De Kaart van Amsterdam 1:10 000 Van kaart naar objectgericht bestand De vraag naar digitale kleinschalige topografie 27 NGT GEQDESIA KARTOGRAFISCH TIJDSCHRIFT 1995-1 map production, urban cartography, applications production des cartes, cartographie urbaine, applications kaartvervaardiging, stadskartografie, praktijk KEYWORDS MOTS-CLÉS TREFWOORDEN De laatste stap in de omschakeling van een handmatige naar een geautomatiseerde produktie van de Kaart van Amsterdam i 10 ooo is bijna gezet, de ambachtelijke gereedschappen hebben hun plek reeds gevonden in de vitrinekast. Dit jaar nog verschijnt de kleinschalige topo grafie van Amsterdam digitaal in beeld! De laatste stap zal zijn het digitale plaatje weer te vertalen in een gedrukte wandkaart. Al sinds 1910 wordt door de gemeente een kleinschalige Kaart van Amsterdam gemaakt. Tot voor kort werd die geheel handmatig geproduceerd, maar daar komt nu verandering in. De huidige Kaart van Amsterdam 1 10 000 zal de laatste in de serie zijn, die met de hand tot stand kwam. Trekpennen, graveer- naalden, „strippingfilm" en „peelcoats" worden vervangen door twee beeld schermen en een cursor (fig. i). De nieuwe computertechnieken moeten de bijhoudingscyclus van de kaart kunnen verkorten en in de groeiende behoefte aan digitale topografie kunnen voor- De huidige kleinschalige Kaart van Amsterdam is een wandkaart van 185 x 230 cm, verdeeld in negen delen. De kaart wordt vervaardigd bij het Karto- grafisch Centrum (kc) van de sector Landmeten en Vastgoedinformatie van de Dienst Stedelijk Beheer Amsterdam. De kaart is rijk aan informatie, wordt gedrukt in tien kleuren en de kwaliteit is hoog; de herzieningscyclus moet ech ter worden verkort. Dit was één van de overwegingen waarom het kc twee jaar geleden is begonnen met de overscha keling op geautomatiseerde technieken. Alvorens deze stap te maken, hebben enkele onderzoeken plaatsgevonden. Deze zijn gebundeld in een onder- drs. H. de Jongh, hoofd Kartografisch Centrum van de Sector Landmeten en Vastgoed informatieDienst Stedelijk Beheer in de gemeente Amsterdam. zoeksplan dat in samenwerking met de Vakgroep Kartografie van de Universiteit Utrecht tot stand kwam. Belangrijke onderzoeken waren onder andere het gebruikersonderzoek, de onderzoeken naar geschikte methoden voor de conversie, de bestandsopbouw en de bijhouding. In het navolgende wordt een beschrijving gegeven van dit au tomatiseringsproces en de eerste ervaringen met het gebruik van digitale topografie. Alvorens een digitaal bestand op te bouwen, is het belangrijk te weten welk doel het bestand moet dienen. Enerzijds is dat voor het Kartografisch Centrum de produktie van de wand kaart en anderzijds de opbouw van een geschikte digitale topografie. Maar welke gebruikstoepassingen kent de klein schalige topografie in digitale vorm, en hoe moet daarmee in de bestandsopbouw rekening worden gehouden? De digitale grootschalige topografie van Amsterdam wordt reeds ge ruime tijd gebruikt bij het beheer van de openbare ruimte. De vraag naar digitale kleinschalige topografie wordt echter ook steeds groter, maar hoe zal die precies worden gebruikt en door wie? Door middel van enquêtes en interviews is getracht een antwoord te krijgen op deze vragen. Aan de mogelijk toekomstige gebruikers van digitale kleinschalige topografie is een aantal vragen voorgelegd, die vooral gericht waren op bestandsinhoud en bestandsstructuur. Daarnaast werden vragen gesteld over de gewenste actualiteit ten aan zien van topografische elementen. Het bleek dat de Amsterdamse beleidsmakers, onderzoekers en bestuurders graag gebruik willen gaan maken van gis bij de uitwerking van bijvoorbeeld plannen op het gebied van ruimtelijke ordening, bevolkingsvraagstukken of eco logisch onderzoek. Experimenteren met deze nieuwe tech nieken was echter tot nu toe beperkt mogelijk, onder andere vanwege het niet voorhanden zijn van een geschikte digitale topografie. Omdat dus nog betrekkelijk weinig ervaring is opgedaan met het gebruik van kleinschalige digitale topo grafie, was het moeilijk voor de respondenten meteen al over inhoud en structuur van digitale bestanden mee te denken.

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1995 | | pagina 29