■995-6 NGT GEODESIA de draaggolf worden verzonden met be hulp van telemetrie, werd niet door Teunissen genoemd. De volgende lezing ging over de inte griteit van (D)GPS-signalen en werd gehouden door prof. dr. ir. D. van Willigen, werkzaam bij de TU Delft, Faculteit Elektrotechniek. Een naviga tor van een vliegtuig heeft als taak zijn toestel veilig en soepel op de grond te zetten, een hele verantwoording eigen lijk. Daarom stelt hij vier eisen aan zijn navigatie-instrumentarium: nauwkeu righeid, beschikbaarheid, bedrijfszeker heid en integriteit. Vooral de integriteit speelt een belangrijke rol. Integriteit betekent dat het systeem de gebruiker waarschuwt wanneer het niet meer aan de gestelde eisen voldoet; vergelijkbaar met de voor de geodeten zo bekende betrouwbaarheid. De eisen die de luchtvaart stelt aan de integriteit, zijn enorm. In de geodesie nemen wij ge noegen met een onbetrouwbaarheids drempel van 5%, in de luchtvaart is dit 4*10-7%. Het toetsen van de integriteit kan met behulp van de „gezondheid'' van de satellieten (bepaald door de grondstations), de gegevens van het basisstation en met de RAIM- of RASIM-techniek. Deze twee technie ken werden door van Willigen uitge legd. Bij de RAIM-techniek wordt door een overtalligheid van Pseudo Range op lossingen de integriteit van het GPS- signaal bepaald. RASIM berust op het principe dat de structuur van het GPS- signaal bekend is en dat er een bepaalde verwachting is hoe het signaal er gaat uitzien bij de volgende waarneming. Voldoet dit aan de gestelde normen, dan wordt het signaal geaccepteerd. Het verschil tussen RAIM en RASIM is dat RAIM de integriteit bepaalt uit meerdere satellietsignalen en bij RASIM maar bij één signaal. Mocht een satellietsignaal verstoord zijn door bijvoorbeeld multipath, dan kan met signaalbewerkingstechnieken het sto rende effect worden weggenomen. De RASIM-techniek is een Nederlandse ontwikkeling die ook gepatenteerd is. Ir. D. J. Moelker van de TU Delft, Faculteit Elektrotechniek, hield een betoog over de interferentie in GPS- ontvangers. Door de toename van het spectrumgebruik rond de GPS-fre- quentiebanden komt interferentie steeds vaker voor. Interferentie is het (gedeeltelijk) wegvallen van het GPS- signaal, doordat een ander elektromag netisch signaal het GPS-signaal over stemt. Het schijnt dat het in kaart bren gen van mogelijke manieren waarop een interferentieprobleem kan ont staan, bijna onmogelijk is. Door tech nische verbeteringen in de architectuur van de ontvangers is het mogelijk de kwaliteit van het GPS-signaal te verbe teren, maar immuniteit voor interfe rentie is (nog) niet mogelijk. Beter is om het risico van interferentie voorafin te schatten. Ir. M. Hofman, werkzaam bij de Meet kundige Dienst van de Rijkswaterstaat, presenteerde „Een Actief GPS-Referen- tie Systeem voor Nederland'' (AGRS). In NGT Geodesia 1995 no. 5 heeft hij hierover gepubliceerd. Als internationale spreker hield Ole 0rpen van Fugro Starfix AS een betoog over STARFIX DGPS Services. Fugro heeft wereldwijd gezien ongeveer vijftig DGPS-referentiestations in gebruik. Het systeem wordt gebruikt door een verscheidenheid van gebruikers, met elk zijn eigen toepassingen. Voor de datacommunicatie worden satellieten gebruikt. Een mooi voorbeeld was de TRUCKMAP, een fors uitgevallen Knight-Rider automobiel. Door een combinatie van DGPS en een reflector- loze afstandmeter kan topografie inclu sief bebouwing worden gemeten. Het was jammer dat deze lezing in het Engels met een Scandinavisch accent werd gehouden, waardoor de verstaan baarheid beperkt was. Ir. H. H. Schuringa, werkzaam bij GeoMETIUS BV, kondigde het Ne derlandse DGPS-netwerk aan. Radio Data Systeem (RDS) is een datakanaal op de draaggolf van een FM-radiosig- naal. In het RDS zit informatie ver weven over het radioprogramma, ver- keersberichten, tijd, enz. Voor het ge bruik van DGPS in Nederland worden nu 24 uur per dag pseudo-range correc ties via FM Radio 2 verzonden. Met be hulp van GPS-Ll-ontvangers zal het mogelijk zijn de positie real time van 1 tot 10 meter te bepalen. Deze toepas sing van GPS zal met name in GIS of „IN CAR" systemen worden gebruikt. Ir. D. Stelpstra van QPS BV behandel de de „Kwaliteitsindicatoren voor local area DGPS netwerken". Een GPS- waarneming is niet foutloos, maar be vat ruis. De ruis in een waarneming kan in een stochastisch model worden gego ten. Met dit model kunnen precisie en betrouwbaarheidsberekeningen worden uitgevoerd. Wordt een nieuwe positie berekend, dan kan deze volgens het model worden getoetst. Deze methode van toetsen is in de landmeetkunde al gebruikelijk, denk bijvoorbeeld aan vereffeningspakketten als MOVE en GeoScan. Een reactie van een van de toehoorders was „Hoe betrouwbaar is betrouwbaar". Op deze typische geo- detenvraag wist deze spreker niet direct antwoord, maar hij werd snel geholpen door één van de Delftse professoren. Deze studiedag was een goed geza- melijk initiatief, waarbij de ondertitel „kwaliteit, netwerken en toepassingen" beter de lading dekte dan de titel. Dif- ferential-GPS kwam maar beperkt aan bod. Nico Schaefers TECHNIEK Nieuwe GPS-veldboeken van Leica Leica introduceert twee Jeica nieuwe veldboeken voor haar GPS-systeem, de CR333 en CR344. Hoewel deze op het oog identiek zijn aan de bekende CR233 en CR244 veldboeken, bevat ten ze belangrijke technische verbete ringen. Het werkgeheugen is vergroot, er worden nu PCMCIA-kaarten ge bruikt voor data-opslag, en de nieuwe veldboeken zijn volledig uitwisselbaar met de Leica Open Survey World data bases. De voordelen van deze data-op- slag zijn duidelijk: menige laptop, note book en PC zijn reeds toegerust met een PCMCIA-slot. De algemene data base in GPS en TPS (Theodolite Posi tioning System) maakt uitwisseling van data en informatie tussen de Leica GPS-ontvangers en de Leica Total Sta tions zeer eenvoudig, hetgeen GPS en Total Stations dichter bij elkaar brengt dan ooit tevoren. Een ander voordeel van de Open Survey World structuur zijn de nieuwe, door de gebruiker te de finiëren codes, symbolen en attributen, in het bijzonder geschikt voor GIS- applicaties. 324

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1995 | | pagina 44