Signalisering van paspunten op de Nederlandse Antillen door R. L. Boek hold, landmeter bij WING Surveys NV te Sint Maarten, Nederlandse Antillen. SUMMARY Placing ground control points in the Netherlands Antilles In this article some aspects and experiences of placing ground control points are described related to field circumstances on Sint Maarten, Saba and Sint Eustatius. Also the weather conditions are mentioned. Keywords: photogrammetry, surveying, application. Trefwoorden: fotogrammetrie, landmeetkunde, praktijk. Vliegplan en paspuntenplan Op het vliegplan geeft men de vlieglijnen (of runs) aan waarover de luchtfoto's dienen te worden genomen. De ligging van de runs is afhankelijk van de terreinhoogte en lotoschaal. Uit dit vliegplan wordt de beste kaartligging afgeleid van de paspunten. Deze punten zullen op de luchtfoto duidelijk zichtbaar moeten zijn. Dit zichtbaar maken in het terrein wordt signalisering genoemd. De ge plande ligging van deze punten wordt aangegeven op het signaliserings- of paspuntenplan. Voor dit project werden drie typen paspunten gesigna- liseerd X,Y,(Z)-paspunten: nieuwe, drievoudig te leggen punten die later in X, Y- en/of Z-coördinaten dienen te worden bepaald; driehoekspunten (DP's). Dit zijn reeds bestaande per eiland in X,Y,Z bekende hoofdgrondslagpunten, in het terrein zichtbaar als grote witte pilaren, van ongeveer één meter hoog; gemeenschappelijke punten ten behoeve van de puntsoverdracht tussen de verschillende fotoschalen. Zij worden in principe in het terrein enkelvoudig ver zekerd. De X,Y,Z-paspunten liggen aan de rand van de gebieden (fig. 1); de Z-paspunten ook in het midden ervan. Deze punten dienen ter dubbele verzekering drievoudig te wor den gelegd: drie in één lijn met een duidelijk verschil in onderlinge afstanden of in een (liefst) gelijkzijdige drie hoek, afhankelijk van hoe dit in het terrein te realiseren is. Inleiding Het praktisch uitvoeren van signaliseren van paspunten is bij de doorsnee landmeter niet zo bekend. Zeker niet als het gaat om ,,on-Hollands" terrein met bergen, klif kusten, valleien en vulkanen. In dit artikel wordt een indruk gegeven van signalisering op het Bovenwindse gedeelte van de Nederlandse Antillen. De signalisering vond plaats in maart 1991. Eerst worden paspunten en signalisering behandeld. Daarna komt de praktijk aan bod. Tevens wordt ingegaan op de bewaking van de paspunten, de fotovlucht en het vliegweer. Fig. 1. X,Y,Z-paspunten op de rotskust van Cupecoy te Sint Maarten. De vraag naar nieuwe, digitale topografische kaarten ont stond uit de behoefte naar het opzetten van een nieuw kadaster voor Sint Maarten, Saba en Sint Eustatius. De Antilliaanse overheid gaf daartoe aan KLM Aerocarto deze opdracht, die onder directie van het Nederlandse Kadaster wordt uitgevoerd. In het project werkt KLM Aerocarto samen met het landmeetkundig bureau WING Surveys. De lokale overheden gaven aan welke karteernauwkeu- righeid zij wensten. Dat kwam neer op 1 500 voor dicht bebouwd, stedelijk gebied, 1 1000 voor bebouwd gebied en 1 2000 voor onbebouwd of landelijk gebied. Hiermee lag het gebied per fotoschaal vast, waarna het vliegplan voor de piloot en de navigator, en het paspuntenplan voor de landmeter in het terrein konden worden bepaald. NGT GEODESIA 94 - 1 Fig. 2. Gesignaliseerde DP op een berg bij Philipsburg, Sint Maarten. 25

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 27