Stand van zaken
NGT GEODES1A
nen worden opgebouwd. Nieuw zijn de
technieken op het terrein van de terres-
trische fotogrammetrie. Omdat met
name de nutsbedrijven alleen geïnteres
seerd zijn in kaarten van wegen en de
bijbehorende gevelwanden, is ook de
landmeetkundige techniek interessant.
Veel bestaand analoog kaartmateriaal is
nog bruikbaar voor de inrichting van
bestanden, vandaar dat ook het digitali
seren en het scannen van kaarten aan
dacht verdienen.
Een steeds wederkerende vraag bij de
discussies over GIS-Vlaanderen was de
rol die digitale orthofoto's spelen. In de
gesprekken die ik voerde met deskun
dige producenten en gebruikers van di
gitaal grootschalig kaartmateriaal bleek
een sterke voorkeur te bestaan voor vec-
toriële bestanden (lijnenkaarten). Hier
bij werden de volgende argumenten
aangevoerd:
om voldoende nauwkeurigheid en
herkenbaarheid van lijnvormige ob
jecten te krijgen, moeten de ortho
foto's gebaseerd zijn op kleine pixels.
Omdat de kaartproducenten, zoals
het Kadaster, de gemeenten en de
nutsbedrijven elk te maken hebben
met tienduizenden kaarten, zouden
zij te maken krijgen met niet-han-
teerbare grote gegevensbanken van
honderdduizenden megabytes;
ondanks het geringe aantal topografi
sche elementen dat in grootschalige
digitale basiskaarten wordt gereali
seerd, wil men toch voor bepaalde
toepassingen selecties uit de bestan
den kunnen maken. Dit is voorals
nog bij digitale orthofoto's onmoge
lijk, omdat de verschillende objecten
niet zijn gecodeerd;
de bijhouding van digitale grootscha
lige kaarten gebeurt vaak incidenteel,
zoals het inbrengen van een nieuw
gebouw, het inmeten van een nieuwe
kadastrale grens, enzovoort. Deze bij
houding, die meestal door middel
van landmeetkundige technieken
wordt uitgevoerd, kan niet of nauwe
lijks worden ingebracht in een digi
taal orthofotobestand;
de afdruk van een digitale kaart
wordt vaak gebruikt voor activiteiten
in het terrein, zoals het inmeten van
nieuwe leidingen, opzoeken van be
staande leidingen, uitzetten, enzo
voort. Het technisch personeel belast
met de uitvoering van deze activitei
ten kan wel omgaan met een lijnen-
kaart, maar is niet geschoold in het
interpreteren van digitale orthofoto's
die nog niet zijn naverkend;
hoewel digitale orthofoto's in het al-
1995-6
gemeen het terreinmodel goed volgen, zijn er toch onver
mijdelijke vertekeningen bij hoge gebouwen, viaducten,
enzovoort.
In de praktijk komt het erop neer dat de projecten van de
GBK-Vlaanderen deels worden uitgevoerd met behulp van
landmeetkundige technieken en deels met behulp van foto
grammetrie. Voor het type kaart dat wordt vervaardigd,
namelijk kaarten met daarop de wegen met de voorgevels van
de gebouwen, zijn beide technieken concurrerend. Het voor
deel van fotogrammetrie is dat ook informatie beschikbaar
komt van het privé domein. Deze informatie is vooral van
belang voor het Belgische Kadaster en de gemeenten.
Hoewel het Advies GIS-Vlaanderen in mei 1994 is goed
gekeurd, is van de uitvoering nog niet veel terechtgekomen.
Het Ondersteunend Centrum en de Raad voor Geografische
Informatie die in de organisatiestructuur een belangrijke rol
spelen, zijn nog niet gerealiseerd (inmiddels is daarover een
besluit genomen; zie bericht op p. 318 van dit nummer,
red.). Wel wordt op het middenschalig niveau het advies van
het Wetenschappelijk Comité omtrent de gefaseerde op
bouw van een referentiebestand gevolgd. Zo hebben heel wat
instellingen de wens geuit of het initiatief genomen voor de
aanschaf van een vectorieel skeletbestand (bijvoorbeeld het
Tele Atlas bestand). Vaak wordt als visuele topografische
achtergrond de bestaande topografische kaart gescand [4]
Mochten er
ooit financiële
middelen van
de Vlaamse
regering
beschikbaar
komen voor de
grootschalige
kaartvervaar
diging, dan
zouden naar
mijn persoon
lijke mening
daarmee in
eerste instantie
de kadastrale
kaarten van
Vlaanderen
moeten worden
verbeterd.
De trage gang van zaken in Vlaanderen wordt wellicht mede
veroorzaakt door de onverkwikkelijke discussies in het
Vlaamse parlement tussen de parlementsleden en de Vlaamse
Minister van Openbare Werken en Ruimtelijke Ordening
over een zeer grote overheidsopdracht aan de firma
Eurosense. Dit contract dat betrekking heeft op een lang
jarig proces van „Aeroteledetektische kustwaarnemingen" is
zonder openbare aanbesteding afgesloten. In de pers en op de
televisie wordt hieraan in Vlaanderen veel aandacht besteed.
Het meeste succes zit voorlopig in de CARDIB-projecten.
Met name de financiële inbreng van de grote nutsbedrijven
speelt hierbij een belangrijke rol. GBK-Vlaanderen zal wel
tot stand komen, al betreft het hier uitsluitend de kartering
van het publiek domein. Mochten er ooit financiële midde
len van de Vlaamse regering beschikbaar komen voor de
grootschalige kaartvervaardiging, dan zouden naar mijn
persoonlijke mening daarmee in eerste instantie de kadastrale
kaarten van Vlaanderen moeten worden verbeterd.
Literatuur
[1] Bogaerts, M. J. M., GIS-Vlaanderen - Het
Grootschalig Niveau. Proceedings Studiedag GIS-
Vlaanderen, FLAGIS vzw, 23 p., Gent 1994.
[2] Buelens, P., De grootschalige digitale basiskaart van
Vlaanderen: omschrijving, methodologie en evaluatie,
De organisatie en de opbouw van een grootschalige
basiskaart van Vlaanderen. Studiedag op 20 maart
1992 van de Flemish Association for Geographic
Information Systems, p. 15 - 20, ISBN 90 9005015 9.
[3] Buelens, P., GBK-Vlaanderen. NGT Geodesia 1995
no. 3, p. 139.
295