Nu de plans nog H K 163 NGT GEODESIA 1996-4 erkent graag dat het enorm goed heeft gewerkt. Het blijkt dat de acceptatie groter was dan wanneer er alweer „iemand uit Brussel" was komen ver tellen hoe het moet. Nu was er een grote bereidheid, ook bij het oudere personeel, om de nieuwe techniek mee te helpen invoeren en verbeteren. De apostelen spraken de taal van het volk en dat werd goed ontvangen. Bij komend gevolg was dat er ook omge keerd een nadrukkelijke reactie was met goede suggesties en aanbevelin gen; de waterval werkte ook anders om, er was ook weieens een flinke zalm bij. Met de administratieve mutatiever werking is een belangrijke stap vooruit gezet. Misschien wel belangrijker dan menigeen op dit moment kan over zien, want wie weet welke klanten straks belangstelling gaan krijgen voor vastgoedgegevens van de situatie van gisteren. Maar de jaarlijkse verande ringen op de 27 000 kadasterplans moeten helaas nog steeds met de hand geschieden, want op automatisering van de kartografische afbeelding van België, op de gevarieerde schalen 1 1000, 1250, 2000, 2500 en 5000 (en een heel enkele op schaal 1 500) is nog weinig zicht. Niet meer dan tien procent is hermeten en aangesloten aan het nationale coördinatenstelsel; alle andere zijn nog in een plaatselijk stelsel, daterend van de oprichting van het Kadaster bijna 200 jaar geleden. Hermeting van heel België op korte termijn zit er vast niet in want de Minister van Financiën, die de onroe- rend-goedbelasting ten bate van de ge- Het begin is er. De DGOAP met een Wild TC1010 aan het werk langs de Brugse reien ,,Een prettige symbiose van nieuw en oud". meenten, provincies en gewesten, nu verbeterd en versneld kan innen en doorbetalen, ziet vermoedelijk weinig direct nut in het uitgeven van handenvol geld aan een kartogra- fisch bestand dat geen duidelijke fiscale baten zal opleveren. Hermeting van kadastrale kaarten gebeurt momenteel al leen op verzoek van de provinciale directies en dat gebeurt alleen als de oude kaart echt niet meer bruikbaar is, bij voorbeeld omdat er hele nieuwe woonwijken zijn ge bouwd, grootscheepse infrastructurele werken zijn uitge voerd of industrieterreinen zijn ontstaan. Dan komt de DGOAP in het geweer en daar weet Van Hemelrijck alles van te vertellen. Die dienst is landelijk vertakt in een tiental inspecties en goed geoutilleerd. De metingen worden veelal tachymetrisch en ook met behulp van GPS verricht. Zo n nieuw plan wordt wel geheel digitaal aangemaakt, maar daarna gaat het verder fungeren als gewoon analoog plan. Wij denken er vaak over na hoe wij die 27 000 plans bin nen redelijk korte termijn digitaal zouden kunnen maken, verzucht Van Hemelrijck, en daartoe hebben wij ook al veel mogelijkheden onderzocht. Maar we lopen tegen on noemelijk veel problemen aan. Alles opnieuw hermeten, hetzij terrestrisch, hetzij fotogrammetrisch, is veel te kost baar. De bestaande kaarten digitaliseren is ook duur en bovendien zo tijdrovend, dat wij daarmee niet vóór het jaar 2020 klaar zouden zijn. De eenvoudigste en snelste methode zou zijn om alle plans in één keer te scannen. Dat is wat betreft de figuratie wel mogelijk, maar vaak wordt het beschrijvende deel dan slecht geïnterpreteerd door de scanner en dat moet je dan handmatig aanvullen, wat ook weer veel tijd kost. Het Belgische Kadaster zou volgens Van Hemelrijck erg gelukkig zijn als er zich een firma zou aan dienen, die het scannen van de plans voor 95% geauto matiseerd zou kunnen verrichten. Het is duidelijk dat het hoofdbestuur van het Kadaster zeer zeker overtuigd is van het nut van een digitaal kartografisch Kadaster en oog heeft voor de interessante kansen die dat voor België kan bieden op alle bestuursniveaus. De hogere sr >poarkre4itt

Digitale Tijdschriftenarchief Stichting De Hollandse Cirkel en Geo Informatie Nederland

(NGT) Geodesia | 1996 | | pagina 29