van 3,5 jaar worden uitgevoerd, onafhankelijk van de GBKN. Om het gemeenschappelijk gebruik van gegevens moge lijk te maken, wordt binnen het PWN een steeds grotere nadruk gelegd op een gegevensgerichte benadering. Dit maakt integratie en koppeling mogelijk. Vooralsnog wordt echter bij de realisatie van het LIS pragmatisch te werk gegaan en wordt niet gestreefd naar volmaaktheid. LIS is volgens PWN een project apart. Het vereist een andere aanpak en denkwijze dan de administratieve automatise ring. Het is een eigen project van de technische sector, niet een afgeleide van de administratieve sector. En tenslotte: LIS communiceert met een groot aantal andere systemen binnen de organisatie, maar behoudt zijn eigen identiteit. Daardoor blijft het een beheersbaar en succes vol instrument voor bedrijfsmiddelenbeheer. De vierde inleider van deze sessie was P. M. Groot (ISIS Benelux BV) die sprak over het onderwerp ,,GBKN nog niet digitaal; wat is 'GIS'-heid?". Veel nutsbedrijven zijn op weg de verschillende analoge registraties om te zetten naar een digitale vorm. Eén van de centrale registraties voor het beheer van de bedrijfs middelen is de beheerkaart. De conversie van deze registratie brengt problemen met zich mee. Zo op het eerste gezicht is de oorzaak van het probleem het ont breken van landelijk dekkend grootschalig topografisch basismateriaal. Als we de situatie echter nader analyse ren, blijkt het eigenlijke probleem een ander te zijn. Het is de ooit gemaakte keuze ten aanzien van de wijze van registreren, namelijk de keuze om de ligging van de be drijfsmiddelen relatief ten opzichte van de topografie vast te leggen. Daarmee is tegelijkertijd de afhankelijke positie van diezelfde topografie bepaald. Deze afhankelijkheid heeft dan betrekking op zowel de kwaliteit van de topo grafie als de beschikbaarheid ervan. De vraag wordt gesteld of dit een wenselijke situatie is. Een oplossing is te vinden in het absoluut positioneren van bedrijfs middelen. Nagegaan wordt of er mogelijkheden zijn (of zich lijken aan te dienen), die een dergelijk uitgangspunt in de praktijk uitvoerbaar maken. Met name van de toe passing van GPS wordt nogal wat verwacht. De vierde en laatste sessie was gewijd aan Nieuwe ont wikkelingen J. H. van Oogen (RAVI) vertelde onder de titel „De puzzelstukjes vallen op hun plaats" iets over de nieuwe situatie waarin de RAVI sinds kort verkeert en over het werkprogramma van de RAVI voor de komende jaren. De puzzelstukjes vallen op hun plaats Overlegorgaan RAVI Publieke organen Deelnemers overlegorgaan Bestuur overlegorgaan minister RAVI secretariaat Voorzitter Secretaris overleg Bestuur bedrijvenplatform Deelnemende bedrijven Particuliere bedrijven Business platform De RAVI is omgevormd van een adviesorgaan van de Minister van VROM naar een overlegplatform van de par tijen die in de wereld van de vastgoedinformatie actief zijn. De visie van de RAVI over de ontwikkelingen in deze sector is neergelegd in de structuurschets vastgoedinfor matievoorziening. Het werkprogramma van de RAVI voor 1994 bevat onder meer het maken van een standaardisatieplan, het uit werken van het terreinmodel vastgoed en het ontwikkelen van een kwaliteitsmodel. Ook blijft de aandacht gericht op de in de structuurschets voorgestelde realisatie van een kernbestand op schaal 1 10 000 en de implementatie van de kernidentificaties. De laatste lezing van de dag werd verzorgd door J. Riet man (Gemeentewerken Rotterdam), met als intrigerende titel ARTOLleeft het nog?". Het antwoord op deze vraag is ook duidelijk: ARTOL (Automatisering van de Registratie van Topografie en Leidingen) is in Rotterdam niet alleen een systeem, het is een begrip geworden. Het heeft vanaf 1980 dertien jaar naar tevredenheid gewerkt. Inmiddels is het systeem drastisch vernieuwd ten einde de toenemende vraag naar actuele informatie te kunnen beantwoorden en de nieuwe technologische mogelijk heden te kunnen gebruiken. De basis is nu gelegd voor een objectgericht GIS met een hoge standaardfunctiona liteit en een hoge kwaliteit van de gegevens. De koppe ling met administratieve vastgoedgegevens geeft een nieuwe dimensie. Er wordt voor gepleit het gebruik van het door de RAVI ontwikkelde terreinmodel vastgoed te ondersteunen en de uitwisselingsstandaard SUF 2 (NEN 1878) te stimu leren. Workshops en tentoonstelling Naast de lezingen werden parallel vijf workshops gehou den over specifieke onderwerpen. De formule van deze workshops slaat kennelijk aan, gezien de deelname hier aan. Ook de tentoonstelling was weer zeer de moeite waard. Meer dan twintig bedrijven toonden hier hun pro- dukten en diensten. Uw redacteur heeft zich onthouden van een verslag hier van, vooral omdat hij zich heeft geconcentreerd op de lezingen, maar ook omdat deelname aan de workshops en bezoek aan de tentoonstelling vooral uit individuele belangstelling voortkomen. In zijn slotwoord sprak de voorzitter van de conferentie zijn tevredenheid uit over deze conferentie. Hij kondigde aan dat in maart 1995 in Den Haag een internationale conferentie zal plaatsvinden van de gezamenlijke organi saties van AM/FM Europe, UDMS en EGIS. Evengoed zal in dezelfde maand de zevende nationale AM/FM- conferentie worden gehouden. Jan Polman CONGRES „OPTICAL 3D-MEASUREMENT TECHNIQUES II" Van 4 t/m 7 oktober 1993 werd het congres „optical 3D- measurement techniques II" gehouden aan de ETH in Zürich. Het werd georganiseerd door de ETH in Zürich (Prof. A. Grün), de TU in Wenen (Prof. H. Kahmen), de ISPRS commissie 5, de FIG commissie 6 en de „Swiss Society for Photogrammetry, Image Analysis and Remote Sensing". Het was het tweede congres in een reeks; het eerste congres werd in september 1989 in Wenen ge organiseerd. 240 NGT GEODESIA 94 - 5

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 32