand.
NGT GEODESIA 93 - 2