Pyloon van Erasmus
NGT GEODESIA1995_?
annexeerd (aan de oostzijde is op 1 ja
nuari 1995 nog een stuk van Nieuwer-
kerk en Zevenhuizen ingepalmd), kan
gebiedsuitbreiding alleen nog richting
Noordzee gebeuren. En dat zit er dus
wel in.
Een dagje Rotterdam zonder de Eras-
muspyloon bezocht te hebben, is na
tuurlijk ondenkbaar. Aan de hand van
mensen van de onderafdeling buiten
dienst (rayon Constructie- en Defor
matiemetingen) waag ik mij op de
wankele steigers en trappen boven het
deze dag "nogal beweeglijke Maaswater.
Rayonchef Wint Wiggers heeft al uit
gelegd dat de begeleiding van zijn af
deling bij de bouw van deze brug zeer
intensief en verantwoordelijk is. Dat de
pyloon in april tot op millimeters
nauwkeurig op zijn plaats werd gezet, is
juist volgens Wim, maar dat gebeurde
niet op dat moment zelf. Daaraan was
al heel wat meetwerk voorafgegaan.
Allereerst al bij het plaatsen van de pij
lers die het gevaarte moeten dragen.
Heel precies werd de plaats bepaald
waar die moest worden neergezet. Nog
eerder werd in het bouwdok in Antwer
pen de bouw van het pijlercaisson bege
leid en werd ervoor gezorgd dat zowel
de snijranden van de opbouw als de op-
Meten in een
bruisende stad.
Nacontrole
bouw zelf precies die maten verkregen als was voorberekend.
En bij het plaatsen van de pijler keken de landmeters door de
kijkers van hun tachymeters en waterpasinstrumenten nauw
gezet toe dat de toegestane tolerantie van enkele centimeters
niet werd overschreden. Als dat blok beton dan eindelijk in
x- en y- rich ting exact op zijn berekende plaats staat, moet het
nog worden afgezonken tot de gewenste hoogte is bereikt.
Dat gebeurt door het zand onder de pijler weg te spuiten en
daarbij kan hij ook weer aardig scheef zakken.
Al dat voorbereidend werk was nodig om de pyloon op 13
april 1995 op de goede plaats te laten zakken, maar daarna
kostte het toch nog een paar weken om de kolos tot op de
millimeter nauwkeurig op zijn vijf verankeringspunten ge
borgd te krijgen. Lopend over de smalle steigertjes, vol met
balken, slangen, snoeren en betonvlechtwerk (toevallig die
dag in de stromende regen) wijst landmeter Theo Koster de
ankerstukken aan, die over teflon glijplaten precies op hun
plaats werden gevijzeld, en de punten van de meetkundige
grondslag van waaruit de metingen werden gedaan. De ver
schijning van Theo en zijn assistent Richard op het werk is
altijd welkom. Regelmatig worden ze aan de (natte) jas ge
trokken, met het verzoek een extra maatje te leveren of een
extra controle uit te voeren.
Die maatvoering gaf overigens in het begin nogal eens pro
blemen. In de eerste plaats is de constructie van de brug zo,
dat er vrijwel niets helemaal recht aan is, alles is hoekig en
scheef. Wel mooi, maar moeilijk te meten. In de tweede
plaats zijn er niet minder dan vijf instanties bij de bouw be
trokken en die gebruikten allemaal hun eigen maatvoering.
Toen het een paar keer fout dreigde te lopen, zijn ze samen
rond de tafel gaan zitten om een eenheidsstelsel vast te stel
len, het Rivierstelsel. Een plaatselijk stelsel met de as van de
brug als y-as en het snijpunt as-brug met as-oprit Rechter
Maasoever als nulpunt.
Overal om ons heen wordt hard gewerkt. Gehelmde mannen
in felgele regenpakken leggen kabels uit, slijpen staalopper-
vlakken glad, slepen met balken of betonijzer en verrichten
onduidelijke maar beslist noodzakelijke handelingen aan vele
onderdelen die samen de brug moeten gaan worden. Beton-
auto's rijden af en aan en spuiten het vloeibare beton via
meterslange slangen in de schijnbaar bodemloze ruimte
onder de Brug. Zij vullen de bascule-kelder die als contrage
wicht moet dienen voor de hele brug.
361