Wie kan mij de weg naar Geodesia vertellen? leverde bestanden of plots afwijkt van de topografische moederbestanden. De klantgerichtheid manifesteert zich in het selectief afbeelden van de gewenste classificaties, laag-, kleur- en lijndikte-veranderingen, het aanbrengen van de gewenste symboliek en het wijzigen van letter types en tekstafmetingen. Verder kan zo'n gebruiker een andere bladindeling han teren, zodat ook de afmetingen van bestanden en de hele bestandsopmaak (lees: digitale kaart) moeten worden aangepast. Al deze bewerkingen kunnen handmatig met een CAD-systeem worden uitgevoerd, echter tegen hoge kosten. Een geautomatiseerde oplossing ligt dan ook veel meer voor de hand. De belangrijkste drijfveer hierachter is de „marketability" van het produkt digitale topografie. CAD alleen is niet genoeg Uit het voorgaande blijkt dat een standaard CAD-systeem veel te weinig functionaliteit biedt om de uitdagingen van dit decennium het hoofd te kunnen bieden. Een stan daard CAD-systeem biedt slechts mogelijkheden om in gewonnen of gedigitaliseerde gegevens te verwerken tot een digitale kaart, een in de computer gebrachte analoge kaart zonder enige toegevoegde intelligentie. De be noeming van elementen vindt plaats via combinaties van bijvoorbeeld lagen, kleuren, lijndiktes en is dus direct gekoppeld aan de opslagstructuur van het CAD-pakket. Het is wèl essentieel dat een topografisch informatie systeem is gebaseerd op een standaard CAD-pakket. Hierdoor kunnen immers ook andere toepassingen (van verschillende leveranciers) worden aangeschaft en inge zet, en is doorgroei naar een GIS-omgeving mogelijk. Systemen met eigen, „ingebouwde" CAD-functionaliteit missen deze openheid en zijn dan ook een investering in gebondenheid aan één leverancier. Objectgericht werken Bij een objectgerichte benadering van topografische objecten vindt benoeming plaats via classificaties. Het gebruik van allerlei combinaties van grafische kenmerken (bijvoorbeeld lagen, kleuren) is daarmee verouderd. De presentatie is losgekoppeld van de classificatie en kan vrij eenvoudig worden aangepast aan de wensen van ge bruikers of aan specifieke werkzaamheden. Behalve classificaties moeten per object ook gegevens worden opgeslagen met betrekking tot geometrische kwaliteit (PIB, inwinningscode), actualiteit (datum) en her komst (bron). Voor de opslag van deze gegevens moet een keuze worden gemaakt. Van groot belang is ook de eerder beschreven eenduidige geometrische structuur van de bestanden. Digitale topografie versus Geometrisch Basisbestand Op het groeipad naar vastgoedintegratie is het Geo metrisch Basisbestand (GB) een volgende stap. Het GB verschilt in twee opzichten van digitale topografie: het heeft een andere inhoud en het dient een ander doel. Het GB bevat de geometrie van alle toepassingen en dient als ondergrond voor alle toepassingen. Het GFO Basis registratie Vastgoed Geometrisch uit 1991 stelt dat deze geometrie in elk geval voorzien moet zijn van kwaliteits- gegevens, eventueel aangevuld met classificaties. Deze extra informatie kan vanuit digitale topografie direct wor den overgenomen. In andere beheerpakketten zijn deze gegevens minder vanzelfsprekend. Het grote verschil zit echter in de identificatie. Elk object in het GB moet voor zien zijn van een uniek identificatienummer waarmee koppeling mogelijk is naar administratieve gegevens verzamelingen die via het netwerk toegankelijk zijn. Het identificatienummer moet uniek zijn over alle gegevens verzamelingen heen. Uit het feit dat het GB door verschillende afdelingen wordt bijgehouden, geactualiseerd en geraadpleegd, mag wor den afgeleid dat voor het beheren en distribueren van geometrische gegevens meer nodig is dan alleen pro grammatuur. Het vereist een nieuw stuk organisatie waarbinnen de beherende afdelingen hun autonomie en verantwoordelijkheid voor hun specifieke beheerobjecten behouden, maar waarin verantwoordelijkheden met be trekking tot beheer en distributie van geometrische basis informatie separaat zijn geregeld. Afsluiting In dit bericht is een beeld geschetst van de veranderende omgeving waarin een topografisch informatiesysteem wordt ingezet. Ook geeft het inzicht in de ontwikkeling van pakketten en diensten van een commercieel bedrijf. De komende tijd zal meer aandacht worden gegeven aan specifieke onderwerpen die hier slechts globaal aan de orde zijn geweest. Volgens naaststaand kaartje kan iedereen nu de weg naar Geodesia vinden. Ligt het werkelijk in Delft? (Uit: OVerzicht, de kleinste wegwijzer van Nederland, verspreid onder 200 000 studenten) M 422 NGT GEODESIA 94 - 10

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 18