Marktoverzicht
Meten van hoeken en randen
Wanneer de laserstraal op een hoek wordt gericht, ont
staat een knik in het afgebeelde vlak. Hierdoor wordt de
afstand fout bepaald. De vastgestelde afstand ligt
meestal in de knik. Bij het richten op randen komt maar
een gedeelte van de meetstraal op het gewenste opper
vlak. Hierdoor kan te weinig reflectie ontstaan of kunnen
ongewenste reflecties optreden (fig. 4).
Bepalen van snijpunt
Fig. 5.
Het opmeten van hoekpunten is vrij simpel op te lossen
door het meten van de twee snijlijnen en deze te snijden
(fig. 5). Randen kunnen worden bepaald door het op
meten van tenminste drie punten van het vlak en door op
de gewenste punten de horizontale en verticale hoeken te
meten. Hieruit kunnen dan de gewenste punten worden
berekend (fig. 6).
Ondanks de indirecte bepaling zal dit veel nauwkeuriger
zijn. Bovendien kan hinder door bijvoorbeeld grassprie
ten worden omzeild. Het grotere aantal waarnemingen is
in de regel geen bezwaar, omdat het meten van één
afstand niet lang duurt 0,5 sec.) en niemand een
reflector behoeft op te houden.
Het meten van hoeken en randen vergt van de landmeter
oplettendheid. Het gebruik van indirecte meetmethoden
is hierbij noodzakelijk. Ook zal de besturingsprogramma
tuur van de tachymeter moeten worden voorzien van de
mogelijkheid om de hoeken en randen uit de waarnemin
gen te berekenen. Zo kunnen in het terrein de nodige
controles worden uitgevoerd.
Kleine objecten
Kleine objecten als hectometerpaaltjes en antennes zijn
met contactloos gebruik van pulslasers vrijwel niet op te
meten. Het reflecterende oppervlak is meestal te klein om
voldoende te kunnen reflecteren. Alleen wanneer reflec
terende verf of een kleine reflector wordt gebruikt, zal
opmeten mogelijk zijn. Een overblijvend deel van de
Alleen
richtings
meting -
Meten van richting en afstand
Fig. 6.
NGT GEODESIA 94 - 5
meetstraal heeft dan te weinig invloed op de metingen om
storingen te veroorzaken.
Voor de overige objecten zal altijd een hulpmiddel als een
richtvlak of een prisma moeten worden gebruikt.
Meten onder scherpe hoeken
Een ander probleem ontstaat wanneer onder een vrij
scherpe hoek punten worden aangemeten. Dit gebeurt
onder andere wanneer van normale opstelhoogte punten
op de grond worden gemeten (fig. 7). Bij een opstel
hoogte van 1,80 m en een afstand van 80 m wordt het
oppervlak waarop wordt gemeten, uitgerekt tot een ellips
van 0,1 m bij 3,80 m. Zeer kleine oneffenheden blijken
dan al grote invloed te hebben op de afstand. Ook het
meetbereik blijkt belangrijk terug te lopen. Hierdoor kan
vanaf een „normale" opstelhoogte op de grond niet
verder worden gemeten dan ongeveer 30 m. Wanneer
hoger kan worden opgesteld met behulp van hulpstukken
of vanaf een auto, worden het bereik en de betrouwbaar
heid van de meting aanzienlijk groter. Dit en vooral de
onbeheersbare fouten vergen meer creativiteit van de
landmeters bij het gebruik van reflectorloze tachymeters.
Bovendien zijn meer opstelpunten nodig dan gebruikelijk.
De MD gaat binnenkort de mogelijkheden onderzoeken.
80 meter
3 meter
Fig. 7.
Storingen op het meetsignaal
Een ander effect is dat de afstandmeter naar alles een
afstand meet, dus ook naar auto's, voetgangers, regen
druppels, enz. die door de meetstraal gaan. Bij een con
ventionele afstandmeter bestaat dit gevaar niet, omdat de
meting dan wordt onderbroken. Een oplossing is om af
standen twee- of driemaal te meten en te vergelijken.
Doordat de afstandmeting veel minder tijd kost dan een
conventionele afstandmeting, is dit geen groot bezwaar.
Bij testmetingen over drukke autosnelwegen komen
zelden meettijden van meer dan 10 sec. voor.
In het algemeen kan worden gesteld dat genoemde pro
blemen goed te beheersen zijn. Het vergt echter enige
ervaring om hiermee om te gaan. Ook moet de inname-
en besturingsprogrammatuur goede mogelijkheden bie
den om de correcties toe te passen.
Op dit moment leveren de volgende fabrikanten puls-
afstandmeters
Wild (nu Leica) levert de DIOR3002, een reflectorloze
afstandmeter. Gecombineerd met een elektronische
theodoliet ontstaat een soort reflectorloze tachymeter.
Deze is echter niet co-axiaal, zodat afwijkingen kun
nen ontstaan bij het meten. Doordat hier sprake is van
losse elementen, moet ook veel en langdurig worden
gekalibreerd. Een kleine afwijking leidt namelijk al
gauw tot grote verschillen;
IBEO levert de GEOMAT. Hierin is een reflectorloze
tachymeter ingebouwd in een ombouw met randaf-
217