V
c]
V/V
Vervolg
De rapportage bevat een korte samenvatting en een ver
gelijking in matrixvorm (fig. 6), een aantal algemene con
clusies en een aantal conclusies per classificatie. In fig.
6 worden aan de hand van een aantal aspecten de be
trokken classificaties onderling op hoofdlijnen met elkaar
vergeleken. Eerdere versies van het Engelse uitwisse
lingsformaat NTF bevatten ook gegevensdefinities. Daar
deze in de definitieve norm niet zijn opgenomen, is NTF
niet in de vergelijking meegenomen. Om een relatie te
leggen naar de algemene classificatie (NORM), is ook
deze in de tabel opgenomen. Door deze relatie werd het
mogelijk om te beslissen welke onderdelen van bestaan
de classificaties van belang waren voor het Terreinmodel
Vastgoed. Als voorbeeld verwijs ik naar het onderdeel de
finities. Voor de wijze van definiëren in het terreinmodel
waren de classificaties LKI, TDN en OSKA dus niet van
belang.
Van de algemene conclusies uit de literatuurstudie wil ik
de volgende onder uw aandacht brengen:
een aantal van de onderzochte classificaties is net in
gebruik of verkeert in een proefstadium; andere zijn
nog in ontwikkeling;
de meeste classificaties zijn opgezet voor een bepaal
de doelgroep ten behoeve van specifieke toepas
singen;
door toename van het gebruik van digitale bestanden
groeit de behoefte aan communicatie/standaardisatie
afspraken. Hierbij zijn globaal de volgende stappen te
onderkennen: afspraken binnen de eigen organisatie,
binnen een bepaalde doelgroep en tussen verschillen
de doelgroepen. Naarmate je verder van de eigen or
ganisatie ,,af komt", wordt het steeds moeilijker om
tot overeenstemming te komen rond objecten en
definities. Dit wordt mede veroorzaakt doordat het
aantal toepassingen steeds meer van elkaar gaat ver
schillen;
de structuur waarmee efficiënt topografie wordt inge
wonnen, is vaak een andere dan die waarmee objec
ten efficiënt worden beheerd.
Voordelen van Terreinmodel Vastgoed
Het eerste voordeel van het Terreinmodel Vastgoed is de
mogelijkheid om gegevens te leveren van de ene gebrui
kersgroep aan de andere. Voor deze toepassing behoeft
slechts één conversieprogramma te worden gemaakt.
Het tweede voordeel is de volledige opname van de clas
sificatie voor kabel- en leidingenbeheerders in het Ter
reinmodel Vastgoed. Er is dan ook geen noodzaak meer
om deze aparte classificatie te blijven gebruiken. Een
verdere opname is mogelijk als in de toekomst de andere
classificaties zullen worden aangepast. Hierdoor kan het
A
B
A
B
NEN 3610 NEN 1878
I
C
D
D
Fig. 7. Uitwisseling zonder en met model.
aantal classificaties afnemen, en het beheer en de af
stemming dus eenvoudiger worden.
Het derde voordeel is een vermindering van het aantal
conversieprogramma's binnen de doelgroepen. Hoewel
het Terreinmodel Vastgoed is ontworpen voor de levering
van gegevens van de ene gebruikersgroep aan de ande
re, is het mogelijk om gegevens te leveren via het Terrein
model Vastgoed zonder verlies van informatie binnen een
doelgroep. Het Terreinmodel Vastgoed creëert hiermee
een situatie waarbij elke gebruiker slechts één conver
siesysteem nodig heeft.
De voordelen van het Terreinmodel Vastgoed worden sa
men met de situatie zonder het gebruik van een model in
fig. 7 in beeld gebracht.
Een voorzichtige schatting leert dat er ongeveer 400 ver
schillende classificaties worden gehanteerd. Hoewel
deze allemaal zijn afgeleid van de bestaande groepsclas-
sificaties 10), betekent dit, als er al uitwisseling moge
lijk is, dat er ongeveer 20 000 conversieprogramma's
zouden moeten worden geschreven. Hetzelfde probleem
geldt voor het uitwisselingsformaat. Dat is echter al opge
lost, omdat hiervoor een standaard (NEN 1878) aariwezig
is, die op basis van het door de RAVI uitgebrachte SUF-2
en SUF-2.1 tot stand is gekomen.
In het RAVI-advies wordt geconcludeerd dat ter imple
mentatie van het Terreinmodel Vastgoed nog een aantal
activiteiten op de rails moet worden gezet. Het gaat hier
bij met name om drie zaken.
Om het leveren van gegevens op grond van het Terrein
model Vastgoed (NEN 3610) met behulp van de uitwisse
lingsnorm NEN 1878 eenduidig mogelijk te maken, zal er
een Nederlandse Praktijk Richtlijn (NPR) moeten worden
gemaakt. In deze richtlijn staan dan de aanvullende af
spraken met betrekking tot de levering vermeld, zoals
welke velden worden gebruikt, hoe ze worden gevuld en
in welke volgorde ze staan.
Naast het vervaardigen van een praktijkrichtlijn zal de no
dige aandacht moeten worden geschonken aan scholing
en opleiding. In de periode van tervisielegging van de ont-
werpnorm worden er al workshops georganiseerd voor de
diverse doelgroepen.
Ook zullen vertaaltabellen moeten worden vervaardigd
van de diverse classificaties naar de algemene classifica
tie en vice versa. Als hulpmiddel hiervoor zal een
voorbeeldenboekje moeten worden gemaakt.
Gezien de huidige ontwikkeling van objectgerichte
bestanden is er een noodzaak om te komen tot afspraken
met betrekking tot de identificatie van objecten. Ook van
uit de Structuurschets Vastgoedinformatie [3] is aangege
ven dat in ieder geval op korte termijn behoefte is aan de
identificatie van gebouwen.
De RAVI zal initiatieven nemen om deze zaken op de rails
te zetten.
Literatuur
1. Terreinmodel Vastgoed. RAVI-rapport no. 29. ISBN 9072069293.
2. Broekmans, E. A. H. G., J. P. M. Evers, W. P. Gielis, Gegevens
management voor kwaliteitsverbetering van de informatieverzor
ging. Academie Service.
3. Structuurschets Vastgoedinformatievoorziening, bijlage 7. RAVI-
rapport no. 27. ISBN 90 72069 28 5.
490
NGT GEODESIA 93 - 10