Met behulp van windtunnels wordt aërodynamisch onderzoek ver richt voor vliegtuigen (Fokker F50, F70 en F100), voor helicopters, alsmede voor motorvoertuigen. Belangrijk is hierbij naast de vorm geving het zoveel mogelijk geluidsarm maken. Verder wordt door het NLR de zogenaamde Flight Simulator ontwikkeld en geconstrueerd, waarbij onderzoek wordt gedaan naar de verrichtingen van piloten onder de meest extreme omstandigheden. Hiervoor is een speciale flight-test afdeling opgezet, die vliegproefinstrumenten test, appara tuur ontwikkelt, inbouwt en test en die zich onder meer bezighoudt met complicaties welke zich kunnen voordoen bij het landen van heli copters op schepen. De meeste benodigde hard- en software waar mee de gegevens worden verwerkt, wordt door het NLR zelf ont wikkeld en getest. Daarna kregen we een rondleiding door de gebouwen, waarbij men ons liet zien hoe de verschillende navigatie/referentiesystemen voor de plaatsbepaling van vliegtuigen is geregeld. Een simulatie op grote beeldschermen toonde ons hoe de luchtverkeersleiding vliegtuigen binnenloodst. Bij het testen van de nieuwe Fokker F70 in Spanje wordt, naast de reeds bestaande navigatiesystemen, tevens onderzoek verricht naar PRS (Position Reference System), gebaseerd op de GPS-technolo- gie, waarbij naar verwachting een nauwkeurigheid van 15 cm kan worden gehaald. Door het geringe aantal belangstellenden leek dit uitstapje van de VVL op een privé-excursie. Na afloop van de rondleiding werden we onthaald op een hapje en een drankje, en werden ons nog boeiende verhalen verteld door de zeer enthousiaste medewerkers van het Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium. Paul van Schelt a EERSTE NOVAJET KLEUREN INKTJETPLOTTER BIJ KADASTER ZEELAND De champagnekurken knalden toen de eerste inktjetplotter werd overgedragen aan het Zeeuwse Kadaster. Samen met leverancier Leica en importeur VCS (importeur voor de Benelux) had men er nogal werk van gemaakt. Vier exemplaren van dit apparaat demon streerden op 28 april 1993 in de kadastrale kantine in Middelburg hun uitgebreide mogelijkheden. Behoudens de toespraken was het een geruisloze demonstratie, want de Novajet werkt inderdaad bijna geluidloos. Het viel dan ook niemand op dat de apparaten tijdens de toespraken gewoon doorgingen met het produceren van de meest fraaie kleurenplaatjes. Het mooiste was een opengewerkte Ferrari, waarin een scala aan gekleurde vlakken voorkwam. Aangezien niet elk geodetisch bedrijf regelmatig Ferrari's ontwerpt, lieten andere plotters zien hoe een kleurenkaart of een luchtfoto via de plotter tot stand komt. Het moet worden gezegdnauwelijks van een echte foto te onderscheiden. Met behulp van de basiskleuren rood, geel, blauw en zwart is de piot- machine in staat, via de software, niet minder dan 16 miljoen kleur tinten tot stand te brengen. Door aftasting van het origineel worden de oorspronkelijke kleuren feilloos gereconstrueerd, niet alleen van gescande originelen, maar ook van vectorbestanden; die worden dan eerst omgezet naar een rasterbestand. Kadasterdirecteur Faas was blij met deze primeur, waarvoor uit aller lei geodetische hoeken erg veel belangstelling was getoond, welke belangstelling ook weer uitstraling naar het Kadaster had. Namens Leica droeg de heer Van Holthoon de plotter officieel over: „We hebben er hier vandaag vier neergezet, maar we nemen er drie mee terug. Met die ene die hier blijft, wensen wij u veel succes". Het Kadaster moet nu nog een leuk plaatsje zien te vinden voor dat apparaat. Chef Moerdijk van het Kadaster ziet talloze toepassingsmogelijk heden bij zijn dienst, zoals het vervaardigen van proefplots, uitge tekende luchtfoto's voor de naverkenning en veldplans, maar ook voor de landinrichting kunnen bijvoorbeeld prachtige grondsoort kaartjes en toedelingsplannen worden gemaakt. Volgens importeur Jozef de Smet van VCS International werkt Novajet veertig keer sneller dan zijn soortgenoten die het met de pen moeten doen, en de penproblemen zijn hiermee ook de wereld uit. De Smet verheugde zich over de grote degelijkheid van zijn verkoop partner Leica, die in de Nederlandse markt een goede naam heeft verworven, maar etaleerde ook zijn visie op het Nederlandse Kadas ter als zijnde een bedrijf met een goede commerciële inslag welke onder andere blijkt uit de aanschaf van dit „apparaat van de toe komst". Hij wenste tenslotte dat het (tevens aanwezige) Belgische Kadaster een even verstandig (aankoop)beleid zal gaan tonen Inlichtingen: Leica, telefoon 070-3198999. Theo Scheele a DSNS 93 Van 29 maart tot en met 2 april 1993 werd in het RAI Congres centrum in Amsterdam het 2nd International Symposium DSNS 93 gehouden (DSNS Differential Satellite Navigation Systems). Sponsors waren het Ministerie van Verkeer en Waterstaat, Sercel (Frankrijk), Racal (GB) en de European Space Agency. Dit sympo sium was het tweede in een reeks die anderhalf jaar geleden in Braunschweig van start ging. Het volgende symposium zal over anderhalf jaar in Londen worden gehouden. In Amsterdam waren 392 deelnemers en er werden 64 presentaties gegeven in 12 sessies, verdeeld over vier dagen (op de eerste dag van het symposium stonden voornamelijk cursussen van Navtech Seminars op het programma): Developments and future potentials of DSNS, regional and wide area differential networks; Wide area differential networks; Reference stations and receivers; Ambiguity resolution developments; Applications of Differential Satellite Navigation Systems (twee gelijktijdige sessies); DSNS in maritime and land environment; Integration of DGPS and inertial reference systems; Applications and health monitoring; Integration and data transfer; DSNS in aeronautical operations; High precision applications with DSNS; Developments in the integration of GPS and Glonass. Naast het congres was er een tentoonstelling waar ongeveer 25 bedrijven en diensten hun activiteiten op het gebied van DSNS (voor namelijk (D)GPS) toonden. De proceedings van het congres waren voor de aanvang ervan beschikbaar. Losse exemplaren zijn verkrijg baar voor f 150,—. Na de openingsceremonie ging het eigenlijke congres van start met een presentatie van MacDonald (SatTech Systems, USA), waarin een overzicht werd gegeven van de ontwikkelingen die de laatste jaren hebben plaatsgevonden op het gebied van DSNS, zowel voor wat betreft toepassingen (te land, ter zee, in de lucht en in de ruimte) als voor het instrumentarium. Hier kwam weer eens naar voren dat de grenzen tussen de toepassingsgebieden van DSNS (en dan voor al DGPS) aan het vervagen zijn. Waren bijvoorbeeld vroeger (nog geen tien jaar geleden overigens) alleen geodeten geïnteresseerd in het gebruik van GPS-fasewaarnemingen en de bepaling van de meerduidigheden hierin, tegenwoordig wordt ook in de luchtvaart 294 NGT GEODESIA 93 - 6

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 38