De stand was opgebouwd en bemand door de Commissie
Promotie Geodesie, daarbij met materiaal en menskracht
bijgestaan door B S Grontmij Geogroep, het Kadaster
Zeeland en de leraren van het Spectrum-college uit
Breda.
Een metershoge afbeelding van het fotovliegtuig van
Deltaphot aan de voorkant van de stand lokte voorbij
gangers de stand binnen met de lokroep „prijsvraag".
Daarbij werd medegedeeld dat het meemaken van een
fotovlucht tot de reële mogelijkheden behoorde voor de
jeugdige beursbezoekers. Het was de hoofdprijs voor
degenen die de vraag konden beantwoorden Wat doen
geodeten
Maar ze wisten het niet.
Bijna vijfhonderd deelnemers vulden het formulier in, je
kunt het licht proberen, nietwaar? Maar weinigen konden
een redelijke omschrijving bedenken, de opgeplakte
foto's en de continu draaiende video ten spijt. Eén jonge
tje wist er helemaal geen weg mee en riep verongelijkt:
„Ik weet écht niet wat ge-de-oten zijn".
Jammer voor de geodeten, die toch dagelijks „aan de
weg timmeren", gaf het totaal van alle antwoorden maar
een matige weergave van het beroep. En getuige een
aantal briefjes kijken sommigen er wel heel vreemd
tegenaan. De vraag „wat doen geodeten" werd door
sommigen beantwoord met: niets ik zou het niet weten
ze meten iets weer voorspellen vliegtuigen repa
reren bejaarden helpen satellieten in de lucht
brengen de zee meten meten hoe hard een auto
rijdt machines besturen.
De meer serieuzen kwamen, na wat intensievere raad
pleging van de stand, tot betere resultaten, zodat in ieder
geval zeker zal zijn dat de uitgeloofde prijzen hun weg
zullen vinden. Een vijftal staat nog een leuke dag te
wachten als ze worden rondgeleid door het bedrijf van
Deltaphot met als hoogtepunt een vlucht met het foto
vliegtuig boven Zeeland.
NGT GEODESIA 94 - 1
Het was zeker de moeite waard het geodesiegezicht daar
te vertonen, want tussen al die tasjes- en pennengraaien-
de kinderen zat er toch een aantal dat 's avonds nog eens
terugkwam met vader of moeder om er iets meer van te
horen. Ook werden veel contacten gelegd met leraren en
dekanen, zodat ook die nu een klein beetje weten wat
geodeten zijn.
Dank zij deze gezamenlijke krachtsinspanning (bedankt
medewerkende bedrijven en mensen) heeft het woord
geodesie voor sommigen toch wat meer inhoud gekregen
en zullen zij de komende jaren met wat andere ogen naar
de werkers langs de weg kijken. En mogelijk is er ook bij
enkelen een basis gelegd voor een beroepskeuze naar
een vak dat veel meer is dan landmeten.
Theo Scheele
LGR-SERIE
In de serie Publications of the Delft Geodetic Computer
Centre is verschenen no. 4 Dynamic GPS height determi
nation in the decimeter level for bathymetric applications
door R. L. G. Lemmens.
Inlichtingen: LGR, telefoon 015-783546.
HERUITGAVE KADASTRALE UITKOMSTEN 1832
In 1832 was in geheel Nederland (behalve de provincie
Limburg) het kadaster voltooidin alle gemeenten waren
de landerijen en de opstallen gemeten, beschreven, in
kaart gebracht èn getaxeerd met het oog op de heffing
van de grondbelasting. De resultaten van deze omvang
rijke onderneming, die bijna twintig jaar in beslag nam,
dwingen nog steeds bewondering af door de hoge kwali
teit van het werk.
De provinciale inspecteurs van het Kadaster respectieve
lijk in Noord- en Zuid-Holland, J. D. Hoeufft en J. C. R.
van Hoorn van Burgh, hebben die resultaten samengevat
in twee delen Beschouwing van de Kadastrale Uit
komsten", die voor Zuid-Holland in 1833 en voor Noord-
Holland in 1841 in druk verschenen. De „Uitkomsten"
bevatten voor elk van beide provincies, gespecificeerd
per gemeente, overzichten van aantallen grondeigena
ren, aantallen percelen verdeeld in gebouwde en onge
bouwde eigendommen, hun oppervlakte en geschatte
opbrengst voor de grondbelasting. Voorts zijn daarin de
ongebouwde eigendommen uitgesplitst in soorten: bouw
landen, tuinen, bossen e.d.; hetzelfde is gedaan met de
gebouwde eigendommen: huizen, fabrieken, molens e.d.
In verschillende provincies worden de laatste jaren ten
behoeve van het historisch onderzoek de oorspronkelijke
samenvattende registers en de kadastrale minuutplans
per gemeente uitgegeven in „kadastrale atlassen". De
Beschouwingen van Hoeufft en Van Hoorn van Burgh
kunnen goede diensten bewijzen bij het gebruik van deze
lokale atlassen. Zij bieden de mogelijkheid de plaatselijke
gegevens onderling te vergelijken en deze te plaatsen in
een ruimer provinciaal kader.
Omdat exemplaren van de „Kadastrale Uitkomsten" van
Noord- en Zuid-Holland in bibliotheken zelden aanwezig
zijn, is de uitgave van een integrale herdruk zeker ge
rechtvaardigd. De heruitgave van de Uitkomsten wordt
voorafgegaan door een inleiding, waarin uitvoerig wordt
45