Geodeten bij de rijksoverheid
Geodetische werkgevers
1995-5
NGT GEODES1A
Het werk binnen de rijksoverheid is heel divers. Een vrij
grote groep geodeten is werkzaam bij de Meetkundige
Dienst van de Rijkswaterstaat (3%). Daarnaast herbergen
de Topografische Dienst en de Hydrografische Dienst
ook relatief veel geodeten. Over andere ministeries ver
spreid zijn echter ook geodeten te vinden: onder meer bij
VROM (Rijksgebouwendienst, bureau-adviseur Raad van
State, Milieu) en Landbouw.
van de geodesie waarop de functie betrekking had. Voor wat
betreft de indeling in deelgebieden is gekozen voor één die
gerelateerd is aan bepaalde taken van de geodeet in de maat
schappij (fig. 1). In de praktijk bleek de indeling enkele
interpretatieproblemen te geven. Het begrip „geometrische
infrastructuur" was nog niet overal ingeburgerd. „Plaatsbe
paling" werd soms verward met „puntsbepaling".
De respons op de enquête was groot. Van de tussen 1960 en
1995 afgestudeerde 564 geodetisch ingenieurs, hebben er
482 meegewerkt aan de enquête, een respons van iets meer
dan 85%. De 15% non-respons heeft meerdere oorzaken.
Van 12 mensen is bekend dat ze zijn overleden. Ongeveer 10
mensen gaven aan niet mee te willen werken. Met de overi
gen (ongeveer 60 mensen) is het niet gelukt contact te leg
gen, omdat adres of telefoonnummer niet meer te achter
halen viel of omdat ze onbereikbaar waren gedurende de
onderzoeksperiode. Omdat het percentage non-respons vrij
gering is, geeft de enquête een goede indruk van de (ontwik
kelingen in de) werkkring van geodetisch ingenieurs.
Voor de analyse van de werkgevers zijn deze geclassificeerd in
overheid, semi-overheid en particuliere sector. Daarbinnen
werd een nadere indeling aangebracht. Enkele grotere geo
detische werkgevers zijn als aparte categorie opgenomen
(Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat, TU Delft,
Kadaster). De indeling van de bedrijven in de particuliere
sector leidde tot enige classificatieproblemen, omdat (mede
door fusies) vaak heel brede bedrijven zijn ontstaan, die niet
eenvoudig in een bepaalde categorie zijn in te delen. Om die
reden is ervoor gekozen om onderscheid te maken tussen
bedrijven die direct gelieerd zijn aan een bepaalde toepassing
en bedrijven waarbij de geodetische activiteiten wat meer los
staan van een bepaalde toepassing (zoals KLM Aerocarto). In
het eerste geval wordt ook nog onderscheid gemaakt tussen
ingenieursbureaus waar „droge" toepassingen centraal staan
(zoals Oranjewoud, waar de landmeetkundige afdeling is
ontstaan als ondersteuning van inrichting en beheer van
vooral het landelijk gebied) en ingenieursbureaus waar
„natte" toepassingen centraal staan.
Hoe is de huidige verdeling van werkzame geodeten over de
verschillende soorten werkgevers? Zoals uit fig. 2 blijkt, zijn de
overheid en de semi-overheid samen goed voor 57% van de
werkgelegenheid; de particuliere sector heeft een aandeel van
43%. In deze tabel zijn ook de werkgevers opgenomen, waar
bij geodeten geen geodetische werkzaamheden meer verrich
ten. Gemiddeld is dit 19%. Sommige werkgevers scoren aan
zienlijk hoger: de overige onderwijs- en onderzoeksinstellingen
(30%), de produktiebedrijven (35%), de softwarehouses en
adviesbureaus (45%) en de overige particuliere sector (75%).
1. vormbepaling van de aarde (o.a. zwaartekracht);
2. geometrische infrastructuur (RD-net, NAP);
3. plaatsbepaling (navigatie);
4. technische metingen (uitzetwerk, deformatiemeting);
5. kaartvervaardiging en bijhouding (met fotogramme-
trie en landmeetkunde);
6. opzet en beheer van informatiesystemen: de techni
sche kant (GIS/LIS);
7. organisatie, bijhouding en verstrekken van vastgoed
informatie: de bestuurlijke kant;
8. inrichting van landelijke of stedelijke gebieden (her
verkaveling, grondbeleid) en waardebepaling van on
roerend goed
Fig. 1.
'en van
Fig. 2.
Verdeling huidige
werkgelegenheid
over werkgevers.
Binnen de overheid zijn de gemeenten
(9%) de grootste werkgever; binnen de
semi-overheid zijn dat het Kadaster
(14%), de overige onderwijs- en onder
zoeksinstellingen (10%) en de Faculteit
der Geodesie van de TU Delft (9%).
De algemene ingenieursbureaus (11%)
en de softwarebedrijven en adviesbu
reaus (9%) scoren het hoogst binnen de
particuliere sector. Laag scoren de wa
terschappen en de nutsbedrijven. Deze
zijn respectievelijk opgenomen in de
categorieën overige overheid en overige
semi-overheid. De categorie overige
overheid bevat naast de waterschappen
onder meer de provincies. In de catego
rie overige semi-overheid zijn naast de
nutsbedrijven onder meer het NLR, de
Nederlandse Spoorwegen, de Waarde
ringskamer en het Landbouwschap ver
tegenwoordigd.
De particuliere sector neemt een steeds
groter aandeel van de werkgelegenheid
voor zijn rekening. Dit aandeel is voor
al ten koste gegaan van de categorie se-
overheid
- Meetkundige Dienst 3%
- overige rijksoverheid 6%
- gemeentelijke overheid 9%
- overige overheid 2%
semi-overheid
- TU Delft 9%
- overige onderwijs- en onderzoeksinstellingen 10%
- Kadaster 14%
- overige semi-overheid 4%
particuliere sector
- produktiebedrijven 7%
- ingenieursbureaus (inrichting en beheer) 7%
- ingenieursbureaus (hydrografie) 4%
- algemene ingenieursbureaus 11
- softwarehouses en adviesbureaus 9%
- overige particuliere sector 5%
totaal 100%
248