Kaartenmakers „verduisterden" vliegbasis
„geconstrueerd" achter het interactief-grafisch werk
station.
Om te worden opgenomen in het model, dienen de ter
controle bepaalde blok- en relatiematen en geometrische
relaties vanaf het veldwerk te worden bijgecodeerd. Het
is dus van belang hiervoor over efficiënte hulpmiddelen te
beschikken. De operateur zal immers niet geneigd zijn
controle-mogelijkheden te benutten als hiervoor veel
handmatige invoer is vereist.
Momenteel heeft het Kadaster een menugestuurde om
geving voor SCAN-DETAIL ontwikkeld. Voor de toekomst
wordt echter gedacht aan een interactief-grafische omge
ving, wat de bijcodering en verwerking verder zal vereen
voudigen. Het bijcoderen valt dan samen met het comple
teren van de grafische voorstelling.
Illustratie
De bewering dat een hogere precisie en betrouwbaarheid
kan worden bereikt door integrale vereffening van detail
metingen, wordt geïllustreerd aan de hand van een kleine
detailopname. Vanuit drie standplaatsen (112, 113, 114)
is voerstraalmeting verricht naar een aantal detailpunten,
de hoeken van harde topografie. Met de meetband zijn
bovendien de blokmaten van de bebouwing gemeten (fig.
2 of 3).
In een eerste berekening zijn de blokmaten buiten het te
vereffenen model gehouden. In fig. 2 is de resulterende
precisie van de berekende punten met behulp van stan
daardellipsen gepresenteerd. (Ten behoeve van de inter
pretatie: de standaardellipsen zijn in beide gevallen be
rekend ten opzichte van de basispunten 112 en 114.) De
betrouwbaarheid wordt gepresenteerd door de grootte
van de driehoeken (richtingmeting) en rechthoeken (af
standmeting). Hoe groter de driehoek of rechthoek, hoe
slechter de betrouwbaarheid. Ruim de helft van de
voerstralen is overigens ongecontroleerd. De betrouw
baarheid moet nog worden opgevoerd door achteraf een
aantal blokmaten ter controle te gebruiken.
In fig. 3 wordt de precisie en betrouwbaarheid gepresen
teerd wanneer de blokmaten worden meevereffend. We
zien een aanzienlijke verbetering van zowel de precisie
als de betrouwbaarheid. Ook is de homogeniteit van het
resultaat toegenomen; alle punten hebben een ongeveer
gelijke nauwkeurigheid. Let ook op de verbetering van de
relatieve precisie tussen twee punten welke vanuit ver
schillende standplaatsen zijn opgenomen (de voor- en
achterzijde van de bebouwing). De blokmaat legt hier een
rechtstreekse verbinding tussen beide punten.
Slotopmerkingen
Door integrale vereffening van de grondslag en de ver
schillende typen detailmetingen kunnen de foutopsporing
en kwaliteitsbeschrijving van detailopnamen op uniforme
wijze plaatsvinden. Naast een hogere precisie en be
trouwbaarheid biedt dit vooral mogelijkheden om de effi
ciëntie van de meting en verwerking van detailmetingen
op te voeren. Met de kwantitatieve beschrijving van de
kwaliteit door SCAN-DETAIL kan nader onderzoek wor
den verricht naar de verhouding tussen efficiëntie en
precisie en betrouwbaarheid van detailmetingen.
In dit artikel is slechts een gedeelte van de functionaliteit
van SCAN-DETAIL besproken. Naast de berekening van
detailmetingen kent SCAN-DETAIL bijvoorbeeld ook de
mogelijkheid om verschillende puntenvelden (met name
lokale stelsels) onderling aan te sluiten. De software-
module is geschreven in Fortran 77 en draait op de VAX-
computers op de TU Delft en bij het Kadaster.
Literatuur
1. Denekamp, J., Reken- en toetsmethodiek van het Systeem
Detailmeting 76. NGT 1977 no. 4, p. 67 - 74.
2. Kenselaar, F., P. Joosten, G. W. J. Beckers, Handleiding SCAN
DETAIL. Laboratorium voor Geodetische Rekentechniek (LGR),
TU - Delft 1992.
3. Osch, G. M. van, Kadaster moderniseert systeem Detailmeting.
NGT Geodesia 1994 no. 1, p. 9 - 18.
Jarenlang hebben Nederlandse kartografen de illusie
gehad dat ze de Russen tot wanhoop dreven door op
de plaats van vliegbasis Soesterberg bomen of wei
land te tekenen. In het Kremlin lachten ze zich in
tussen gek, want daar wisten ze precies waar elk ge
bouw van de basis stond.
Wie de Delftse kartograaf M. J. Kraak al te letterlijk
neemt, durft nooit meer op een kaart te vertrouwen.
Want er wordt met kaarten geknoeid, oordeelt de
hoogleraar aan de Technische Universiteit Delft. Net
zomin als cijfers, zijn ze een absolute afspiegeling van
de werkelijkheid, maar kan ermee worden gemanipu
leerd om de zaken net iets anders voor te stellen dan
ze zijn.
Dat kartografen in de jaren vijftig en zestig dachten de
Russen in Soesterberg om de tuin te kunnen leiden,
mag al opmerkelijk heten. Maar ook nu nog, in het tijd
perk waarin satellieten vanuit het heelal moeiteloos
registreren dat de schoenveter van de commandant
loszit, jokken de kaarten over de vliegbasis. „Op kaar
ten van tegenwoordig staat alleen aangegeven wat je
vanaf de weg kunt zien. Helemaal volledig durft men
nog niet te zijn, uit angst voor groepen als Rara",
aldus Kraak. Ook met kleuren of rasters zetten karto
grafen de lezers volgens hem op het verkeerde been.
Behalve in het landsbelang rommelen kaartenmakers
uit eigenbelang met hun produkten. De Delftse karto
graaf zegt dat op plattegronden opzettelijk foutjes
worden getekend om illegale kopieën te kunnen
opsporen.
„Vergist" de kaartenmaker zich op precies dezelfde
plaats als zijn collega, dan is de kans groot dat hij een
kopie heeft gemaakt.
In een lezing „How to lie with maps" geeft Kraak van
avond in het Waagtheater nog meer voorbeelden van
gemanipuleerde kaarten. De kartografen in Zuid-
Afrika zullen dan ook door de mand vallen. Daar ont
breken soms zwarte steden op de kaart, omdat het
geen „echte steden" zouden zijn.
(Uit: Algemeen Dagblad, 26 oktober 1993)
NGT GEODESIA 94 - 1