visserij-inspectie Een dagj'e de [mossel]boer op Watergeodesie door Theo Schee/e, redacteur. SUMMARY A day with the musselfishers Geodetic activities can sometimes be seen at very unusual places. On a lonely sandbank in the middle of the river Easterscheldt, a tachymeter was perceived. The author spent some days with employees of the Fishing Inspectorate and noticed that in this world geodetic activities are used for accurate delimitation of fishing lots. The geodetic magic engine is well respected in this mussel world. Even ten oosten van Goes, daar waar het Kanaal door Zuid-Beveland in de Oosterschelde uitmondt, ligt Yerse- ke. Een vissersplaats, niet zo groot wat inwonertal betreft, maar wel als je de omzet meetelt, vooral in de oester- en mosselbranche. Daarin gaan jaarlijks vele miljoenen om. Door die oester- en mosselvangst zijn velen bekend met de ligging van Yerseke, sommigen hebben wellicht ooit één van de jaarlijkse mosselfeesten meegemaakt, al of niet aan boord van een moderne visserskotter waarmee de vissers tegenwoordig hun (belegde) dagelijks brood verdienen. Weinigen zullen echter vermoeden dat in die maritieme wereld ook regelmatig gewone landmeetactivi- teiten plaatsvinden. Nou ja, gewoon Verkaveling De speurtocht daarnaar begon bij de Meetkundige Dienst (MD) van de Rijkswaterstaat. Op een oude oeverkaart van Rijkswaterstaat is op het exemplaar van de omgeving van Yerseke een merkwaardig ruitennet zichtbaar. Het be dekt het gebied van de Oosterschelde dat gelegen is tussen Zuid-Beveland en Tholen. Een regelmatig net, met ruiten van 200 x 250 meter, maar wel gedraaid ten op zichte van het gewone coördinatennet. De vakken zijn genummerd, de lijnen niet. Het blijkt dan ook geen ruitennet te zijn, maar een kaart van de oester- en mosselpercelen. Zoals een polder is verdeeld in een aantal landbouwkavels, is hier de zee verkaveld en aan de mosselkwekers verhuurd, met als enig verschil dat al deze kavels precies vijf hectare groot zijn en keurig rechthoekig. Daar kunnen ze in de land bouw, zelfs na een ruilverkaveling, nog een puntje aan zuigen. Niet de MD is de schepper van dit moois, maar de Dienst der Domeinen, eigenaar van de staatsgronden (wat hier zeebodem en slik is). Zij verdeelden alle schorren, slikken en wateren in keurige vakjes, maakten daarvan een kaart en verhuurden de vakjes aan de kwekers. Ooit zijn die vakken ook buiten zichtbaar gemaakt. Op de hoekpunten van de vakken werden palen gezet en naast die paal een „staak", een vier meter hoge, soort „dode" boom, die ook bij hoog water zichtbaar blijft. Vanaf de dijk ten oosten van Yerseke is dat ruitennet boven water zichtbaar. Het lijkt een wat dun ingeplant bos, om de 250 meter een boom, vele kilometers ver. NGT GEODESIA 93 - 7 Hoe vind je de landmeters die dat werk in hun pakket hebben? Bij de MD kom ik te weten dat ze daar weliswaar be moeienis hebben (gehad) met de berekening van de coör dinaten van het ruitennet, maar dat de metingen in het terrein worden uitgevoerd door de Directie Visserijen, een afdeling van het Ministerie van Landbouw en Visserij. Ik krijg een telefoonnummer, bel de „opziener" op en ben welkom op zijn boot „de Valk". „We liggen in de Beatrix- haven, vlak achter het kantoor van de havenmeester, we verwachten je". Samen met Rudy Boerjan van de MD zoek ik op de af gesproken dag de haven af. Het is winter en die ligt dus vol prachtige grote schepen. Overal is bedrijvigheid, op en om de schepen zijn mensen aan het werk. Maar „de Valk" is onvindbaar. De schipper van de „Yerseke 172" weet te melden dat hij hem pas naar buiten heeft zien gaan, „ik roep hem wel even" biedt hij aan. Het klopt, de opziener was naar de mosselpercelen geroepen en dat ging even voor. Binnen een kwartier worden we opge haald en gaan mee het kale „zeebos" in. Henk van den Bos voert zijn opzienerstaak op de visserij- gronden alweer vele jaren uit en kan daar ook heel veel van vertellen. Eerst was hij werkzaam aan de Ooster- scheldewerken bij Rijkswaterstaat, daar keek hij ook wel- Werkbespreking. 329

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 13