Analoog naar digitaal: een cultuuromslag Y w JS ■995-1 pak zit in de realisatie. Voor het ATKis-bestand, gerelateerd aan schaal i 25 000, wordt eerst een dlm vervaardigd. Tus sen de deelstaten bestaan verschillen in de vorderingen van de bestandsopbouw. Nordrhein-Westfalen, Niedersachsen en Rheinland-Pfalz lopen voorop en zullen binnen een paar jaar beschikken over een (deel)staatdekkend dlm. Pas wan neer uit dit bestand een dkm kan worden afgeleid, is het analoge proces overbodig. Tot dan blijven twee produktie- processen naast elkaar bestaan. In de Nederlandse situatie worden beide bestanden gelijktijdig opgebouwd. Het Nationaal Geografisch Instituut in België is gestart met het fotogrammetrisch vervaardigen van een bestand 1 10 000. In eerste instantie wordt gemikt op samenwerking met de grote stedelijke agglomeraties om het bestand pas in tweede instantie landsdekkend te maken. In Denemarken hebben de gemeenten het voortouw geno men bij de opbouw van een basisbestand. De nationale kar- teringsinstelling heeft in 1993 plannen ontwikkeld om tot een nationale gegevensbank te komen [3]. In Oostenrijk is een soortgelijke ontwikkeling als in Duits land wat later op gang gekomen [4]. Het ontwerpen van een digitaal produktieproces houdt ook in een analyse van het bestaande analoge proces. Omdat door een andere bril naar de produktielijn wordt gekeken, komen gebreken aan het licht. Ook als het doel geweest zou zijn het NGTGEODESIA KARTOGRAHISCH TIJDSCHRIFT Fig. 1. De voortgang van TOPlOvector. Bestand gereed Eind 1994 Eind 1996 O Leeuwarden Arnrem ^low 40 51 W 68(\W "V68 0 (XMaastr it J 69 0 bestaande proces te optimaliseren, zou den al ingrijpende maatregelen kunnen worden genomen. Daarom ben ik er van overtuigd dat de veranderingen, die gepaard gaan met de overgang van ana loog naar digitaal, in aanzienlijke mate worden bepaald door de denkbeelden van de bedrijfsleiding over de maat schappelijke taak van het bedrijf. Bij de rijksoverheid is er de laatste jaren veel veranderd in de manier van denken over het functioneren van overheidsbe drijven. Het produktieproces is een af geleide van de manier waarop men met dit soort ontwikkelingen omgaat. Het maakt verschil of automatisering wordt ervaren ais het automatiseren van de analoge kaartproduktie of dat het ge voel bestaat dat een nieuw produkt wordt vervaardigd. In het eerste geval blijft de doelstelling van het bedrijf ge lijk en zal de gedachte om opnieuw na te denken over de maatschappelijke taak van het bedrijf, niet zo gauw opko men. Anders ligt het wanneer het besef aanwezig is dat er sprake is van een nieuw produkt. Een nieuw produkt be tekent een nieuwe markt. Een nieuwe markt moet veroverd worden. Die markt bestaat deels uit oude en deels uit nieuwe klanten. De nieuwkomers zijn sowieso niet belast met het analoge kar- tografische verleden, terwijl de oude klanten hun best doen zich eraan te ontworstelen. De opgave is een cul tuuromslag te realiseren, die past bij deze nieuwe situatie (fig. 2). De belangrijkste gebruikers van digitale geografische informatie hebben hun wortels in het analoge tijdperk. Zij heb ben zelf te maken met een conversie van analoog naar digitaal. Het tijdpad dat daarvoor nodig is, is behoorlijk lang. De gebruiker heeft tijd nodig. Die tijd kan de producent benutten voor zijn eigen conversieproces. Anders ligt het bij de nieuwe gebrui kers. Neem autonavigatie als voorbeeld. Commerciële mogelijkheden voor een nieuw produkt werden gesignaleerd door marktontwikkelaars. Het bleek mogelijk op commerciële basis geld aan te trekken voor de ontwikkeling van een nieuw produkt. Veel, zeer veel geld was nodig voor het vervaardigen van de gegevensbanken. De overheid had ken nelijk genoeg geld en vertrouwen om de voorgespiegelde toekomstbeelden te ondersteunen. Management Het digitale tijdperk stelt hogere eisen aan de leiding, ik stel dit op grond van mijn ervaringen uit de praktijk van alle dag. Digitaal werken betekent dat de 14

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1995 | | pagina 16