Voor GPL-instructies en Spatial SQL-vragen is een gra fische gebruikersinterface beschreven in [3], De GPL- instructies waarmee een kartografische stijl wordt gedefi nieerd, kunnen eenvoudig worden omgezet in een aantal icons en push-down menus. Een ruimtelijke vraag ge specificeerd in Spatial SQL wordt ingetypt in een tekst- window. Dat geldt ook voor die ruimtelijke vraag, die nodig is om de precieze gegevens aan te duiden voor een bepaalde GPL-instructie. Antwoorden op ruimtelijke vra gen worden, indien mogelijk en gewenst, grafisch in een window weergegeven. Tekstuele antwoorden, indien niet gekoppeld aan ruimtelijke gegevens, worden in het tekst- window gegeven. Fig. 5 laat de grafische gebruikersinter face zien, zoals beschreven in [3]. Het antwoord op een al eerder gegeven ruimtelijke vraag wordt in deze figuur in een bepaalde context grafisch gepresenteerd. Color alpha New Overlay Remove Context Legend Content maastricht venray oermond o «Tttard deleen Pattern Symbol SELECT GEMEENTEnaam FROM GEMEENTE,PROVINCIE WHERE (GEMEENTE.inwonertal 50.000) AND (PROVINCIE.naam 'Limburg' AND (GEMEENTE.grens INSIDE PROVINCIEgrens) Fig. 5. Voorbeeld van een grafische gebruikersinterface. Ruimtelijke vragen kunnen gebaseerd zijn op gegevens die al zijn weergegeven in een window. Om reeds ge presenteerde gegevens in een nieuwe vraag te gebrui ken, is het vaak gemakkelijker om ze met een muis aan te wijzen, dan er een identificatie van in te typen. Vragen als „Wat is de naam van deze weg?" waarbij met een muis een weg in het window wordt aangewezen, of „Toon de exacte geometrie van de steden in dit gebied" waarbij met een muis een gebied wordt omcirkeld, zullen op deze manier worden gespecificeerd. In Spatial SQL is daarvoor het sleutelwoord Piek geïntro duceerd. De eerste vraag „Wat is de naam van deze weg?" ziet er in Spatial SQL als volgt uit: Select naam From WEGEN Where ligging Piek Piek representeert in dit geval de geometrie van een met de muis aangewezen weg. De tweede vraag „Toon de exacte geometrie van de steden in dit gebied" is te speci ficeren met: Select grens From GEMEENTEN Where grens Inside Piek Nu stelt Piek de geometrie van een met de muis ge selecteerd gebied voor. In dergelijke ruimtelijke vragen fungeert Piek als operand van een ruimtelijke operator. De muis wordt ook gebruikt om het gebied van interesse aan te geven. Dit is meestal een rechthoekig gebied, dat wordt ingesteld aan de hand van twee hoekpunten. Ge gevens die buiten dit gebied liggen, worden niet getoond, of nog beter, niet eens opgevraagd. Een dergelijk window dient in dit laatste geval als extra voorwaarde in het predi kaat van de ruimtelijke vraag. Door te vergroten/ver kleinen (Engels: zooming) of te verschuiven (Engels: panning) kan dit window opnieuw worden ingesteld. Voor een uitgebreid voorbeeld van de mogelijkheden van deze grafische gebruikersinterface en de ideeën erachter ver wijzen we naar [3]. Conclusies Ruimtelijke vraagtalen zijn nodig om uniform om te gaan met alle in een gegevensbank voorkomende ruimtelijke en niet-ruimtelijke gegevens. Daarbij is het van belang dat beide soorten gegevens in één en hetzelfde gege- vensmodel kunnen worden behandeld. Dit is mogelijk met Spatial SQL, een uitbreiding van het relationele ge- gevensmodel. Antwoorden op ruimtelijke vragen moeten grafisch wor den weergegeven in een door de gebruiker zelf te definië ren kartografische stijl. Omdat voor het definiëren van deze stijl regelmatig gebruik wordt gemaakt van ruimte lijke vragen, ligt het voor de hand om de taal waarmee de stijl wordt gemaakt, te integreren met de ruimtelijke vraagtaal. Met GPL kan een kartografische stijl naar eigen wensen worden ingevuld. We zijn ingegaan op verschillende mogelijkheden om ruimtelijke gegevens grafisch te presenteren, het toevoe gen van context-informatie, en op de grafische combina tie van antwoorden op meerdere ruimtelijke vragen. Niet alle aspecten van GPL zijn hier beschreven. In [4] wordt nog nader ingegaan op het instellen van een schaal, het plaatsen van labels bij ruimtelijke gegevens, het bekijken van een legenda en ook het automatisch afleiden van de inhoud van het grafische scherm in de vorm van één, eventueel complexe, allesomvattende vraag. Omgang met ruimtelijke gegevens kan grafisch worden ondersteund door de kracht van de huidige computers. Ruimtelijke objecten worden grafisch weergegeven en commando-georiënteerde gebruikersinterfaces worden meer en meer vervangen door grafische. Interactie met grafisch weergegeven objecten heeft invloed op aspecten van de ruimtelijke vraagtaal. Zo is de interactie met de muis kort beschreven. Dit verhaal, gebaseerd op ideeën van Egenhofer in [4], gaat uit van een uitbreiding van het relationele gegevens- model. Tegenwoordig vindt echter veel onderzoek plaats op het gebied van objectgeoriënteerde gegevensmo- dellen. Het beheren van complexe objecten zoals er in geografische toepassingen vele van zijn aan te duiden, is de taak van een objectgeoriënteerde gegevensbank. De voordelen van een objectgeoriënteerde aanpak van Egenhofer's ideeën zal in de toekomst moeten worden onderzocht. Literatuur 1. Date, C. J., An introduction to Database Systems. 4e druk, Addison-Wesley, 1986. 2. Lans, R. van der, Het SOL leerboek: de standaard relationele databasetaai. Academie Service, 4e druk, 1992. 3. Egenhofer, M. J., A. Frank, Towards a Spatial Query Language: User Interface Considerations. In: Proceedings of the 14th inter national Conference on Very Large Data Bases, p. 124 -133, Los Angeles, California, 1988. 4. Egenhofer, M. J., Extending SQL for Graphical Display. In: Carto graphy and Geographic Information Systems, vol. 18 no. 4, p. 230 - 245, 1991. 5. Laurini, R., D. Thompson, Fundamentals of Spatial Information Systems. Academic Press, 1992. 130 NGT GEODESIA 94 - 3

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 18