s MOVE3 Een nieuwe dimensie vereffening van Een-, Twee- èn Drie - dimensionale grondslagnetten: Osiris bv Een compromis dat daarnaast in de landinrichting wordt gehanteerd om zowel landbouw als natuur ontwikkelings mogelijkheden te bieden, is het aanleggen van een zoge naamde kaveleindwal (fig. 3). Dit kan worden opgevat als een uitwerking van het casco-concept op een gedetail leerder niveau. Het verlies aan lengte van landschapselementen, dat wordt veroorzaakt door een vergroting van de ruimtemaat voor de landbouw, kan in hoge mate worden gecompen seerd door het verbreden en aanleggen van elementen op de meer extensieve (achterste) gedeelten van de kavels [6]. Het is van belang dat tijdens het inschetsen expliciet rekening wordt gehouden met dergelijke eisen. In dat ge val zal landinrichting inderdaad het integratiekader bij uit stek kunnen zijn voor de afweging van een toenemend aantal belangen in het landelijk gebied. Literatuur 1. Buis, A. M., Toedelen volgens ecologische criteria, onderzoek naar de mogelijkheid eisen en wensen op het gebied van natuur en landschap te verwerken bij de berekening van het plan in geld. Delftse Universitaire Pers, Delft 1992. 2. Buuren, M. van, e.a., Kleinschalig, verweven of casco? Land inrichting, jrg. 31 no. 1, p. 1 - 18, 1991. 3. Schuiven binnen het landschap, onderzoek naar herverkaveling met behoud van het landschap. Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers, november 1992. 4. Dorp, D. van en R. G. H. Jongman, Bosvogels en landschaps plannen, een voorbeeld van het gebruik van ecologische ge gevens in de landinrichting. Landschap, no. 2, p. 82 - 92, 1987. 5. Foppen, R. P. B., Versnippering en landinrichting in Zeeuws- Vlaanderen, deel 2, Moerasvogels. IBN-rapport 053, Wage- ningen 1993. 6. Gelderblom, L. e.a, Ekologische Infrastructuur en landinrich ting. Landbouw Hogeschool Wageningen, 1985. 7. Harsema, H., De casco-benadering, een nieuwe en construc tieve aanpak in de landschapsplanning. IKC-NBLF, november 1993. 8. Nota landinrichting in de jaren negentig, ontwerp. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij, Landinrichtingsdienst, Utrecht 1992. 9. Structuurschema Groene Ruimte, het landelijk gebied de moei te waard, deel 3: kabinetsstandpunt. Ministerie van Landbouw, Natuurbeheer en Visserij en Ministerie van Volkshuisvesting, Ruimtelijke Ordening en Milieu, Den Haag, juni 1993. 10. Opdam, P., De metapopulatieeen model van een populatie in een versnipperd landschap. Landschap no. 4, p. 289 - 305, 1987. 11. Landbouw in kleinschalige landschappen. Rijksplanologische Dienst en Dienst van het Kadaster en de Openbare Registers, Den Haag, juni 1990. 12. Schmitz, H., Houtwallen, heggen en singels, lijnvormige hout opstanden in Nederland. Stichting Landelijk Overleg Natuur en Landschapsbehoud, Utrecht 1993. 13. Visser, J., Het casco-concept: bron van verwarring en inspira tie. Landinrichting, jrg. 33 no. 7, p. 27 - 31, 1993. 14. Vonk, J. J. en R. T. de Boer, Inleiding tot de inrichting van het landelijk gebied, dynamiek, inrichting en beheer van landelijke gebieden. Pudoc, Wageningen 1989. 15. Vos, W. H. de, F. B. Rosman en J. A. Zevenbergen, Inrichtings instrumenten voor landelijke gebieden. Faculteit der Geodesie, Delft 1994. Nijverheidsweg 35 2102 LK Heemstede Tel. 023-283552 Fax 023-292398 NGT GEODESIA 94-11 469

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 13