Functionaliteit; van informatie
technologie1)
door prof. ir. R. Groot, hoofd Consulting and Research Projects Bureau" van het ITC
in Enschede.
SUMMARY
Making Information Technology Work
This article focusses on the aspects of information technology and infrastructure. It also highlights how
organizations and managers should/could deal with these new phenomena. Attention is given to research
and educational aspects of geo-informatics. With some practical examples the value of integrated infor
mation technology is illustrated and discussed.
Keywords: GIS/LIS, databases, theory.
Trefwoorden: GIS/LIS, gegevensbestanden, theorie.
Inleiding
In mijn inaugurele rede heb ik een nieuw studiegebied
geïntroduceerd, namelijk ,,GIS/LIS-management en infra
structuur". De woorden management en infrastructuur
zijn van toepassing op GIS/LIS, afkortingen voor respec
tievelijk „geografische informatiesystemen" en „land in
formatiesystemen". Beide zijn toepassingen van informa
tietechnologie (IT). Dit is het geheel van computers, elek
tronische communicatie en procestechnologie, een veel
breder begrip dan GIS/LIS. In het dagelijks leven worden
wij vaak geconfronteerd met IT, bijvoorbeeld door gebruik
te maken van geldautomaten of door te betalen via PIN-
code in winkels.
Biografie R. Groot
R. Groot werd geboren in 1939 in Amsterdam. Na het behalen
van het geodetisch ingenieursdiploma aan de Technische Uni
versiteit Delft legde hij zich toe op de beleidsaspecten van zijn
vakgebied. Hij woonde geruime tijd in Canada, waar hij onder
andere werkte als directeur van de „Topographic Survey of
Canada", en als directeur van de „Geographical Services
Division". In de laatstgenoemde functie was hij verantwoorde
lijk voor het omzetten van het „National Atlas of Canada"-
programma in een nationaal geografisch informatiesysteem.
R. Groot is sinds begin 1993 werkzaam als hoofd van het
Consulting and Research Projects Bureau van het ITC. In die
functie is hij verantwoordelijk voor alle adviseringsactiviteiten
van het instituut.
Het ITC te Enschede.
Verkorte versie van de inaugurele rede, gehouden op het interna
tionale ITC-symposium „Operationalization of Remote Sensing",
16 tot 20 april 1993.
2) FAO, Food and Agricultural Organization van de World Health
Organization (WHO) van de Verenigde Naties (UN).
Het ITC werkt voornamelijk vanuit vaktechnische ge
zichtspunten aan de toepassingen van informatietechno
logie. De verzameling, opslag en analyse van informatie
waarmee wij ons bezighouden, wordt gekenmerkt door
een unieke geografische positie op, boven of onder het
aardoppervlak. Het toepassen van IT verloopt niet zonder
problemen. De vraag is hoe we de specifieke deelgebie
den van IT in de praktijk effectief kunnen gebruiken, en
hoe we tegemoet kunnen komen aan onze verwachtingen
en doelstellingen ten opzichte van IT.
Er zijn veel situaties op te noemen, waarin GIS/LIS nuttig
kan zijn of zelfs absoluut noodzakelijk is. De Land en
Water Divisie van de FAO2) beweerde bijvoorbeeld in
1990 [1] tijdens de „Conference on the conservation and
rehabilitation of African lands" dat het beheer van hulp
bronnen alleen dan kan worden verbeterd, als de aard en
basis van de potentiële hulpbron bekend zijn. Sommige
gegevens inclusief bodemsoort, klimaat, vegetatie en
topografie zijn beter beschikbaar dan men zich reali
seert, maar de gegevens zijn gewoonlijk gefragmenteerd.
Er zijn verschillen in schaal en betrouwbaarheid, en ze
worden op verschillende plaatsen bewaard".
Er werd geconcludeerd dat ,,nu computers vlot beschik
baar zijn en gemakkelijker worden in het gebruik, heeft
ieder land de mogelijkheid om een eigen geografisch in
formatiesysteem (GIS) op te zetten voor het samenstel
len, bewaren en verwerken van gegevens over natuurlijke
hulpbronnen".
Opvallend is dat de verschillende internationale organisa
ties, als ze het over de toekomst hebben van GIS/LIS,
altijd een bepaalde behoefte en/of een bepaald doel aan
geven. Ze gaan echter niet in op hoe dat doel moet wor-
114
NGT GEODESIA 94 - 3
