E. Verbree CONSTRUCTIE EN TOEPASSINGEN VAN HET 2D DELAUNAY- DRIEHOEKSMODEL EN HET 3D DELAUNAY-TETRAËDERMODEL (Afstudeerdatum: 18-9-1992) Voor representatie van 3D ruimtelijke gegevens heeft het terrein model, gestructureerd met onregelmatige driehoeken verschillende voordelen, In een dergelijk terreinmodel zijn de punten verbonden tot een verzameling onregelmatig gevormde, elkaar niet overlappende driehoeken. Bij de vorming van driehoeken is gekozen voor het Delaunay-driehoeksmodel, waarbij driehoeken ontstaan, die zo ge lijkzijdig als mogelijk zijn. Naast visualisatie kan het driehoeksmodel ook worden gebruikt voor andere toepassingen, zoals interpolatie en extrapolatie en de be rekening van oppervlakten en omtrekken. Het 2D driehoeksmodel stelt de restrictie dat de terreinpunten een duidig in het platte vlak zijn te projecteren. Punten met dezelfde planimetrische coördinaten en een verschillende hoogte mogen niet voorkomen. Het tetraëdermodel kent deze beperking niet. Hier wor den punten zodanig met elkaar verbonden, dat een verzameling, elkaar niet doorsnijdende, tetraëders ontstaat. De eerste onderzochte toepassing is de animatie vanuit twee ge geven time-slices. Elke time-slice geeft de toestand van een bepaald, in de tijd variërend, verschijnsel, bijvoorbeeld de isobarenkaarten van de weersgesteldheid van twee opeenvolgende dagen. De iso- lijnen van beide kaarten worden in een tetraëdermodel opgenomen, waarmee een verbinding van de ene naar de andere toestand is vast gelegd. Hiermee is het mogelijk de toestand voor elk tussenliggend uur te bepalen. Het achtereenvolgens afbeelden hiervan resulteert in een beeldvormende animatie. Als tweede toepassing zijn verschillende programma's geschreven voor het berekenen van oppervlakte en volume van lichamen, be schreven door het tetraëdermodel. R. J. Wicherson BEELDSEGMENTATIE DOOR EEN COMBINATIE VAN RAND DETECTIE EN REGION GROWING (Afstudeerdatum: 18-9-1992) Om een geografisch informatiesysteem (GIS) met gedateerde infor matie binnen korte tijd te actualiseren, kunnen recente lucht- of ruimte-opnamen een goede ondersteuning bieden. Bij de auto matische analyse van de digitale beelden vormt segmentatie een fundamenteel onderdeel. De twee hoofdbenaderingen van beeldsegmentatie zijn de gebieds gerichte en de randgerichte benadering. Door deze twee com plementaire benaderingen te integreren binnen één methode, kan worden geprofiteerd van de voordelen van beide. Het resultaat zal een beeld zijn, waarbinnen de segmenten gesloten contouren hebben en waarbij de ligging van de contouren goed overeenkomt met de ligging van de grenzen in het beeld. In dit onderzoek is een dergelijke segmentatiemethode ontwikkeld, die bestaat uit twee fasen. In de eerste fase worden buurpixels waar van de grijswaarden niet significant verschillen, samengevoegd tot segmenten. Hierbij wordt speciaal aandacht geschonken aan het plaatsen van de segmentscheidingen. In de tweede fase worden buursegmenten samengevoegd als de statistische eigenschappen niet significant verschillen. Bovendien worden segmenten met ruispixels en segmenten met mengpixels verwijderd, door deze samen te voegen met het best passende buur- segment. De beslissingscriteria zijn hierbij gebaseerd op statistische toetsen. De segmentatiemethode levert per definitie segmenten met gesloten contouren. Uit de testresultaten blijkt na visuele beoordeling dat de ligging van de gevonden segmentscheidingen goed overeenkomt met de ligging van de grenzen in het beeld. Verder komt het aantal gevonden segmenten goed overeen met het aantal gebieden in het beeld. I. A. Elema INFLUENCE OF GEOID MODEL UNCERTAINTY ON THE DETERMINATION OF OCEAN CIRCULATION WITH SATELLITE ALTIMETRY (Afstudeerdatum: 26-2-1993) Naast de traditionele hydrografische methode kan ook satelliet- altimetrie worden toegepast om oceaanstromingen te bepalen. De onnauwkeurigheid van een benodigd onafhankelijk geoïdemodel vormt de belangrijkste belemmering voor de bepaling van het per manente deel van de oceaantopografie. Uit de gradiënt van deze oceaantopografie kunnen met behulp van de geostrofische vergelij kingen de oceaanstromingen worden bepaald. Onderzocht is de onnauwkeurigheid in de bepaling van oceaan stromingen als gevolg van de geoïde onzekerheid. Een model wordt afgeleid om, vanuit een fout-covariantiematrix van een globaal geo- potentiaalveld, te komen tot een schatting van de onnauwkeurigheid van de oceaanstromingen. Dit model wordt vervolgens voor twee testgebieden toegepast op verschillende covariantiematrices. De uit komsten worden vergeleken met een hydrografische schatting van de oceaanstromingen. Geconcludeerd kan worden dat maar tot een lage graad (ongeveer 10 voor de huidige modellen, afhankelijk van de nauwkeurigheid van het geopotentiaal veld) het permanente deel van de oceaantopo grafie kan worden verkregen met satelliet-altimetrie. Geconcludeerd is tevens, dat om uitspraken te doen over de nauwkeurigheid in oceaanstromingen, een variantiematrix voldoende is. Dit levert een vermindering op in rekentijd ten opzichte van een berekening met een complete covariantiematrix. De zonale coëfficiënten dragen nauwelijks bij aan de fout in de bepaling van oceaanstromingen. Fouten in de oceaanstromingen in lengte- en breedterichting zijn vrij wel niet gecorreleerd. A. P. Kap ON THE ESTIMABILITY OF POLAR MOTION USING RANGE OBSERVATIONS TO SATELLITES (Afstudeerdatum: 26-2-1993) De scriptie beschrijft een onderzoek naar de mogelijkheden om de variabele rotatiesnelheid van de aarde te schatten uit metingen naar satellieten. Men meet de afstand tussen een waarnemingsstation op aarde en een satelliet, bijvoorbeeld met behulp van laserafstand- meting. De gemeten afstand is een functie van zowel de beweging van de aarde, de aardrotatie, als van de beweging van de satelliet. Door deze twee bewegingen te koppelen, ontstaat een vergelijking voor de waargenomen afstand, als functie van de tijd, en een aantal parameters, die samen de beweging van de aarde en de satelliet beschrijven. Met behulp van de Singular Value Decomposition is onderzocht of al deze parameters onderling onafhankelijk schatbaar zijn. In eerste instantie worden geen ernstige belemmeringen gevonden voor de schatbaarheid. Doordat gebruik is gemaakt van een sterk vereenvou digd model, kan slechts met enig voorbehoud een uitspraak worden gedaan over de schatbaarheid van de parameters. De resultaten van dit onderzoek zijn dermate positief, dat het aanbeveling verdient het model verder uit te breiden en te onderzoeken. M. G. Burger GEOÏDEBEPALING MET BEHULP VAN EEN ALTERNATIEVE SCHATTINGSMETHODE (Afstudeerdatum: 26-2-1993) De geoïde is een equipotentiaalvlak dat van belang is bij onder ande re de hoogtebepaling met behulp van het GPS-systeem. De geoïde- hoogten kunnen op twee manieren worden berekend: met de Stokes integraal formule (Stokes, 1846) en de kleinste kwadraten collocatie. In de scriptie wordt een alternatieve methode voor de geoïdebereke- ning geanalyseerd en toegepast. Getracht wordt de voordelen van de beide methoden te combineren en tevens de nadelen te elimi neren. De methode bestaat uit drie stappen: afleiding van de zoge naamde gestabiliseerde globale schatter, bepaling van de opper vlaktegewichten (met behulp van de „Delaunay-triangulatie") en numerieke integratie. Speciale aandacht wordt gegeven aan het zo genaamde binnenste gebied met betrekking tot de singulariteit van de Stokes-functie. Verschillende oplossingen worden gegeven en geanalyseerd. Uit de uitgevoerde testberekeningen is, als één van de belangrijkste conclusies, af te leiden dat de resultaten van deze alternatieve methode goed overeenkomen met die van de klassieke Stokes- methode. Hiermee hebben we een alternatieve berekeningstechniek ter beschikking, die kan worden toegepast voor gebieden met een hoge waarnemingsdichtheid. P. J. A. Henry DIFFERENTIAL GPS AND PSEUDO RANGE CORRECTIONS (Afstudeerdatum: 28-5-1993) Differentiële GPS is een speciale toepassing van het „Global Positio ning System". Veel foutenbronnen, waaronder atmosferische effec ten en het kunstmatig geïntroduceerde „Selective Availability" (SA), kunnen grotendeels worden geëlimineerd door het toepassen van zogenaamde pseudorange correcties. Deze correcties zijn afkomstig van een in positie bekend referentiestation en worden toegepast op een mobiel station. Wanneer de pseudorange correcties niet direct na berekening NGT GEODESIA 93 - 9 449

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 45