hebben in overleg een model-contract opgesteld voor de levering van het gebruiksrecht van dit bestand aan cje waterschappen. Eén van de aspecten hierbij is de ver goeding voor dit gebruiksrecht, gerelateerd aan de wette lijke taken van het waterschap: waterkwantiteitsbeheer, waterkwaliteitsbeheer en waterkeringenbeheer. Voor het gebiedsdekkend krijgen van de middelschalige topografische ondergrond zijn de 33 analoge topografi sche kaarten 1:10 000 gescand en als rasterbestanden (TOP 10-raster) opgenomen in het geometrisch basis bestand (fig. 5). Grootschalige topografie met profielen In de afgelopen jaren heeft bureau L&G al van een groot aantal waterlopen het nodige gemeten en digitaal vastge legd. Naast opnamen van de topografische en kadastrale situatie in de vorm van stroken over de waterlopen betreft dit ook opnamen van actuele lengte- en dwarsprofielen. Deze gegevens worden geconverteerd naar het geome trisch basisbestand (fig. 6). De Unie van Waterschappen heeft met het landelijk samenwerkingsverband GBKN een raamovereenkomst afgesloten voor deelname van de waterschappen aan de vervaardiging en bijhouding van de Grootschalige Basiskaart van Nederland (GBKN). Volgens de landelijke richtlijn bedraagt de bijdrage van de waterschappen hierbij 5% van de vervaardigings- en bijhoudingskosten. Uitgaande van de door het Kadaster begrote vervaardi- gingskosten zou de bijdrage van Regge en Dinkel aan de vervaardiging van de GBKN in een periode van zes jaar ongeveer f 200 000,— per jaar gaan bedragen. Hierbij komen dan nog de kosten voor het bijmeten van de voor Regge en Dinkel specifieke informatie. Intern overleg heeft geleerd dat er voor participatie door Regge en Dinkel in de GBKN onvoldoende financiële draagkracht bestaat. Daarom is gekozen voor een pro jectmatige aanpak in de vervaardiging van grootschalige topografische ondergronden (stroken), waarbij in overleg met de afdeling Waterbeheer en voorafgaand aan het gestructureerd onderhoud van de waterlopen de topo grafische situatie en de profielen worden gemeten. Met Informatie uitwisselen met het Kadaster Bij levering door Regge en Dinkel aan het Kadaster van een bepaald aantal hectaren in gebiedsklassen wordt om niet het zelfde aantal hectaren van gelijksoortig gebied retour ontvan gen. Afgesproken is dat Regge en Dinkel voor eind 1994 een dertigtal gedigitaliseerde kaarten zal opleveren. De bestanden zijn volgens LKI-specificaties gestructureerd en van links/ rechts informatie voorzien. Regge en Dinkel digitaliseert echter alleen de in het RD-stelsel geconverteerde kadastrale kaarten. De niet-geconverteerde kaarten in de schalen 1 2500 en 1 5000 zijn in het geometrisch basisbestand alleen als raster- bestand beschikbaar. ht-schr. een dergelijke aanpak kan de vervaardiging van deze ondergronden in principe plaatsvinden binnen de eigen capaciteit van het bureau L&G. Een probleem bij het zelf meten van de topografische situatie is de tijdrovende activiteit van het leggen van grondslagpunten langs de waterlopen. Een oplossing hiervoor is het gebruik van GPS-apparatuur. Kadastrale perceeisgrenzen Het Kadaster Overijssel is bezig met een meerjarenplan voor het digitaal uitbrengen van de kadastrale kaarten. Bij afname door Regge en Dinkel van kadastrale bestanden voor het gehele beheergebied zou dit voor de eerste levering in een periode van zes jaar een investering gaan vergen van zo'n f 100 000,— per jaar. Omdat deze inves tering niet acceptabel is, wordt voorlopig volstaan met het gebiedsdekkend scannen van de analoge bijbladen en deze als rasterbestanden in het geometrisch basis bestand op te nemen. Door digitaliseren vanaf het beeld scherm kunnen dan projectmatig kadastrale percelen worden onderscheiden (fig. 7). Met het Kadaster is een samenwerking afgesproken, waarbij Regge en Dinkel met eigen capaciteit een bijdrage levert in de digitalise ring van de kadastrale kaarten. Op deze wijze ontstaat een uitwisseling van informatie met gesloten beurzen. Hoogtepunten In samenwerking met de Topografische Dienst brengt de Meetkundige Dienst van de Rijkswa terstaat een digitaal hoogtepunten bestand uit, het zogenaamde TOP- hoogteMD-bestand. De dichtheid van deze hoogtepunten is ongeveer één punt per hectare (fig. 8). De Meetkun dige Dienst oriënteert zich op het bij houden van dit bestand en mogelijke samenwerking hierbij met andere in stanties. Regge en Dinkel voegt aan dit hoogte puntenbestand eigen gemeten hoog- tepuntenvelden met grotere dichtheid toe. In een latere fase van Kwantis moet dit hoogtepuntenbestand samen met de gemeten dwars- en lengtepro fielen van de waterlopen uitgroeien tot een echt 3D-model van het terrein. G—U Goor S©cti© C5 rtprofia] 8-20 •jrofial GwfB Fig. 6. Grootschalige ondergrond van een waterloop, met topografische en kadastrale situa tie en dwarsprofielen. Luchtfoto's Als laatste ondergrond moeten de ge scande luchtfoto's worden genoemd. Ter verhoging van de actualiteit van de gescande topografische kaarten 1:10 000 en voor het geven van aan- 462 NGT GEODESIA 94-11

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1994 | | pagina 6