Cultuurhistorie
Ploegt de boer nog voort?
de recreatie economisch voor Walcheren tweemaal zo
veel als de landbouw. Het is in de zomer dan ook overvol;
op het strand is het vechten voor je eigen kuil en op de
smalle fietspaden achter de duinen zitten wandelaars en
fietsers elkaar voortdurend in het vaarwater. In het ruil
verkavelingsplan is ten behoeve van de recreatie geld
uitgetrokken om fiets-, wandel- en ruiterpaden aan te
leggen, alsmede een 25-tal picknickplaatsen. Daarnaast
profiteert de recreatiesector natuurlijk ook van de nieuwe
bossen.
Vergroting van kampeerterreinen gaf wat meer proble
men. Elke campinghouder heeft daar uiteraard wel oren
naar, maar de grond van de buurman is natuurlijk ver
schrikkelijk duur als je er een camping van wil maken. Via
de ruilverkaveling gaat dat wat gemakkelijker, denken de
campinghouders. Maar waar vergroting van boerderijen
al niet meer tot een ruilverkavelingstaak behoort, maakt
een campinguitbreiding uiteraard ook weinig kans. In het
rapport is het woord vergroting of uitbreiding dan ook
angstvallig vermeden en is voorzichtig omschreven dat
„ten behoeve van de noodzakelijke kwaliteitsverbetering
voor recreatiebedrijven, op basis van inbreng, concen
tratie van gronden rondom deze bedrijven zal worden
nagestreefd". De campinghouder kan nu dus op wille
keurige afstand van zijn bedrijf een goedkoop stukje land
bouwgrond aankopen en vragen dit naast zijn camping
toe te delen. Normaal zou hem dat driemaal zoveel
kosten, maar misschien bedenkt de buurman dat ook wel.
Alles bij elkaar geen gek resultaat, in aanmerking geno
men dat de recreatie geen officiële stem heeft in de Land
inrichtingscommissie, maar zich moest behelpen met een
adviseur.
Walcheren is niet altijd vakantiegebied bij uitstek ge
weest. Er zijn resten bebouwing gevonden van 200 v.
Chr. En de Noormannen hebben in de 8e en 9e eeuw
sporen nagelaten, onder andere drie grote burchten, later
uitgegroeid tot Domburg, Middelburg en Souburg. Toen
na het jaar 900 de zeespiegel ging rijzen, werd het land
door overstromingen geteisterd. Uit die tijd dateren de
vele vliedbergen in het landschap. In latere tijden werden
er torens op gebouwd en grachten omheen gegraven, zo
dat ze als verdedigingswerk functioneerden. Ze zijn nu
wettelijk beschermd monument en de ruilverkaveling zal
ze dan ook ontzien. Merkwaardigerwijs heeft men in het
ruilverkavelingsrapport verdedigingswerken uit een veel
latere periode uitverkoren om de recreanten te vermaken.
Er wordt namelijk voorzien in een fietsroute langs de
overblijfselen van de Atlantic-wal uit de tweede wereld
oorlog, de „bunkerroute", en dat is niet gek voor al die
oosterburen die hier hun vakantie doorbrengen. En ja,
Noormannen zie je hier niet zoveel meer.
Afgaand op de verontruste boeren is het echte agrarische
belang te klein en zijn de kosten veel te hoog. Bovendien
zijn ze verkeerd voorgelicht, vinden ze. De commissie
heeft zijn werk niet goed gedaan. Het beweerde voordeel
van de grondconcentratie is aanvechtbaar, want dat is
alleen maar een gemak voor de loonwerker en niet zozeer
voor de boer. En de rekening van de loonwerker wordt
daar niet iager van. De Landinrichtingscommissie be
rekende het netto-voordeel op f 234,— per ha, maar
volgens een „echte" deskundige zou de boer slechts
f 110,per ha voordeel hebben. Dat is overigens meer
dan in menig andere ruilverkaveling, maar voor de (kriti
sche) Walcherse boer blijkbaar niet genoeg. „De over
heid stopt wel 60 miljoen gulden in Walcheren, maar wat
is dat nou", zei één van hen, „ergens anders in Neder
land heeft de overheid 500 miljoen neergeteld om een
watergebied aan te leggen".
Bunkerroute.
De afwatering wordt veel beter.
Kadastermedewerker A. F. Schouwenaar vindt het
jammer dat er zoveel aandacht wordt geschonken aan de
(bos)rand van het blok; over het belangrijkste deel van de
verkaveling, de bijna 14 000 ha agrarisch gebied, hoor je
niets.
Toch zitten juist daar de grote voordelen. Veel wegen
worden verbeterd en dat werd hoog tijd. Het waterbeheer-
singsplan is erg verfijnd en opgebouwd uit niet minder
dan 106 verschillende peilbeheersingsgebiedjes. Daar
mee worden zowel de landbouw als de natuur gediend.
Waar het te nat is, wordt peilverlaging, en waar het te
droog is, wordt peilverhoging toegepast. Wat betreft de
kavelconcentratie zal naar schatting 40 a 50% van de
grond worden uitgeruild, zodat veel meer grond rondom
de bedrijfsgebouwen komt te liggen. Dat is uiteraard een
groot voordeel, in ieder geval een gemak, behalve voor
een boer die thuis weieens weg wil en nu moeilijker kan
zeggen dat hij naar zijn verre kavel moet.
Voorzitter Van Putten vindt de ruilverkaveling alles heb
ben van een ouderwets landinrichtingsplan waar het
boerenbelang voorop staat. De aanvraag werd al in 1979
ingediend door de landbouworganisaties, onder de oude
wet dus. Het eindresultaat is uiteindelijk een compromis
geworden, waarin landbouw, natuur en recreatie elkaar
moeten vinden. Dat betekent dat het per deelplan eigen
lijk geen goed plan is. Van Putten vindt wel dat er, gezien
NGT GEODESIA 94 - 5
229