land, wereldwijd, in dit onderzoeksgebied. Maar onze
potenties en ambities stroken niet meer met de financiële
middelen, moest hij als domper op de feestvreugde mee
delen. ,,We hebben roofbouw gepleegd op de vooral
jonge en enthousiaste medewerkers, en wat we tegemoet
gaan, is een onzekere financiële toekomst".
In het kader van het programma moest er heel wat ge
meten worden. Deze metingen zijn vooral verricht door de
Faculteit der Geodesie. Ir. E. Vermaat van deze Faculteit
sprak over systeemontwikkeling en operaties. Met name
wordt gebruik gemaakt van twee technieken, Satelliet
Laser Ranging en GPS. Vermaat sprak er zijn verbazing
over uit hoe in zeer korte tijd de meetprecisie bijna on
voorstelbaar is verbeterd. Hij vergeleek de meettechnie
ken die van GPS zo'n uiterst nauwkeurig meetinstrument
maken, met de baron van Münchhausen die zichzelf aan
zijn haren uit het water omhoog hees.
Vermaat stelde in iets andere bewoordingen dan Wakker
dat er op zeer korte termijn duidelijkheid moet komen
over de financiën in de toekomst. ,,Een onzekere toe
komst maakt dat je geen beleid kunt voeren en dat je de
natuur z'n gang moet laten gaan", concludeerde hij.
De analyse van de metingen, uitgevoerd door de Faculteit
der Lucht- en Ruimtevaarttechniek, werden gepresen
teerd door ir. B. A. C. Ambrosius. Opmerkelijk resultaat
was dat de beweging van de aardschollen in het Middel
landse Zeegebied nu daadwerkelijk kunnen worden aan
getoond met geodetische meettechnieken. Dit was vijf
jaar geleden beslist nog niet mogelijk. In de getoonde
plaatjes die de variabiliteit van de zeeoppervlakte, be
paald uit satellietmetingen, weergeven, waren duidelijk
de grote golfstromingen te onderkennen.
Na de uitvoerige presentatie van de onderzoeksresulta
ten nam Wakker weer het woord om het eerste exemplaar
uit te reiken. Om niemand van de financiers voor het
hoofd te stoten, moest hij een goocheltruc uithalen, die
leidde tot de wonderbaarlijke vermenigvuldiging van het
eerste exemplaar tot drie eerste exemplaren. Zij werden
overhandigd aan dr. N. de Voogd, voorzitter van het
College van Bestuur van de TU Delft, prof. dr. ir. J. A. M.
Bleeker, directeur van SRON, en dr. ir. N. Bunnik, hoofd
van het programmabureau van de BCRS.
In zijn dankwoord stelde prof. Bleeker dat het rapport
een onderzoeksrapport was, zoals het hoorde te zijn:
hoogwaardig. Maar tevens constateerde hij dat de onder
zoeksplannen voor de toekomst niet mis zijn. Wat betreft
de financiering kon hij geen garanties geven, maar hij
beloofde dat hij zich persoonlijk voor de zaak zal inzetten.
Dr. Bunnik bood zijn gelukwensen aan met het bereikte
resultaat en benadrukte dat de BCRS-bijdrage aan het
project binnen het BCRS-totaalbudget een substantieel
onderdeel vormt.
Zoals gebruikelijk bij een feestelijke gelegenheid werd de
bijeenkomst afgesloten met een borrel.
M. J. P. M. Lemmens
FLAGIS-STUDIEDAG „GIS IN
NEDERLAND"
Op 17 juni 1994 werd in Antwerpen een
studiedag gehouden over ,,GIS in Nederland". Het initia
tief tot deze studiedag werd genomen door FLAGIS, de
Flemish Association for Geographic Information Systems.
Doel was de stand van zaken met betrekking tot enkele
belangrijke aspecten van GIS in Nederland te belichten.
De dag werd geopend door prof. dr. R. F. Verheyen van
het Departement Biologie, UIA.
Drs. P. W. Geudeke, directeur van de Topografische
Dienst Nederland (TDN), sprak over de opbouw van digi
tale bestanden bij de Topografische Dienst. In de zeven
tiger jaren werden bij de TDN de eerste stappen gezet op
het gebied van de automatisering in de kaartproduktie.
Doelstelling voor de negentiger jaren is de opbouw van
een drietal digitale bestanden, waarvan de inhoud over
eenkomt met de kaartseries 1 10 000, 1 50 000 en
1 250 000. Eind 1994 zullen de 1 50 000 en 1 250 000
bestanden voor een groot deel voltooid zijn, en het basis
bestand 1 10 000 omstreeks 1997/1998. Dit basis
bestand blijkt een goed uitgangspunt te zijn om te
voorzien in de in de Structuurschets Vastgoedinformatie
voorziening aangetoonde behoefte aan een digitaal kern
bestand op dezelfde schaal. De komende jaren zal veel
energie worden gestoken in de actualisering.
Prof. ir. W. H. de Vos, directeur-secretaris Samenwer
kingsverband GBKN, ging in op de organisatie rond de
Grootschalige Basiskaart van Nederland (GBKN) in
Nederland. In 1992 ondertekenden vertegenwoordigers
van Kadaster, PTT Telecom, Vereniging EnergieNed,
VEWIN (waterleidingbedrijven) en Vereniging van Ne
derlandse Gemeenten (VNG) de Raamovereenkomst
Samenwerkingsverband GBKN". De Unie van Water
schappen is later toegetreden. In de Raamovereenkomst
spraken de partijen af zich gezamenlijk te zullen inzetten
voor „het bevorderen en het coördineren van de samen
werking ter zake van het verrichten van werkzaamheden
verbonden aan de vervaardiging en bijhouding van groot
schalig topografisch kaartmateriaal in digitale vorm". Een
„Stuurgroep Raamovereenkomst", waarin de leden zit
ting hebben, houdt toezicht op de naleving van afspraken
rond de organisatie, de kostenverdeling en de inhoud van
de bestanden en kaarten. De organisatie betreft steeds
een samenwerking op regionaal niveau.
Ir. C. Lemmen, informatiemanager bij het Kadaster, gaf
een overzicht van de kadastrale GIS-applicaties. Het
kadastraal informatiesysteem bestaat uit drie deelsyste
men: een geautomatiseerde kadastrale registratie (AKR,
administratieve gegevens), een landmeetkundig karto-
grafisch informatiesysteem (LKI, kadastrale en topografi
sche kaarten) en een landinrichtingssysteem (LIN, zowel
administratieve als kartografische componenten). Fysiek
zijn kaarten en administratieve gegevens gescheiden,
logisch zijn deze echter geïntegreerd. Voorts werd nog
ingegaan op de mogelijkheden van de koppeling van
perceelsaanduiding aan het postadres via perceelscoör
dinaten en postcodes.
M*nt*
432
NGT GEODESIA 94-10