USGS DLG Momenteel is bovenstaande gerealiseerd in een aantal delen van het land (onder andere in „Greater London"). Daarbij komt dat een gebruiker via „superplan" op een unieke wijze kan beschikken over de digitale topografie in kaartvorm [16]. Het basis-idee van superplan is dat de klant in de winkel om de hoek een kaart geheel naar wens kan samenstellen uit een database. In London kan men bijvoorbeeld terecht bij de bekende kaartenwinkel Stan ford. De lokale omgeving is ter plaatse opgeslagen en direct beschikbaar, terwijl men voor de overige gebieden beschikt over een directe verbinding met de Topographic Database van de Ordnance Survey in Southampton. Voor de klant is het interessant dat hij niet is aangewezen op standaard kaartbladen, maar dat hij ook een kaartblad kan centreren rond bijvoorbeeld het eigen huis of een postcodegebied en hierbij zelf de kaartinhoud kan bepa len. Uitvoermogelijkheden zijn momenteel nog beperkt tot zwart-wit plots of films op formaten variërend van A4 tot AO. Een standaard plot op A4 (1 1250) kost momen teel 40. Fig. 5 toont een voorbeeld. Landesvermessungsamter ATKIS (DLM/DKM) In Duitsland bestaat geen overkoepelende organisatie die verantwoordelijk is voor de topografische kartering. Voor de „grotere" schalen zoals de 1 5000 (Deutsche Grund- karte), de 1 25 000 en de 1 50 000 is de kartering de verantwoording van de afzonderlijke „Lander". Het Insti- tut für Angewandte Geodasie (IfAG) produceert de kaart- series 1 200 000, 1 500 000 en 1 1 000 000. Centraal bij het digitaal beschikbaar stellen van topografi sche gegevens staat ATKIS (Amtliches Topographisch- Kartographisches Informationssystem) [21]. Het bijzon dere aan het Duitse systeem is het toegepaste gege- vensmodel en de object-georiënteerde gegevensstruc tuur. ATKIS bestaat uit een topografisch (DLM) en een kartografisch landschapsmodel (DKM). Dit wordt toe gepast op drie schaalniveaus: 1 25 000 (de Lander), 1 200 000 en 1 1 000 000 (beide IfAG). Het digitale topografische landschapsmodel is de kern van ATKIS. Het landschapsmodel dient een gegenera liseerde kopie van de structuur van het landschap te geven. Deze structuur wordt verkregen door de beschrij ving van allerlei landschapselementen (topografische objecten) en hun onderlinge relaties, leder topografisch object krijgt een eigen objectcode. Naast deze code wor den nog opgeslagen coördinaten, objecttype/klasse en diverse attributen. Een object kan uit objectdelen (pun ten, lijnen en vlakken) zijn opgebouwd of zelf deel uit maken van een grotere eenheid. Topologische informatie wordt eveneens meegenomen [9], piotfiles kartografischev bewerking landschap symboolcatalogus objecttypencatalogus Fig. 6. ATKIS: de relatie tussen DLM en DKM [9], NGT GEODESIA 93-11 Het kartografisch landschapsmodel (DKM) is een aan het DLM gekoppeld bestand met specifieke tekeninstructies voor de afzonderlijke topografische objecten (fig. 6). Ook hier is de object-georiënteerde benadering toegepast. Aan één DLM zouden, afhankelijk van de toepassing, meerdere DKM's kunnen zijn gekoppeld. Voorbeelden worden besproken in [8], Zo kunnen voor verschillende toepassingen en of klanten verschillende produkten wor den afgeleverd. In het kader van de automatisering van de topografische kartering streeft men in de Verenigde Staten naar de op zet van een „National Digital Cartographic Data Base". Momenteel is deze database gevuld met de kaartserie 1 100 000. Ook zijn deze bestanden beschikbaar als Digital Line Graph (DLG). Het zijn digitale representaties van kartografische informatie, die tot stand zijn gekomen door het handmatig of automatisch digitaliseren van be staand kaartmateriaal. DLG's worden door de USGS geclassificeerd als groot-, midden- en kleinschalig. De grootschalige DLG's zijn afkomstig van de kaartserie 1 24 000 (let op term grootschalig). De middenschalige DLG's zijn afgeleid van de 1 100 000 en de kleinschalige van de 1 2 000 000. Het programma om middenschalige DLG's voor het hele land te realiseren, is mede gespon sord door het Bureau of the Census dat ze heeft ge converteerd naar de „TIGER-files" ten behoeve van de volkstelling van 1990. De TIGER-files vormen de gege vensstructuur op basis waarvan de volkstellingsgegevens verder worden verwerkt. Inhoudelijk bevatten de groot- en middenschalige DLG's negen gegevenscategorieën hoogte-informatie (hoogtelijnen en -punten); hydrografie (rivieren en meren); vegetatie (zoals bossen, boomgaarden en moeras sen); woest terrein (bijvoorbeeld lava en zand); administratieve grenzen (staten, national parks); geodetische controlepunten; infrastructuur (onder andere wegen, spoorwegen en hoogspanningsleidingen), antropogene verschijnse len (zoals gebouwen); U.S. Public Land Survey (kadastrale informatie). De kleinschalige DLG's bevatten in gegeneraliseerde vorm slechts de categorieën 2, 5 en 7. De DLG's zijn topologisch gestructureerd en bestaan uit punten (nodes), lijnen (lines) en vlakken (areas). Ruimte lijke eigenschappen als aangrenzing (adjacency) en ver binding (connectivity) zijn hierdoor gewaarborgd. Ook be vatten DLG's attribuutinformatie die de fysische of cultu rele karakteristieken van de punt-, lijn- en vlakelementen beschrijft. Het DLG-formaat functioneert in met name de Noordamerikaanse GIS-wereld als één van de ad hoe uit wisselingsstandaards. De kaartserie 1 2 000 000 is in het DLG-formaat uitgebracht op een CD-ROM, het nieu we medium om grote hoeveelheden digitale geografische gegevens te verspreiden (fig. 7). Conclusies De topografische informatievoorziening in de wereld is sterk in beweging. Vanuit een technische invalshoek is, bijna clichématig, te constateren dat de mogelijkheden steeds meer toenemen: snellere apparatuur, meer kleur, 545

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1993 | | pagina 13