r H 1996-4 NGT GEODESIA (fi 05 0> .22 0, 0 lichtstraal naar y yf objectpunt lens C afbeelding objectpunt op filmvlak r filmvlak Fig. 6. Bij een fish eye lens is de (inwendige) uittredehoek van een lichtstraal met de optische as niet gelijk aan de uitwendige) zenithoek bij (voor meetdoeleinden geschikte) hoge resolutie beelden niet real-time haalbaar is. Dus moet het beeld vooral, in een pre-processing fase, rechtop worden gezet, ofwel ge- panoramiseerd. Om verschillende delen van zo'n beeld te bekijken, is vervolgens uitsluitend een verschuiving nodig, iets wat aan een computer geen overmatige eisen stelt. Een panoramabeeld toont de omgeving in panoramisch perspectief. Het bijzondere perspectief valt meer op naar mate er een groter horizontaal deel van een panoramabeeld wordt getoond. Niet-verticale lijnen, die niet samenvallen met de horizon in de positie waarin de opname werd gemaakt, zijn gekromd; boven de horizon naar boven bol lend en onder de horizon naar onderen. Dit verschijnsel is overigens geen vertekening, het is een van het „normale' afwijkend perspectief, dat wiskundig zelfs eenvoudiger te omschrijven is dan het centrale perspectief. Het principe van digitaliseren en panoramiseren van een fisheye beeld komt neer op het oppakken van telkens iets geroteerde smalle, van het centrum uitgaande lijnen uit het fisheye/inputbeeld en het naast elkaar plaatsen ervan in het output/panoramabeeld. De stappen 3 en 4 in fig. 2 laten dit schematisch zien. Ter nadere illustratie tonen fig. 10a en 10b respectievelijk een „taartpunt" die uit een fisheye foto is gesneden, en het van die taart punt afgeleide, rechtstaande panora mabeeld. Dit principe is op twee ma nieren te implementeren; orthogonaal scannen en softwarema tig uitvoeren van de transformatie; roterend scannen. De eerste methode ligt voor de hand omdat dergelijke scanners ruim ver krijgbaar zijn en het schrijven van soft ware voor de transformatie ook niet moeilijk is. Inderdaad zijn de eerste uitgebreide proeven (al in 1990) op deze wijze uitgevoerd, maar al snel bleek dat bestaande orthogonale scan ners produktiematig problemen zou den opleveren. Deze scanners zijn bij voorbeeld niet eenvoudig in te richten voor het digitaliseren van filmrollen. Bovendien zou de pixelgrootte een factor V2 kleiner moeten zijn dan bij straal r (111111) Fig. 7. Niet-lineair verband tussen r en \\l Fig. 8. Stabilisatie platform, inclusief lens, met geopende lensring en camera deur. een roterende scanner. Dit teneinde de invloed van resampling-effecten, ten gevolge van de softwarematige panora- misering, op de metrische kwaliteit te compenseren. Voorts zou, ook naar huidige maatstaven, zeer dure reken capaciteit nodig zijn. Onderzoek naar roterende scanners leerde dat deze niet bestonden, maar wel binnen redelijke tijd en tegen re delijke kosten ontworpen en gebouwd konden worden. Afgeleid van de nauwkeurigheidseisen alsmede van de produktie-eisen zijn de belangrijkste specificaties van de roterende scanner: pixelgrootte 5 pm; rotatieresolutie 22 500 stappen (17,8 mgon); radieel bereik 4096 pixels, hetgeen bij gegeven pixelgrootte leidt tot 148

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 14