NIN WORKSHOP INTEGRATED NAVIGATION De geodeet F. Skib (Giessen, D) plaatste het „Stadtver- messungsamt" als leverancier van basistopografie in het hart van de gemeentelijke informatievoorziening. Men moet dus ook voorop lopen bij de analoog-digitaal- conversie. Het belangrijkste deel van de lezingen was niet gericht op theorievorming, maar veel meer op uitwisseling van GIS- implementaties in organisaties. Afsluitend kan worden gesteld dat de congressen van AM/FM/GIS op Europees niveau nog steeds breder en dieper gaan dan de landelijke. De toenemende aandacht voor ook andere zaken dan leidingenregistratie en de daarbij nodige detailtopografie leiden onvermijdelijk tot een overlap met EGIS en dergelijke. Voor 1995 wordt dan ook gedacht aan een gezamenlijk „mega GIS-congres". Een voordeel van de huidige vorm is echter het onder linge contact. Ook inleiders zijn op zo'n beperkt congres directer aanspreekbaar. Adri den Boer Het Nederlands Instituut voor Navigatie (NIN) organiseer de op 29 oktober 1993 in Delft een workshop over geïnte greerde navigatie(systemen). Aangezien plaatsbepaling een belangrijke component van de navigatie is, zijn ook de ontwikkelingen in de navigatie voor geodeten zeer interessant en leveren geodeten op dit terrein ook hun bijdrage. Na een korte inleiding door de dagvoorzitter N. van Driel (Nationaal Lucht- en Ruimtevaartlaboratorium NLR) be lichtte een aantal sprekers verschillende aspecten van geïntegreerde navigatiesystemen. Prof. J. Spaans (Koninklijk Instituut voor de Marine) gaf een duidelijk beeld van het (soms wat inconsistente) be grippenkader dat in de navigatiewereld wordt gebruikt om de kwaliteit van de navigatie-oplossing te beschrijven. Hij signaliseerde een trend naar real-time kwaliteitscontrole. Spaans maakte duidelijk dat integratie van systemen niet alleen leidt tot betere oplossingen (men maakt immers vaak gebruik van elkaar aanvullende systemen), maar ook dat geïntegreerde systemen beter in staat zijn het (tijdelijk) niet functioneren van deelsystemen te detecte ren en te ondervangen. J. Breeman (NLR) besprak de traagheidsnavigatiesyste men (binnen de luchtvaart nog altijd het belangrijkste navigatiesysteem boven zee) en het Kalman-filter dat ten grondslag ligt aan de gegevensverwerking van de geïnte greerde navigatiesystemen. M. Salzmann (Faculteit der Geodesie, TU Delft) ging nader in op de zogenaamde DIA-procedure, een in de laatste jaren aan de Faculteit der Geodesie van de TU Delft ontwikkelde methodiek voor de real-time kwaliteits beheersing. Real-time plaatsbepaling vereist dat naast de plaatsbepaling ook de kwaliteitscontrole in real-time plaatsvindt. Procedures als de DIA-procedure zijn van groot belang om de gebruiker van navigatiesystemen bij het optreden van fouten in zijn beslissingen te ondersteu nen in plaats van zich met het zoeken naar de mogelijke oorzaken van fouten te vermoeien (dat doet immers de procedure), kan de gebruiker zijn volle aandacht richten op het oplossen van de problemen. O. Bleeker (Fokker) beschreef de noodzaak van inte gratie in de luchtvaart nu men het principe van voorge schreven luchtwegen gaat verlaten, waardoor hogere eisen aan de navigatie worden gesteld. Tegelijkertijd gaf hij het dilemma van een vliegtuigbouwer aande avionica moet steeds meer taken van de piloten ondersteunen of overnemen en tegelijkertijd de helft goedkoper worden. Als een zeer belangrijk aspect bij het ontwerpen van geïn tegreerde systemen noemde Bleeker de interactie tussen piloot en navigatiesysteem en het begeleiden van be slissingen in de cockpit bij kritieke situaties (dit worden „human factors" genoemd). Prof. D. van Willigen (Faculteit Elektrotechniek, TU Delft) behandelde twee in ontwikkeling zijnde navigatie systemen, te weten Eurofix en MIAS. Eurofix is een op Loran-C en GPS gebaseerd navigatiesysteem voor de scheepvaart. MIAS is een navigatiesysteem voor de landingsfase van verkeersvliegtuigen en is gebaseerd op het Microwave Landing System en DGPS. De uitstekend georganiseerde workshop gaf de gelegen heid zich een goed beeld te vormen van de ontwikkelin gen in de geïntegreerde navigatie. De noodzaak van inte gratie, de behoefte aan real-time kwaliteitsbeheersing, het belang van de interactie tussen navigator en systeem, en enige voorbeelden van in ontwikkeling zijnde syste men kwamen allemaal aan de orde. Samenvattend kan men opmerken dat de precieze real-time plaatsbepaling zo complex is (geworden), dat hiervoor geïntegreerde navigatiesystemen moeten worden ingezet, die echter moeten worden ondersteund door real-time kwaliteitsbe- heersingsprocedures. Deze geautomatiseerde geïnte greerde systemen hebben tot gevolg dat de gebruiker zich minder met de navigatie zelf behoeft bezig te houden en zich meer op andere taken kan richten. Het blijft echter van het grootste belang te allen tijde een goede interactie tussen systeem en gebruiker te hebben. Martin Salzmann SYMPOSIUM „VARIATIE IN EN OP DE AARDE" De Raad voor de Aardwetenschappen had het sympo sium „Variatie in en op de Aarde" georganiseerd, dat op 5 november 1993 werd gehouden in het Trippenhuis te Amsterdam. De Akademie Raad voor de Aardwetenschappen (ARA) is een multidisciplinaire adviesraad van de KNAW, waarin de geodesie is vertegenwoordigd door prof. dr. ir. P. J. G. Teunissen en prof. dr. ir. M. Molenaar, voorzitter, respec tievelijk secretaris van de Nederlandse Commissie voor Geodesie, een commissie die op haar beurt een plaats heeft gevonden binnen de organisatie van de Akademie. Kort samengevat bestaat het aandachtsveld van de ARA in het fundamentele onderzoek van de aarde als fysisch object en in relatie met haar omgeving. In zijn algemeenheid is het onderwerp van het sympo sium eigentijds en veelzijdig. Eigentijds doordat technolo gische ontwikkelingen van de laatste decennia vooral zoals die in de ruimtevaart zijn geoperationaliseerd de bestudering van de aarde aan de hand van actueel en aarde-omspannend precies en betrouwbaar waarne mingsmateriaal, meer dan ooit, hebben mogelijk ge maakt. Zoals bekend geldt dit zeker voor de geodesie, en de relatief grote belangstelling die het symposium genoot van de zijde van vooral jonge geodetische onderzoekers geeft aan dat dit vakgebied ook zijn aansluiting bij de moderne aardwetenschappen niet wil missen. De veelzij digheid had de organisatoren genoopt tot het maken van keuzes die overigens, zoals dagvoorzitter prof. dr. ir. J. Bouma (Vakgroep Bodemkunde en Geologie, LU Wage- 42 NGT GEODESIA 94 - 1

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 44