Vaals en een dwaas uit; Delft; ment ook zeer geschikt wanneer gedurende lange tijd objecten moeten worden geobserveerd. Dit gebeurt bijvoorbeeld bij de uitvoering van werken of bij zeer kriti sche objecten als stuwdammen. Ook het bepalen van de dikte van wanden in bijvoorbeeld hoogovens en kern centrales wordt op deze manier opgemeten. Mogelijkheden in de nabije toekomst Het onderzoek naar de toepassing van deze soort tachy- meters is nog lang niet afgerond. Op het programma staan onder andere: opmeten van stranden en zandhopen; deformatiemetingen van gebouwen, vooral in de buurt van werken; vormbepalingen, vooral die waarbij elke aanraking veel invloed heeft op het onderzoeksobject. Tenslotte Reflectorloze tachymeters leveren een extra dimensie op voor het detailmeten. Voor het eerst sinds lange tijd bestaat hierdoor uitbreiding van de mogelijkheden op het gebied van detailmeten. De meetmethode doet echter wel een groter beroep op de oplettendheid en het crea tieve vermogen van de landmeter in het terrein. Hierop zullen de fabrikanten moeten inspelen. De reflectorloze tachymeters leveren een goede bijdrage aan het verbeteren van de arbeidsomstandigheden, voor al bij het meten op en langs autosnelwegen. Maar ook punten op hellingen en andere moeilijk bereikbare plaat sen worden veel gemakkelijker toegankelijk. Vooral bij technische metingen komen door toepassing van reflectorloze tachymeters meer mogelijkheden vrij. Hiervoor zal echter nog het nodige onderzoek moeten plaatsvinden. Literatuur 1. Schrikkema, E., Veiligheidsmaatregelen bij metingen. Geodesia 1973. 2. Meerdink, E. F., Waarnemingsrekening deel en II. Leiden. 3. Jansen, P. H. A. H. en A. Ziogas, Riegl PMS90. 4. Merode, G. J. A. van, Riegl PMS90, De nieuwste one-man show. Stageverslag. 5. Joolingen, A. H. van, Contactloos landmeten, een nieuwe trend of een illusie. Rapport intern MD. 6. Joolingen, A. H. van, Metingen op snelwegen. Rapport intern MD. 7. Vestjens, G. B. J., Clear cone, een analyse. Stageverslag. 8. Wit, L. B. de, ARAN. In: Pt aktueel. 9. Price, W. F. en J. Juren, Lasersurveying. Van Nostrand Reinhold international. De plaats op de Vaalserberg waar drie zuilen het Drie landenpunt markeren, is niet het echte Drielanden punt, de plek waar Nederland, België en Duitsland elkaar raken. En het is ook niet het hoogste punt van Nederland, zoals op een dakvormige steen erbij staat aangegeven. Een onderzoek van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat heeft dit aan het licht gebracht. Jarenlang hebben toeristen met enig ontzag de plek bekeken waar de grenzen van Duitsland, België en Nederland in één punt samenkomen, gemarkeerd door het overbekende zuilentrio. Ervoor staat een steen die het hoogste punt van Nederland markeert op 321 meter. Maar zowel het Drielandenpunt, alsook het hoogste punt van Nederland bevindt zich ergens anders. In het Nederlands Geodetisch Tijdschrift Geodesia (van 1987, red. NGT Geodesia) schrijft J. A. te Pas van de afdeling NAP van de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, dat het natuurlijke hoogste punt van Nederland ongeveer vijftig meter rechts van de drie zuilen is. ,,En het echte drielandenpunt ligt ergens in de bossen achter het monumentje", aldus Te Pas. Het artikel is gebaseerd op recente „tachymetrische" opnamen van de Vaalserberg. Het hoogste punt is volgens die berekening ook niet 321 meter, maar 322,4 meter. In Vaals is men nu van plan de steen die het hoogste punt van Nederland markeert, te verplaatsen. Wat met het monumentje voor het Drielandenpunt gebeurt, is nog niet duidelijk. (Uit: Limburgs Dagblad, 29 maart 1994) Burgemeester John van Dijk van Vaals heeft gister middag de draak gestoken met de ontdekking dat het hoogste punt van Nederland niet daar ligt waar tot nu toe werd aangenomen, namelijk bij het Drielanden punt. „Eén of andere dwaas in Delft heeft dat uit gerekend. Maar er is niets aan de hand. Die drie stenen of palen blijven daar gewoon staan, daar komt niemand met zijn vingers aan. De symbolische waarde van het Drielandenpunt is voor de bewoners van Vaals erg groot, daar moet rekening mee gehouden worden". Van Dijk zei dit op een bijeenkomst in kasteel Vaals- broek, tijdens de officiële presentatie van een nieuw toeristisch bewegwijzeringsproject. De burgemeester had in zijn toespraak ook het verhogen van de attracti viteit van het Drielandenpunt opgenomen. Hij kon ech ter niet om een andere verhoging heen. Namelijk de ontdekking dat het hoogste punt van Nederland niet bij het monument van het Drielandenpunt te vinden is, maar vijftig meter verderop en niet 321,9 meter be draagt, maar 322,4. De afdeling ANP van de Land meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat heeft dit enige tijd geleden vastgesteld. „Ik ben blij met de publiciteit die Vaals hierdoor krijgt, maar de procedure staat mij helemaal niet aan. Ik ken het betreffende rapport van de Rijkswaterstaat niet en er is ook geen overleg met ons gepleegd. Die steen waarop staat hoe hoog de Vaalserberg is, blijft waar hij is. Straks is het hoogste punt te vinden binnen de om heining van een attractie en wordt ook nog entreegeld gevraagd om dat punt te mogen bekijken. Dat gaat dus mooi niet door!" (Uit: Limburgs Dagblad, 31 maart 1994) NGT GEODESIA 94 - 5 221

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 13