Sluis-Oostburg Eerste administratieve ruilverkavelingsakte Conclusie Boomkikkers op het rechte pad? voor de afwerking meer tijd nodig. Bij de eerste proef met kadastrale kaarten en een GBKN was de benodigde vectoriseertijd gelijk, maar de benodigde nabewerkings- tijd nog altijd hoger. Het blijkt bij het vectoriseren belang rijk te zijn om goed gebruik te maken van de geboden instellingsmogelijkheden. Deze bepalen zowel de vectori- seersnelheid als de hoeveelheid nabewerking. Nu meer ervaring is opgedaan met het programma en gebruik wordt gemaakt van versie 4.0, blijkt dat het vectoriseren ongeveer 30% sneller kan zijn bij kadastrale kaarten en GBKN-bladen. Het vergt wèl enige gewenning van de operator. In de vergelijkingen die wij hebben uitgevoerd (met in houd zoals het afgebeelde blad K10) bleek een eerste blad beduidend meer tijd te kosten 20%). Zodra het werkproces beter was bepaald en de operator routine had opgebouwd, bleek bij de volgende bladen een gemiddel de snelheidswinst van 30%. Inmiddels zijn de ervaringen zodanig, dat is overgegaan op reguliere produktie voor daartoe geschikte kaarttypen. Ruilverkavelingsakte met kadastrale feestdronk. Wat is er voor bijzonders aan een ruilverkavelingsakte? In een gebied als Zeeland, waar ruilverkavelen als een continu proces moet worden gezien, is het bijna sleur geworden. Toch werd aan de akte van Sluis-Oostburg extra aandacht besteed, want het was de eerste in een administratieve ruilverkaveling, ook wel RAK genaamd. Op dezelfde plaats waar ruim vier jaar geleden de boeren Het blijkt dat deze programmatuur uitstekend in staat is rasterlijnen te volgen en om te zetten in vectorlijnen. Essentieel is echter de hulp van de operator om aan te geven welke lijn dient te worden omgezet en welke richting het programma moet kiezen op kruispunten. Op deze wijze is het vectoriseerproces volledig onder con trole, een voordeel ten opzichte van batch vectoriseren, waardoor nabewerking tot een minimum beperkt kan blijven. De kosten van interactief vectoriseren liggen voor daartoe geschikte bladen lager dan bij digitaliseren en het werk is minder eentonig. Een groot voordeel is dat de precisie van vectoriseren altijd constant is, mits natuurlijk de tandem goed functioneert: een operator die het proces stuurt en het programma „digitaliseert"! Literatuur 1. Ten Siethof, J. J., Efficiëntere analoog-digitaal conversie. NGT Geodesia 1992 no. 5. door Theo Scheele, redacteur. uit dit grensgebied volmondig ja hadden gezegd tegen dit nieuwe ruilgebeuren uit de Landinrichtingswet, voltrok zich op 20 januari 1993 de handeling die een einde maak te aan de rechtsonzekerheid in dit gebied. De landinrichtingscommissie was matig tevreden. Een vijf-plusje, meende de vice-voorzitter, maar hij sprak op persoonlijke titel. De echte voorzitter, J. Ramondt, was nauwelijks positie ver. De korte procedure die een RAK moet doorlopen, heeft voordelen. Je voert een plan uit, dat door de streek wordt gedragen. Als het lang gaat duren, verandert er soms zoveel, dat de belanghebbenden er niet meer achter kunnen staan. Hij vroeg zich echter af hoe het hier zou uitpakken, als er nu zou worden gestemd. Vier jaar geleden zag de toekomst voor de boeren er nog redelijk zonnig uit, maar sindsdien is er wel wat veranderd. Niet alleen economisch, maar er is ook sprake van een be- langenverschuiving. Was vroeger de landbouw de ini tiator van een ruilverkaveling, tegenwoordig komt dat initiatief vaak uit de hoek van de natuurbeheerders die daar blijkbaar wel geld voor beschikbaar hebben. En geld is er in een RAK niet zoveel. Toch wat jaloers? De ontwikkelingen in de landbouw en die in de maat schappij zijn volgens Ramondt verschillende kanten op gegaan. Hij illustreerde dat met een fraaie „bloem lezing". In sommige delen van Zeeland worden „bloemdijken" tot beschermd natuurgebied verklaard en overgeheveld naar 118 NGT GEODESIA 93 - 3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 18