X L GEBRUIKERS EN HUN HANDELINGEN %J '}Jc, handelingsreeksen NGT GEODES1A 1996-4 "USER/OBJECT/TASK TRIANGLE" USER OBJECT - TASK a task is an action carried out out on an object by a user" EEN WAT BETERE DRIEHOEK gebruikers TAKEN objecten handelingen taken zijn door een of meer personen (gebruikers) met een bepaald doel uitgevoerde reeksen handelingen op objecten richt ik zelf mijn aandacht vooral op de relaties tussen het handelen van de informatiegebruiker en de objecten. In deze taakanalyse wordt onderzocht hoe mensen omgaan met objecten (zowel de meer concrete in de wereld als de meer abstracte in de computer). In de literatuur over mens-computer interactie wordt daar uitvoerig op in gegaan [15]. Er zijn verschillende de finities voor het begrip taak, bijvoor beeld „een taak is een handeling, op een object uitgevoerd door een gebrui ker" (fig, 3, naar [16]). Deze definitie heeft echter als bezwaar dat een taak meestal uit meerdere handelingen, op meerdere objecten uitgevoerd, bestaat en dat taken ook door meerdere men sen tegelijk, eventueel met steun van de computer, kunnen worden uitge voerd (Computer-Supported Coope rative Work, CSCW). Gezien ook an dere definities omschrijf ik een taak daarom liever als een „door één of meer personen (gebruikers) met een bepaald doel uitgevoerde reeks hande lingen op objecten". Taken hebben dan drie hoofddimen sies: de handelingen, de objecten waarop (en waarmee) die handelingen worden uitgevoerd, en de personen die de handelingen uitvoeren. Het onder zoek blijkt zich op elk van die drie dimensies te kunnen concentreren. Er zijn grofweg drie benaderingen: Fig. 3. Verschillende dimensies van taakanalyse. Waar richten we ons op? psychologisch (gebruikersgericht); handelingsgericht; objectgericht. Bij de psychologische benadering wordt vooral gekeken naar wat zich mentaal en ook sociaal afspeelt bij de hande lende persoon (de werknemer). Een uitstekend overzicht geeft [17]. Bij een handelingsgerichte benadering wordt vooral onderzocht in welke volgorde taken worden uit gevoerd. De objecten krijgen hierbij soms merkwaardig weinig aandacht. Deze benadering is interessant wamr'eer de volgorde van de handelingen in hoofdlijnen vastligtfiEr zijn echter ook veel werkzaamheden waarbij de gebruiker, binnen grenzen, zelf de volgorde kan bepalen, denk bij voorbeeld aan het maken van een tekening of kaart. In dat geval is een meer objectgerichte aanpak de aangewezen oplossing. Veel van de huidige GIS-, CAD- en tekenpak ketten werken daarom met directe manipulatie op objecten van allerlei aard. Bij elk van die objecten zijn diverse hande lingsopties aanwezig, die de gebruiker min of meer naar believen kan aanwenden. Voor de toepassingsvelden van de geo-informatieverzor- ging lijkt mij een benadering vanuit de objecten en han delingen het meest voor de hand liggend. Daarbij moet natuurlijk goed rekening worden gehouden met de psycho logische mogelijkheden en beperkingen van de mens. In fig. 4 heb ik, als eerste aanzet, een zogenaamde object- handelings-matrix getekend, met daarin een tweetal hande lingsreeksen. Ik maak onderscheid tussen objecten (bij voorbeeld perceel 723) en objecttypen (de klasse der per celen), en handelingen (verplaatsing, hier en nu, van een object met 5 meter in x-richting) en handelingstypen (de klasse der verplaatsingen). Voor alle genoemde elementen van een taak zijn (hiërarchische) classificaties en aggregaties mogelijk. Zon object-handelings-matrix wordt daardoor in de praktijk zeer veel ingewikkelder, maar in de opzet Fig. 4. Ons werk moet zijn afgestemd op de reeksen handelingen die gebruikers wijzelf daarbij inbe grepen) met de ruimtelijke objecten of hun afbeeldingen uitvoeren. .cv 0"o 157

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 23