Van half tien tot half tien Van sigarendoos tot werkstation \p^? koop en daarin werd Tablin gevestigd. Eerst met één, later twee en op den duur zelfs drie tekenkamers. Maar de kracht van het ondernemen zit in de investering op het juiste moment, volgens Siers. Steeds hardnek kiger klonk de roep om automatisering. Veel bedrijven hadden zich al fraaie machines en programma's aange schaft, maar bij ons kwam het maar steeds niet van de grond. Het was weer tijd om opnieuw te investeren in menskracht en zo kwam Henk Ensink binnen. Dat is een zorgvuldige afweging geweest. Met het volle dige personeel is goed en uitgebreid overlegd of er men sen van de tekenkamer moesten worden opgeleid voor die baan of dat deskundigheid van buitenaf zou worden aangetrokken. Toen dit laatste werd besloten, stond iedereen erachter. Men begreep dat dit het bedrijf, en dus alle medewerkers, ten goede zou komen. Dat is gebleken. Henk (oud-Twentenaar) paste helemaal in de sfeer van het bedrijf en bracht heel wat nieuwe kennis mee. Nu zijn de twee analoge tekenkamers samengevoegd tot één, onder leiding van Martin Gelink, terwijl Henk Ensink in een andere zaal de automatise ringsafdeling leidt. Voor uw redacteur was Oldenzaal geen brug te ver, hoe wel veel tijd nodig was om van het bedrijf een totaalindruk te kunnen krijgen. Het takenpakket is groot en gevarieerd, al is de relatie met kabels en leidingen wel zeer nadrukkelijk aanwezig. Het zijn vooral nutsbedrijven, gemeenten en waterschappen die tot de klantenkring van Tablin horen. Als je hier 's morgens om half tien kunt zijn, kunnen we 's avonds om half tien misschien net klaar zijn, zei Henk. En dat bleek feilloos te kloppen, zij het dat de laatste paar uur een meer informeel karakter droegen, maar dat paste geheel in de bedrijfsfilosofie. Dat moet kunnen. In die twaalf uur bleek trouwens dat de Siers- en Tablin- medewerkers het niet zo nauw nemen met de klok. Om zes uur waren we nabij Ommen nog getuige van driftige pogingen een elektriciteitskabel de grond in te schuiven. De bijbehorende meetploeg had er geen moeite mee nog even een stukje tachymeterwerk te verrichten. Tachymeterwerk. 418 Om de gevarieerdheid van het werkterrein van de Tablin- medewerkers te doorgronden, moeten we de binnen- en de buitendienstmedewerkers van nabij bezig zien. Volgens de vriendelijke uitnodigingsbrief was er ook nog een andere methode: „Desgewenst kunnen wij onze medewerkers bij u detacheren" stond er in, en het be schikbaar stellen van een werkstation behoorde zelfs tot de mogelijkheden. Maar dat ging mij te ver. Op naar de tekenzalen dus. Eigenlijk was er maar één, de andere zaal oogde zo digitaal, dat je niet meer van een tekenzaal kunt spreken. In zaal één vindt het echte degelijke handwerk nog plaats. De grote hoeveelheid handmatig tekenwerk is toe te schrijven aan het feit dat veel klanten van Tablin het analoge tijdperk nog niet hebben afgesloten. Vooral veel nutsbedrijven blijken de ligging van hun kabels en leidin gen nog analoog te willen weergeven. Weliswaar worden alfanumerieke gegevens al volop in computerbestanden opgeslagen, maar zodra het maar iets met tekenen te maken heeft, komt de trekpen er nog aan te pas. Liefheb bers van de analoge tekenkunst hoeven dus nog niet te wanhopen. Er was een zeer gevarieerde toepassing van te zien op mijn bezoekdag. 70 o Sigarendoos-administratie. Martin Gelink heeft de leiding over de analoge tekenzaal. „Dat is de man die daar het potlood achter het oor steekt", sprak Ben. Martin was doende één van zijn mensen te instrueren in het tekenvak, maar is graag be reid te laten zien hoe zijn medewerkers op kunstige wijze van de meest ingewikkelde opdrachten fraaie plaatjes weten te vervaardigen. Er wordt veel werk gedaan voor IJsselmij, waarin veel voormalige kleinere nutsbedrijven zijn verenigd. Die heb ben nog veel analoog materiaal. Er is een topografische basiskaart met daaroverheen zo'n zeven overlays, met name voor gas, water, elektriciteit, tv, telefoon e.d. En al die kaarten wijzigen voortdurend. Het ligt al barstens vol in de grond, zegt Martin, en nog steeds stoppen ze er van alles bij. Kijk, hier liggen de lijnen al stijf tegen elkaar en nu komt er weer een coax- kabel bij. Buiten vinden ze wel een plekje, soms liggen ze boven op elkaar, maar dat is op de kaarten natuurlijk moeilijker. Toch moet de kabel erbij op de kaart en hij moet ook nog duidelijk blijven. Daar moet je creatief voor zijn. De analoge basiskaart blijkt niet zo vreselijk nauwkeurig te zijn, maar dat hoeft ook niet volgens Martin. Het gaat erom dat je de leidingen goed kunt terugvinden en dan is NGT GEODESIA 94 - 10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 14