Tot slot Overbodige (geodetische) ingenieurs? NGT GEODESIA i995-7^ ben heel duidelijk laten merken dat het Kadaster in deze tijd niet kan volstaan met het enkel en alleen inhoud geven aan de rol van gegevensleverancier. Men verlangt meer van het Kadaster. Niet alleen verwacht men begrip voor de problemen waarmee de klanten worstelen wanneer ze de administratie ve en geometrische gegevens van het Kadaster in het eigen informatiesys teem willen integreren, maar ook ver langt men van het Kadaster daarin eigenlijk een stuk begeleiding. De taak van het Kadaster houdt, aldus veel deel nemers, niet op bij het afleveren van de gegevens! Het Kadaster wil inhoud geven aan deze taak en zet daarom ook veel vaker de ramen en deuren open, niet alleen om naar buiten te kijken en naar buiten te gaan, maar ook om de klanten naar binnen te laten kijken en naar binnen te laten komen. De work shops werden in die zin door veel deel nemers dan ook als zeer waardevol be stempeld. Dit artikel geeft een beschrijving van de conclusies en ervaringen gebaseerd op de workshops „kadastraal GIS". De workshops hebben voor het Kadaster de nodige nieuwe beleidsvragen opge worpen en het belang van een spoedige beantwoording van een aantal reeds bestaande beleidsvragen benadrukt. Vragen zoals: hoe omgaan met privacy-gevoelige informatie; welke prijsstelling/tarieven voor maatwerk; tot hoever moet de consultancy gaan; kwalitatief onvoldoende gegevens verbeteren of uit de registratie verwij deren; hoe kwaliteit van de gegevens bepalen en vastleggen; aggregatieregels opstellen. Kortom, vragen die de nodige aandacht eisen van het Kadas ter. Echter ook vragen die alleen goed en naar tevredenheid kunnen worden beantwoord wanneer de klanten daarin voortdurend meepraten. Voor wat betreft de noodzaak van, de behoefte aan en het nut van een dergelijke interactie moge dit artikel schriftelijk getuigen. Literatuur [1] Vijlbrief, T. en P. van Oosterom, GEO++ systeem: een uitbreidbaar GIS met consistentieregels. NGT Geodesia 1993 no. 6, p. 274 -281. [2] Raad voor Vastgoedinformatie, Structuurschets Vast goedinformatievoorziening, deel II: Hoofdrapport, p. 49. [3] Mulder, K., T. G. Schut en N. J. M. van Eekelen, Proef Niieveen. NGT Geodesia 1994 no. 12, p. 518 - 521. [4] Raad voor Vastgoedinformatie, Structuurschets Vast goedinformatievoorziening, deel II: Hoofdrapport, p. 26. [5] Raad voor Vastgoedinformatie, Structuurschets Vast goedinformatievoorziening, deel I: Bestuurlijke notitie, p. 14. [6] Guikers, C. G. P., De GIS-markt. NGT Geodesia 1994 no. 10, p. 409. Summary The cadastral parcel: a stable base The suitability of the object 'parcel' and the identifier 'parcel- number' of a cadastral database is discussed. Cadastral parcels can be used as a means to link multiple earth related data bases. In particular the database developed by the Cadastre in Groningen is considered. „Het aanbod van ingenieurs op de arbeidsmarkt overtreft de vraag. Toch willen overheid en bedrijfsleven technische studies stimuleren. Maar wie kijkt naar de positie van technici in de negentiende eeuw, vraagt zich af of dat wel zo verstandig is". Dat schrijft ene Irene van der Linde in een recensie over een deel uit de reeks „Geschiedenis van de techniek in Nederland" in Intermediair van 9 decem ber 1994. Bij de tekst staat pal onder de vette kop „Over bodige ingenieurs?" één foto als afbeelding: het geodetisch paradepaardje van de le Nauwkeurigheidswaterpassing (1875 - 1885). Piksel heeft als recensie op de fotokeus drie kantteke ningen: geodeten deden ook in de vorige eeuw al aan promotie door archieffoto's te laten maken. Moet je daar 110 jaar later straf voor krijgen? uit een onderzoek van het Leidse Bureau Research voor Beleid, getiteld „De werkloosheid onder hoger opgelei den in 1993" bleek het percentage werklozen binnen de techniek het laagst onder geodeten (0,9%); de Meetkundige Dienst van de Rijkswaterstaat heeft de financiering van de 5e Nauwkeurigheidswaterpassing (1996 - 1998) net rond. Dat wordt een hele klus! Piksel 349

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1995 | | pagina 17