A
Structureren van de bestaande
GBKN-voorraad
Gevolgen voor de bijhouding
NGT GEODESIA
Van basiskaart tot basisbestand via het
objectbegrip
Het objectbegrip is voor landmeetkundige toepassingen
(voor het eerst?) consequent toegepast in het Gemeente
lijk Functioneel Ontwerp (gfo) Basisregistratie Vastgoed:
Geometrisch [8] van de vng. De ondertitel luidt nog
voor de herkenbaarheid Gemeentelijke Basiskaart",
maar eigenlijk gaat deze gfo niet over een basiskaart,
maar over een basisbestand. De rol van de kaart wordt
opnieuw gedefinieerd. Die rol verschuift namelijk van
(basis)kaart naar een geometrisch (basis)bestand. De
structuur van dit bestand moet zodanig zijn, dat objecten
apart kunnen worden onderscheiden. Deze objectgerichte
aanpak heeft tot gevolg dat in deze gfo, in tegenstelling
tot voorgaande gfo's van de vng, gesproken wordt over
„objecten" in plaats van „gegevens". Zo ook van „object-
model" en „objectenwoordenboek". Objecten zijn vol
gens deze gfo zaken uit de werkelijkheid, reëel of virtueel,
die als een eenheid worden beschouwd en waarbij het uit
oogpunt van gebruik relevant is om de geometrie vast te
leggen. Welke objecten minimaal in een geometrisch
basisbestand thuishoren, staat vervolgens aangegeven. De
traditionele, lijngerichte gbkn biedt voor de gemeenten
„onvoldoende mogelijkheden" om te worden gebruikt als
geometrisch basisbestand. Dit heeft te maken met het feit
dat de gbkn primair gericht is geweest op kaartvervaar
diging.
Binnen het objectparadigma geldt als gebod: „Thou shalt
support object identity", zoals Bancilhon stelt in zijn
„System Manifesto" [9]. In de hiervoor aangehaalde
gfo wordt voor het eerst een lans gebroken voor deze
(unieke) object-identificatie. Een mutatie-ongevoelige
identificatie, die los staat van de kenmerken van een
object (kenmerken kunnen immers veranderen: een adres
is dus geen goede object-identificatie). Zonder object-
identificatie wordt de koppeling met andere vastgoed
bestanden, evenals een geautomatiseerd mutatieproces,
niet goed mogelijk. Ook het Terreinmodel Vastgoed sluit
zich hierbij volledig aan in haar conclusies: gezien de
huidige ontwikkeling van objectgerichte bestanden is er
een noodzaak om te komen tot afspraken met betrekking
tot de identificatie van objecten. Het objectbegrip, met
inbegrip van object-identificatie, maakt dan ook de trans
formatie mogelijk van basiskaart naar geometrisch basis
bestand.
van het, tot nu toe gebruikelijke, foto-
grammetrische lijnenbestand. Voorts is
geconstateerd dat de terrestrische na-
verkenningswerkzaamheden niet we
zenlijk anders zijn. De verwerking hier
van kan worden gecombineerd met de
afwerking van het bestand. Omdat van
het proefgebied een eerder als spaghet-
ti-bestand vervaardigde gbkn beschik
baar was, kan ook iets worden gezegd
over het verschil in vervaardigingskos-
ten. De meerkosten van de vervaardi
ging van een objectgerichte gbkn zul
len maximaal zo'n 5% van de vervaardi-
gingslcosten van een „traditionele"
gbkn bedragen.
'995-*
Landelijk gaat het ruwweg om 1,5 miljoen hectare, waar
de gbkn gereed is of „nog in de pijplijn zit". Indien we
deze voorraad willen herstructureren naar een objectgericht
model, vergt dat een behoorlijke inspanning. Om eveneens
zicht te krijgen op de aanpak en de kosten van dit structu-
reerproces, is een proef gedaan in hetzelfde proefgebied [3].
Het hierbij ontwikkelde proces, van „spaghetti" naar „ob
jectgericht", loopt om voor de hand liggende redenen via
„knooppunten". De conclusie is dat de kosten van dit proces
(gemiddeld over alle gebiedssoorten) zo'n 15,- per hectare
bedragen. We zijn ervan overtuigd dat dit na verdere soft
wareontwikkeling nog sneller, meer gestroomlijnd en dus
goedkoper zal kunnen verlopen.
Voor de toekomst is het vooral van belang te weten welke
gevolgen de objectgerichte gbkn heeft voor de aanpak en de
kosten van de bijhouding. Om deze vraag te beantwoorden,
is een proef gestart in de gemeente Doorn (Utrecht). Hierbij
werken Kadaster Utrecht en Geodetisch Adviesbureau
samen. De resultaten van deze proef zijn nog niet bekend.
Het is maar de vraag of de bijhouding van een objectgerichte
gbkn, zoals velen hopen, goedkoper zal zijn dan die van een
traditionele gbkn. Het aantal handelingen bij de verwerking
van de bijhoudingsgegevens lijkt vooralsnog niet minder.
Het voordeel van de objectgerichte gbkn, althans in bedrijfs
economische zin, zal waarschijnlijk meer moeten ontstaan
uit de mogelijkheid de gbkn bedrijfsbreed te gebruiken en te
beheren (zie kader).
Slotopmerkingen
De tot dusverre uitgevoerde proeven hebben verder geleerd
dat het uitwisselen van objectgerichte bestanden het uit
wisselen dus van bestanden die qua opbouw zijn gebaseerd
op het Terreinmodel Vastgoed - met het in de norm nen
1878 beschreven uitwisselingsformaat, niet eenvoudig is.
Hiervoor is nog een goede gebruiksaanwijzing nodig. Ge
lukkig onderschrijft ook de ravi die noodzaak: in het
Terreinmodel Vastgoed wordt een zogenoemde „praktijk
richtlijn" voor de uitwisseling van dergelijke bestanden aan
bevolen. De ravi neemt dan ook (samen met anderen) initia
tieven op dit terrein.
Een objectgerichte gbkn behoort tot de reële mogelijkheden.
De vervaardiging geeft geringe meerkosten te zien. Daar staat
tegenover dat door aanpassingen in het vervaardigingsproces
belangrijke besparingen zijn te bereiken. We verwijzen hier
voor naar het artikel over de Proef Nijeveen [4]. Investerin
gen in het herstructureren van bestaande gbkn's moeten
waarschijnlijk worden terugverdiend vanuit het totale beheer
en het gebruik van de vastgoedinformatie van de objecten,
waarvan de gbkn in ieder geval de geometrie aanlevert.
Literatuur
1 Terreinmodel Vastgoed. Een algemene classificatie voor
gegevens over de aan bet aardoppervlak gerelateerde
ruimtelijke objecten. Raad voor Vastgoedinformatie.
Rapport no. 29, Amersfoort 1993.
87