Meerdoelen Kadasterproject
NGT GEODESIA
1995-3
Kadaster dient volgens die wet „in het
algemeen belang te zijn en te dienen
voor juridische, economische, fiscale,
administratieve doelen en verder nog
voor alle doelen die door de wet of het
reglement worden vastgesteld". De be
schrijving van de taken is zodanig ruim
geformuleerd, dat het Catastro Natio
nal daaraan voorlopig zeker niet kan
voldoen. Het stellen van prioriteiten zal
derhalve absoluut noodzakelijk zijn. In
het verleden was het Kadaster voorna
melijk een archief van „planos catastra-
dos" die door privé-landmeters worden
gemaakt.
Kwaliteit
Het Kadaster heeft nagenoeg niet de
mogelijkheid om die planos op be
trouwbaarheid en nauwkeurigheid te
verifiëren. De kwaliteit van het kadas
trale archief is afhankelijk van de privé-
landmeter. Die zal trachten om zonder
veel problemen, met zo weinig moge
lijk werk, zoveel mogelijk planos goed
gekeurd te krijgen. Gevolg is dat de
grenspunten die op de planos worden
aangegeven, niet in het terrein worden
verzekerd en dat in het verleden ge
maakte fouten worden overgenomen
op de nieuwe planos om tegenstrijdig
heden met eerdere metingen en moge
lijke problemen met de controlerende
instantie te voorkomen. De nieuwe
planos hebben overigens alleen betrek
king op het af te splitsen deel en er is
dus geen controle op het resterende
deel. Tal van redenen die ertoe leiden
dat de kwaliteit van het archief van het
Kadaster veel minder is dan de indivi
duele planos doen vermoeden.
Fig. 4.
Oude documenten
worden gecontro
leerd en tevens
moeten nieuwe
formulieren worden
Fig. 3.
Floe precies moet de
kadastrale kaart
zijn om deze grens
vast te leggen
Het project draagt de naam „Proyecto Catastro Multi-
finalitario" en wekt alleen daardoor al hooggespannen
verwachtingen. Het uiteindelijke doel is om het Kadaster in
Costa Rica te verbeteren en kadastrale kaarten te vervaar
digen en bij te houden van het gehele land. Het land is
opgedeeld in vijf delen; per fase zou één van die delen
worden uitgevoerd. In 1990 heeft Nederland toegezegd om
in het kader van ontwikkelingssamenwerking financiële en
technische steun te verlenen aan de eerste fase van het
project. Deze fase was gepland van 1991 tot 1994 en was
geraamd op ruim 20 miljoen gulden, waarvan Nederland
65% voor zijn rekening zou nemen en Costa Rica de overige
35% zou financieren. De eerste fase was de hoofdstad San
José en directe omgeving.
Van Nederlandse zijde werd ILIS belast met de uitvoering
van het project en werd door het Ministerie van Buiten
landse Zaken een adviesgroep ingesteld. Die groep had tot
taak om tijdens haar werkbezoeken (twee keer per jaar) de
voortgang te bewaken en aanbevelingen te doen voor de
verdere uitvoering. Naast het verbeteren van de grond-
registratie was een doel om de opbrengsten van de grondbe
lasting te verhogen. Daartoe werden alle panden getaxeerd.
De verwachting was dat uit de meer-opbrengsten aan belas
tinggelden de volgende fase van het Kadasterproject zou
kunnen worden gefinancierd. Met de bijdrage van Neder
land voor de eerste fase zou derhalve het project „self
supporting" worden. Het streven was om te komen tot een
uniek bestand met onroerend-goedgegevens ten behoeve van
het Openbare Register, het Kadaster en de Belastingdienst.
De verwachtingen over het multifunctionele karakter van het
Kadaster zijn gaandeweg bijgesteld tot het verbeteren van het
Kadaster tot een dienst met betrouwbare informatie be
treffende de ligging van de bij het Openbare Register ge
registreerde eigendommen. Een betrouwbare kadastrale
kaart zal voor velen als informatiebron kunnen dienen en een
basis zijn voor het toevoegen van hun specifieke discipline.
Met behulp van de technische en financiële steun van Neder
land kreeg het Kadaster van Costa Rica een impuls, zodat
kon worden begonnen met de uitvoering van de werkzaam
heden zoals beschreven in de Kadasterwet en om een einde te
maken aan de eerder geschetste problemen.